Spanje: grote winst voor socialisten, historische nederlaag voor conservatieven
Extreemrechts VOX breekt voor het eerst door
Pedro Sánchez (PSOE): hij kan een regering vormen mét, maar ook zonder de Catalaanse independentisten
foto © Reporters
De sociaaldemocraat Pedro Sánchez kan premier worden na de nederlaag van Spaans rechts. Hij zal echter de steun nodig hebben van regionale partijen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementSpaans eerste minister Pedro Sánchez haalt opgelucht adem. Zijn calvarietocht door de Spaanse politiek heeft eindelijk een voor hem positieve wending gekregen. Na amper elf maand regeren, na een motie van wantrouwen tegen Mariano Rajoy (PP), is hij erin geslaagd 28,7% van de Spanjaarden te overtuigen dat hij de beste kandidaat-premier is. Pablo Casado, zijn conservatieve tegenstander, moest gisteren hard in het zand bijten: het aantal zetels van de Partido Popular werd meer dan gehalveerd in wat het slechtste resultaat is van de partij sinds eind jaren 1970, toen het toenmalige Alianza Popular nog een postfranquistische randpartij was.
Hogere opkomst speelt in de kaarten van de PSOE
Na de historisch lage opkomst in 2016, ging opnieuw drie kwart van de Spanjaarden stemmen. Pedro Sánchez’ PSOE, die in het zuidelijke Andalusië recent nog de verkiezingen verloor door een ontgoocheld electoraat, zette in op mobilisatie. De dreigende nationale doorbraak van de extreemrechtse VOX hielp Sánchez daarbij. Dat zowel Ciudadanos en de Partido Popular een bitse en harde Spaans-nationalistische campagne voerden, tot scheldpartijen toe aan het adres van Sánchez, hielp hem dan weer om zich te presenteren als de gematigde staatsman, verheven boven het gescheld.
Sánchez mag tevreden zijn. Na het verlies in Andalusië, krijgt de PSOE deze sleutelregio terug in handen met 34% van de stemmen. Hoewel de Catalaanse afdeling van de PSOE haar vorige positie terugwint, met 12 zetels en 23%, gaan hier de centrumlinkse Catalaanse republikeinen van ERC aan de haal met de eerste plaats en 15 zetels. Deze zetels hopen de republikeinen als pasmunt te kunnen gebruiken in de onderhandelingen om Sánchez opnieuw premier te maken. De winst in Catalonië is enorm voor links, met 34 van de 48 zetels.
Het radicaal-linkse Podemos is, naast de PP, de andere verliezer van de dag. Pablo Iglesias, de voorzitter van de partij, is niet alleen salonfähig gaan lijken voor het electoraat van Indignados. Door zijn partij op een steeds meer autoritaire manier te leiden, heeft de partij de laatste tijd ook met interne ruzies en afsplitsingen moeten afrekenen.
Conservatieve vernedering
Pablo Casado, de voorzitter van de Partido Popular, hield het gisteren na een toespraak van amper vijf minuten voor bekeken. Verder dan het zoeken naar excuses voor zijn nederlaag geraakte hij niet. Zijn positie is wankel na een historische nederlaag voor Spaans traditioneel rechts. De PP verliest meer dan de helft van haar zetels en zakt weg naar 16,7% en 66 zetels op 350. Casado slaagde er niet in een eigen centrumrechts verhaal te brengen en kon niet meer dan Ciudadanos en VOX achterna lopen in een Spaans-nationalistisch opbod dat van start ging met de verkiezingen in Andalusië. In een wanhoopspoging de radicaal-rechtse kiezer te bekoren, verklaarde Casado zaterdag nog bereid te zijn met VOX te regeren. Die kiezer verkoos echter het origineel en de centrumkiezer vluchtte ondertussen weg.
Ciudadanos wint gematig, VOX breekt door
Ciudadanos ging door op de koers die het al jaren volgt. De voorzitter, Albert Rivera, zocht voortdurend de confrontatie op met de Catalaanse en Baskische nationalisten. Hij wierp Ciudadanos op als de verdediger van de Spaanse natie en instituties en hij verketterde Sánchez als de ‘collaborateur van de coupplegers die Spanje kapot willen’, verwijzend naar de Catalaanse independentisten. Die zichtbaarheid in het Catalaanse conflict de voorbije jaren heeft duidelijk geloond landelijk. (Al gaat de partij er in Catalonië in vergelijking met de regionale verkiezingen van 2017 sterk op achteruit.) Landelijke winst voor Ciudadanos gaat ten koste van de Partido Popular, die door haar marginale rol in Catalonië er geen factor van betekenis kan spelen in de strijd voor de Spaanse eenheid. De PP haalde er gisteren amper één zetel.
Toch is het algemene resultaat voor rechts slecht. Van twee grote partijen met 169 zetels op 350, versnippert rechts nu naar drie partijen met 149 zetels, waarvan 24 zetels behoren tot VOX. Die partij bracht een traditioneel extreemrechts discours: anti-immigratie, anti-regionalisme, anti-feminisme, anti-abortus enz. Met een score van meer dan 10% breekt VOX moeiteloos door in de Spaanse Kamer van Volksvertegenwoordigers. Na de gelijkaardige score in Andalusië kan VOX op dit élan doorgaan op 26 mei, wanneer Spanje lokale, Europese en in sommige regio’s verkiezingen houdt.
Regionale verschillen
Opvallende resultaten in de perifere naties van Spanje zijn terug te vinden in het Baskenland, waar de Partido Popular, Ciudadanos, noch VOX een zetel halen. De conservatieve Baskische nationalisten (PNV) blijven er de grootste met bijna een derde van de stemmen. De socialisten, Podemos en linkse nationalisten (EH Bildu; verdubbeling) verdelen er de rest van de zetels gelijkmatig onder hen.
In Catalonië is het opvallendste dat de Partido Popular er onder de 5% wegzakt en amper nog een enkele zetel kan behalen. En Comú Podem, de alternatief-linkse coalitie van Podemos, ecosocialisten en aanhangers van Ada Colau (burgemeester van Barcelona), kan nauwelijks overtuigen en verliest vijf zetels aan de socialisten. Aangezien het binnen een maand gemeenteraadsverkiezingen zijn, kan Ada Colau het ergste vrezen. Ze doet het ook niet goed in de peilingen, waar de koppositie voor de Catalaanse republikein Ernest Maragall (ERC) is, oud-socialist en broer van oud-burgemeester Pasqual Maragall.
In de traditioneel PP-stemmende regio Galicië verliezen de conservatieven er de eerste positie aan de socialisten, die bijna hun zetelaantal verdubbelen. De linkse nationalisten (BNG) verdubbelen er dan wel hun aantal stemmen, maar kunnen met 5,74% van de stemmen toch geen zetel binnenhalen. Andalusië stemde na de electorale pandoering voor de PSOE in december opnieuw voor de socialisten, die er meer dan een derde van de stemmen binnenhalen. De PP zakt er dan weer weg tot een derde positie, na Ciudadanos.
Regeringsvorming wordt puzzelwerk
De regionale partijen zullen onmisbaar zijn voor Pedro Sánchez. Tijdens zijn overwinningstoespraak in Madrid riepen de socialistische militanten al in koor ‘Con Rivera no!’, een duidelijk signaal naar Sánchez dat ze geen coalitie willen met degene die hen tijdens de verkiezingscampagne overlaadde met alle zonden van Israël. Nochtans is dat de enige eenvoudige coalitie die wiskundig mogelijk lijkt: met de 57 zetels van de antiregionalistische Ciudadanos zou een coalitieregering geleid door de PSOE aan 180 van de 350 zetels komen. Na de rechts-nationalistische bocht van Rivera liggen de posities echter te ver uit elkaar.
Sánchez moet dus op zoek gaan de steun van Podemos, waarmee hij in totaal 165 zetels kan verzekeren, elf te weinig voor een absolute meerderheid. Hij heeft dus de steun nodig van kleinere regionale partijen, die vóór zijn kandidatuur kunnen stemmen, maar er ook kunnen voor kiezen zich te onthouden. Vanaf de twee stemronde heeft Sánchez immers enkel meer ja-stemmen nodig dan nee-stemmen. Onthoudingen verlagen zo de drempel om aan de nodige meerderheid te geraken. Indien Sánchez zijn kaarten goed speelt, zou hij zelfs een coalitie achter zich kunnen krijgen zonder de steun van de Catalaanse republikeinen van Oriol Junqueras (ERC) en Carles Puigdemont (Junts per Catalunya).
Gezien op 26 mei ook lokale, Europese en regionale verkiezingen plaatsvinden in veertien Autonome Gemeenschappen van Spanje, ziet het er niet naar uit dat voor deze datum veel onderhandeld zal worden. Een ander sleutelmoment deze zomer zal de uitspraak zijn in het politiek proces tegen de Catalaanse sociale en politieke leiders.
Tags |
---|
Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.
Spanje krijgt Carles Puigdemont maar niet te pakken. Ondertussen maakt het zich ‘belachelijk’ aldus een triomfantelijke Puigdemont.
Extreemlinks en -rechts werken samen om de regering Barnier al na drie maanden weg te sturen, terwijl Frankrijk financieel dieper in het moeras zakt.