JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Rode ondergang, groene golf

Ontslag voorzitter SPD brengt Grote Coalitie aan het wankelen

Dirk Rochtus5/6/2019Leestijd 4 minuten
Andrea Nahles op een persconferentie na de Europese verkiezingen

Andrea Nahles op een persconferentie na de Europese verkiezingen

foto © Reporters / DPA

Quo vadis, SPD? Het Duitse partijlandschap versplintert verder met een groene golf en een rode crash. Doet de GroKo verder, of is het over?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De tijd dat de Duitse politiek saai was, is voorbij. Met de stabiliteit is ook haar saaiheid verdwenen. De stabiliteit van het machtsspel van christendemocraten (CD/CSU), sociaaldemocraten (SPD) en liberalen (FDP) werd achtereenvolgens door de intrede in de Bondsdag, het federale parlement, van de Grüne in 1983, de PDS in 1990 (thans Die Linke) en de rechts-nationalistische Alternative für Deutschland (AfD) in 2017 op de helling gezet. Duitsland werd politiek veelkleuriger, de regeringsvorming steeds moeilijker, zoals na de Bondsdagverkiezingen van 24 september 2017 bleek.

Sleeptouw

De traditionele partijen voelen de gevolgen van de toenemende versnippering van het partijensysteem. De liberalen vlogen in 2013 zelfs voor vier jaar uit de Bondsdag, vele christendemocraten worstelen met het beleid van hun bondskanselier Angela Merkel en met wat er na haar moet komen, en de sociaaldemocraten stevenen op de ondergang af.

Waar de SPD in 1990, het jaar van de Wiedervereinigung, nog 33,5 % behaalde, kalfde ze in 2017 af tot 20,5 %. De achterban begon zienderogen te slinken, mede ten gevolge van de onvrede over de als ‘neoliberaal’ bestempelde arbeidsmarkthervormingen van de gewezen sociaaldemocratische Gerhard Schröder (1998-2005). Sinds 2018 maakt de SPD voor de derde keer in het Merkel-tijdperk deel uit van een Grote Coalitie met de ‘Union’, het kartel van de CDU en haar Beierse zusterpartij CSU. Van ganser harte zijn de sociaaldemocraten niet in de ‘GroKo’, de Große Koalition, gestapt. Als juniorpartner voelden ze zich na elke regeringsdeelname met Merkel uitgezogen en ervoeren ze de nefaste gevolgen ervan ook aan de stembus. In 2005, vlak voor ze in zee gingen met Merkel, haalden ze 34,2 %; in 2009 was hun aandeel verschrompeld tot 23%; in 2013, na een kuur als oppositiepartij, kenden ze met 25,7% een lichte heropflakkering, maar in 2017 kregen ze als coalitiepartner van de CDU/CSU weer het deksel op de neus.

Ze hadden toen gezworen niet meer in een GroKo te stappen, maar toen in november 2017 de onderhandelingen over de vorming van een Jamaika-coalitie van CDU/CSU (zwart), FDP (geel) en Grüne afsprongen, besloten ze zich omwille van het landsbelang op sleeptouw te laten nemen door Merkel. De dame die op de Parteitag, het partijcongres, van de SPD in februari 2018 een lans brak voor een nieuwe GroKo, was fractievoorzitter Andrea Nahles. Volgens Der Spiegel  brulde ze ‘die Delegierten Richtung GroKo’.

Afkerig

Wat dat zegt over de ‘stijl’ van Nahles, bleek ook al, zij het inhoudelijk anders, bij haar verkiezing op 27 september 2017 — als eerste vrouw in de geschiedenis van de SPD — tot fractievoorzitter. Dat was drie dagen na de Bondsdagverkiezingen toen het slechte resultaat van de SPD vele ‘Genossen’ (kameraden) afkerig deed staan tegenover de idee van een voortzetting van de GroKo. De klassieke sociaaldemocraat Nahles, die in de vorige regering nog minister van Werk was geweest, moest de rol van de SPD als oppositiepartij belichamen. Die taak uitte ze door niet bepaald verfijnd over een toekomstige Bondsregering te zeggen: ‘Ab morgen kriegen sie in die Fresse’ (‘Vanaf morgen krijgen ze op hun bakkes’). Diezelfde Nahles zou enkele maanden later dan toch de partijgedelegeerden over de streep halen ‘richting GroKo’. Ze kon dus ook al wel eens totaal van mening veranderen (net zoals Merkel).

Dat deed ze bijvoorbeeld ook — intussen als nieuwe partijvoorzitter — in de zaak ‘Hans-Georg Maaßen’. De toenmalige voorzitter van de ‘Verfassungsschutz’ (staatsveiligheid) had heel wat kritiek te verduren gekregen omdat hij naar aanleiding van de spanningen in Chemnitz (eind augustus 2018) beweerd had dat er helemaal geen bewijzen van ‘Hetzjagden’, klopjachten, van rechtse extremisten op allochtonen voorlagen. Eerst eiste Nahles het ontslag van Maaßen, om vervolgens, enkele dagen later, akkoord te gaan met zijn bevordering tot staatssecretaris in het Ministerie van Binnenlandse Zaken (waardoor staatssecretaris Gunther Adler, zelf een sociaaldemocraat, op pensioen zou moeten gaan). In slechte aarde viel ook haar beslissing om de ‘Historische Kommission beim Parteivorstand der SPD’ (de Historische Commissie bij het Partijbestuur) om kostenbesparende redenen op te doeken. Het gremium deed sinds 1982 dienst als het historische geheugen van de SPD als oudste partij van Duitsland.

Klappen

De kritiek op Nahles begon aan te zwellen: omwille van haar bazige stijl die geen kritiek duldde, maar ook omdat ze de neergang van de SPD niet kon stoppen. De opiniepeilingen voorspelden niet veel goeds: de SPD begon af te zakken naar 15%. Bij de verkiezingen voor het Europese Parlement (EP) op 26 mei 2019 behaalde de SPD nog maar 15,8%, een verlies van 11,5% tegenover 2014. Ook bij de gelijktijdige verkiezingen in de van oudsher rode deelstaat Bremen kreeg de SPD klappen: van 32,8 % in 2015 zakte ze naar 24,9%.

De positie van Nahles werd steeds minder houdbaar. De ‘demontage’ van Nahles als partijvoorzitter en fractievoorzitter kwam alsmaar dichterbij. Nahles besloot de eer aan zich te houden en maakte op zondag 2 juni bekend dat ze haar mandaten ’ter beschikking zou stellen’. Ze motiveerde haar ontslag met de woorden: ‘Die Diskussion in der Fraktion und die vielen Rückmeldungen aus der Partei haben mir gezeigt, dass der zur Ausübung meiner Ämter notwendige Rückhalt nicht mehr da ist.’ (‘De discussie binnen de fractie en de vele meldingen vanuit de partij hebben me getoond dat de steun, die nodig is voor de uitoefening van mijn ambten, er niet meer is.’).

Groene golf

Wat nu, SPD? En vooral: wat nu, GroKo? Stappen de sociaaldemocraten uit de regering waarin ze zich nooit thuis hebben gevoeld? Indien ja, construeert Merkel dan een Jamaika-regering? Dat vinden de Groenen geen prettig vooruitzicht. Bij de Bondsdagverkiezingen van 2017 behaalden ze 8,9%. Op basis van dat resultaat zouden ze een kleine coalitiepartner zijn. Tegenwoordig doen ze het heel wat beter, zowel in de opiniepeilingen als bij de verkiezingen voor het EP, waar ze op 20,5% uitkwamen (als tweede sterkste partij, achter de christendemocraten met hun 28,9%).

Voor de Grüne zouden vervroegde verkiezingen dus heel wat lonender zijn. Uit vrees voor een groene golf en nog meer eigen verlies zouden christendemocraten en sociaaldemocraten wel eens kunnen besluiten om voort te doen. ‘Durchhalten’ dus? Anders komt er misschien wel een Duitsland uit de bus waarvan de contouren de laatste jaren meer en meer zichtbaar worden. ​

Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.

Commentaren en reacties