JavaScript is required for this website to work.
post

Terug naar school, laat ons onderwijzen

Pieter Bauwens3/9/2018Leestijd 3 minuten
Terug naar school

Terug naar school

foto © Reporters

Terug naar school, de goede gelegenheid om erop te wijzen dat leerkrachten moeten kunnen onderwijzen, daarvoor hebben we hulp nodig.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

1 september is in ons land de traditionele datum om ‘terug naar school’ te gaan. Dit jaar even uitgesteld door het weekend tot 3 september. ‘Terug naar school’, niemand ontsnapt er aan, niet in de winkels en niet in de media. Maak u maar klaar voor beelden van wenende kinderen en een Minister van Onderwijs op bezoek in enkele scholen.

Onderwijzen

Van de eerste schooldag wil ik graag gebruik maken om te vragen om de leerkrachten (wat een mooi woord eigenlijk) hun werk te laten doen. Die vraag richt ik, met permissie, tot u, ouders en ook tot u, politici. Leraren (m/v/x) vragen maar één iets: dat ze les kunnen geven. Leerkrachten zijn opgeleid om kennis en vaardigheden door te geven. Al moeten ze van de meeste leerplannen de lat voor kennis en vaardigheden steeds lager leggen. De meeste leerkrachten betreuren dat, maar ze moeten de leerplannen volgen. Wie meer geeft dan in de leerplannen vermeld, wordt op de vingers getikt door de inspectie. De omgekeerde wereld als u het mij vraagt. Misschien collega’s moeten we dat eens wat meer naast ons neerleggen. Er zit meer in ons en meer in onze leerlingen dan in de leerplannen.

Om te kunnen lesgeven hebben wij, leerkrachten, de steun van de samenleving nodig. Het helpt niet als de autoriteit van de leerkracht in twijfel wordt getrokken. Het helpt niet als uit een of ander nuttigheidsdenken het ene vak minderwaardig wordt gezien aan het andere. Onderwijs hoort de hele mens te vormen tot een kritisch onderdeel van de maatschappij. En ook een vak als LO maakt volwaardig deel uit van dat project. Help uw kind niet aan excuses om aan die lessen te ontsnappen. Die zijn daar niet bij gebaat.

Het onderwijzend personeel verdient de steun van de ouders. Leerkrachten zijn geen mensensoort die zich voedt aan sadisme. Leerlingen straffen of ‘buizen’ is niet de droom van elke leerkracht. De droom is leerlingen naar een hoger niveau van kennis en vaardigheden brengen. Dat is een onderschatte opdracht. Zeker als elk falen van een leerling de schuld is van de leerkracht. U mag uw kind zien als lief, schoon, goed, slim en onbegrepen, maar pedagogisch is dat toch niet de beste houding.

Loopt het wel eens fout in de relatie tussen een leerling en een leerkracht? Natuurlijk. Leraren (m/v/x) zijn ook maar mensen. Dat is ook voor ons een leerproces. Maar ook dan is de leerkracht geen onmens die er plezier in schept om leerlingen psychologisch te kraken. Ik ken zo geen enkele collega. Ik ken er wel veel die, wat er ook gebeurd is, elk uur opnieuw leerlingen nieuwe kansen geven. Falen en regels overtreden hoort bij jong zijn. De consequenties aanvaarden van hun keuzes leert hen verantwoordelijk zijn. Pamperen bereidt jonge mensen niet voor op het leven.

Burgerschap

Leerkrachten zijn geen opvoeders. Dat is een andere (mooie en onderschatte) stiel. De eerste opvoeders zijn de ouders. Vandaar dat ik een vak ‘Burgerschap’ geen goed idee vind. In het GO wordt het een leerlijn burgerschap, in het Katholiek onderwijs een vak ‘Mens en Maatschappij’. Het draait om hetzelfde: ‘mediawijsheid, ondernemingszin, economisch-financiële competenties en burgerschap’. Niets dat niet thuis of in andere vakken onderwezen kan worden.

Omgaan met bronnen is iets voor geschiedenis en taalvakken. De moeizame weg naar democratie zit in de geschiedenislessen. Financiële algebra maakt deel uit van het curriculum wiskunde. Respectvol omgaan en aandacht hebben voor gelijkenis en verschil tussen religies zit in elk levensbeschouwelijk vak. Democratische waarden hoort onze maatschappij uit te stralen. Die opsomming zijn ook allemaal facetten van een opvoeding. Moet de school dat echt overnemen?

Hoeveel keer moeten we nog vragen om niet elk maatschappelijk probleem op de school af te wentelen? Laat ons eerlijk zijn, een vak ‘Mens en samenleving’ of een ‘leerlijn burgerschap’ moet de brokken lijmen van onze fragmenterende diverse samenleving. Alweer mag de school het oplossen. Het is een slecht idee.

Politiek op school

‘Mens en maatschappij’ lijkt mij een vak dat per definitie een politieke ideologie binnenbrengt in de school. Dat is een paard van Troje binnenhalen. Wie zal dat vak geven? Wie zal de inhoud bepalen? Dreigt het niet het politieke modevak te worden? Dreigt niet elke regering de eigen politieke dada’s om te zetten in eindtermen? Starten we straks elke schooldag met de hijsen van de vlag en het zingen van het volkslied, als een mantra om het kwaad te bezweren? En tiens, welk volkslied moeten we dan zingen?

Politici kunnen nu al geen maatschappelijk debat voeren zonder in partijpolitiek te vervallen. Die eindtermen burgerzin, dat wordt wat: de werking van de democratie mag niet ontbreken, de liberale democratie, pluralisme, mensenrechten, ecologie, gezond eten, voldoende sporten, werking van de rechtstaat, sociale zekerheid, omgangsvormen, … Ik zit niet te wachten op een politiek correcte collega die mijn kinderen komt vertellen wat ze wel en niet mogen denken.

In elke school zijn levensbeschouwelijke vakken. Daar komen mensbeeld en wereldbeeld van leerlingen ruim aan bod. Ze kunnen die aftoetsen en confronteren aan de mens- en wereldbeelden van hun medeleerlingen, hun leerkracht, denkbeelden die leven in de maatschappij en de (religieuze) traditie van het levensbeschouwelijk vak. Hebben we echt meer nodig?

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties