‘Tijd voor een nieuwe Verlichting’
Groene burgemeester tikt Greta Thunberg op de vingers
Boris Palmer (Bündnis 90/Die Grünen), burgemeester van Tübingen
foto © Reporters / DPA
Boris Palmer is het enfant terrible van de Duitse Grünen die vindt dat politiek van de werkelijkheid moet uitgaan: realisme boven emotie
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOf hij die groene burgemeester graag in zijn partij zou hebben? En of! antwoordt Christian Lindner, de voorzitter van de Duitse liberale partij FDP. Maar de opschudding die Boris Palmer, het enfant terrible van de Duitse Grünen, veroorzaakt onder zijn eigen partijgenoten, dat vindt politieke concurrent Lindner toch ook wel mooi meegenomen. Beide spreken elkaar met ‘Du’ (jij) aan, wat in Duitsland normaal gezien alleen echte vrienden doen. De FDP-voorzitter (Lindner) en de burgemeester van de traditierijke universiteitsstad Tübingen (Palmer) delen dezelfde visie: politiek moet de feiten volgen in plaats van zich te laten aansturen door gemoedsstemmingen. Inderdaad stellen we de laatste decennia een moralisering van de politiek vast. Vele mensen, vooral ter linkerzijde, projecteren hun morele opvattingen op het politieke bedrijf, zijn verontwaardigd of geraken zelfs in paniek omdat de wereld niet onmiddellijk beantwoordt aan hun dromen van hoe die er uit zou moeten zien.
Knipoog
Lindner en Palmer verwerpen de ‘Empörung-Kultur’, de ‘cultuur van de verontwaardiging’, die de samenleving teistert. Het is geen toeval dat Lindner afgelopen maandag het nieuwe boek van Palmer voorstelde in de redactieruimte van de Berlijnse krant Tagesspiegel. De titel ervan is programma: ‘Erst die Fakten, dann die Moral’ (‘Eerst de feiten, dan de moraal’). Een knipoog naar de beroemde uitspraak van de marxistische dichter Bertolt Brecht: ‘Erst kommt das Fressen und dann die Moral’?
De bedoeling is duidelijk: je moet vertrekken van de realiteit, van hoe de wereld is, en niet van hoe hij zou moeten zijn. Niet ‘Wunschdenken’ (wishful thinking), maar analyse van de feiten. Het is ‘Zeit für eine neue Aufklärung’ (’tijd voor een nieuwe Verlichting’), zegt de liberaal Lindner.
Morele filter
Boris Palmer licht zijn standpunt toe: ‘Mein Zugang zur Wirklichkeit ist geprägt durch mein Amt, meine ökologische Grundhaltung und mein Studium der Mathematik.’ (‘Mijn toegang tot de werkelijkheid is gevormd door mijn ambt, mijn ecologische basishouding en mijn wiskundestudies’). Als burgemeester wordt hij geconfronteerd met de reële problemen van alledag en vermeit hij zichzelf niet in utopieën. Aan de ene kant noemt Palmer zichzelf een ‘voorvechter van groene concepten ter bescherming van het klimaat’, aan de andere kant komt hij door de praktijk van het burgervader-zijn in botsing met de eigen partij, de Duitse Groenen, als het gaat over migratie en veiligheid, of ‘de juiste omgang met groepsidentiteiten en minderheden in de maatschappij’.
Palmer is voor de ‘nuchtere kijk op de feiten’. Die wordt volgens hem niet alleen bedreigd door ‘fakenews en rechtspopulisme’, maar ook door ‘der Versuch, eine Art moralischen Filter über die Wirklichkeit zu legen’ (‘de poging een soort morele filter over de werkelijkheid te leggen’). Moraal wordt in Duitsland zo een kenmerk om je te onderscheiden van de ‘Menschenfeind’ (vrij vertaald een anti-humanist).
Provocateur
Zo zijn we weer beland bij de fundamentele kritiek van Palmer op de Grünen, zijn eigen partijgenoten: de kritiek op die personen die ‘de eigen moraal als maatstaf voor alle nemen en elke andere moraal verwerpen, dus wanneer uit moraal superioriteit, hoogmoed, arrogantie en geringschatting worden’. Als de morele superioriteit van de groenen en andere linksen de these is, dan is het tijd — om de dialectiek van de grote filosoof G.W.F. Hegel te hanteren — voor de antithese: de feiten!
Palmer past die zienswijze toe op wat hem onder ogen komt, en brengt daarmee vaak de poppen aan het dansen. In april 2019 bijvoorbeeld zag hij op een affiche van de Deutsche Bahn (de nationale spoorwegmaatschappij) ter promotie van het reizen per spoor vier foto’s met gekleurde Duitsers en één foto met een ‘witte’, en stelde zich daarbij de vraag: ‘Op basis van welke criteria heeft de Deutsche Bahn de personen op haar webstek uitgekozen? Welke maatschappij moet dit afbeelden?’ Onmiddellijk brak er een shitstorm uit; Palmer kreeg het verwijt van ‘racisme’ naar het hoofd geslingerd. De Berlijnse afdeling van de Grünen eiste zelfs dat deze ‘rechtspopulistischer Pöbler’ (‘rechts-populistische provocateur’) uit de partij zou worden gegooid. De reactie van Palmer: dit is de uitdrukking van ‘een antidemocratische weigering om een debat te voeren‘.
Denktirannen
Palmer is door en door groen, maar laat zich naar eigen zeggen niet ringeloren door ‘Meinungstyrannen’. Hij verdenkt de ‘denktirannen’ er van dat ze juist door hun morele superioriteit en hun verachting voor de ‘deplorables’ (dixit Hillary Clinton) — de ‘sukkelaars’, kortom het niet-progressief denkende ‘klootjesvolk’ —, de rechts-nationalistische Alternative für Deutschland (AfD) sterker maken.
De sociaaldemocraten van de SPD wijzen mensen die kritisch staan tegenover migratie met de vinger, maar wat is het gevolg? Wie migratie toejuicht, kiest voor de Grünen, want die belichamen de ‘juiste moraal’ in haar zuiverste vorm. Wie zich zorgen maakt over ongecontroleerde massamigratie, wordt in de armen van de AfD gedreven. De SPD tuimelt verder naar beneden in de kiezersgunst. Het kan ook anders, zegt Palmer. Kijk naar wat de sociaaldemocraten in Denemarken met hun strengere aanpak bereiken. De Deense premier Mette Frederiksen, hun partijvoorzitster ook, verwoordt dat met deze ene zin: ‘Je bent geen slechte mens, alleen maar omdat je je zorgen maakt over de migratie.’ Maar in Duitsland dus wel (en bij uitbreiding ook in België).
Waarden
Als burgemeester legt Palmer zijn oor te luisteren bij de ‘gewone mensen’ en toetst het ter ore gekomene af aan de feiten. Naargelang van de bevindingen dient dan deze of gene beslissing genomen te worden; dat kan in verscheidene richtingen gaan. Dat betekent niet dat Palmer in de houding springt voor ‘rechts’, wel dat hij hamert op de waarden van de Westerse samenleving. Daarbij denken we aan waarden als de gelijkheid van man en vrouw, het afzien van geweld in het beslechten van geschillen, het respectvol luisteren naar andermans mening, de liefde voor de wetenschap en het rationele denken.
Levenskansen
Het respect dat hij claimt voor de feiten heeft Palmer er trouwens ook toe aangezet om in een Open Brief in Bild (hier te lezen) te reageren op de Zweedse ‘Cassandra’, die in een woedende rede in New York ‘you’ (dus ons allemaal) verweet haar jeugd gestolen te hebben. Op de eerste plaats drukt hij zijn respect uit voor Greta Thunberg omdat ze er als zestienjarig meisje in geslaagd is om de bescherming van het klimaat onder de aandacht van de wereld te hebben gebracht. Juist daarom verdient Greta ook ernstige ‘Widerspruch’ (tegenspraak), die gebaseerd is op de feiten.
Nee Greta, schrijft Palmer, ‘wij hebben jouw jeugd niet vernietigd. Wij hebben een wereld gecreëerd die jonge mensen betere levenskansen biedt dan ooit tevoren in de geschiedenis.’ En dan noemt Palmer enkele cijfers: Het aandeel van ondervoede mensen is wereldwijd sinds 1970 gedaald van 28 naar 11 procent; ziekten als de pokken en de pest zijn uitgeroeid; de levensverwachting van een pasgeborene bedroeg in 1800 nog rond de dertig, nu ligt ze op 72 jaar; de kindersterfte is in dezelfde periode gezakt van 44 naar 4 procent.
Het werken aan al die betere levensvoorwaarden vereist de complexe samenwerking tussen staten, instellingen en bedrijven. Palmer geeft toe dat we daarbij het klimaat uit het oog verloren zijn, en er moet inderdaad dringend werk van de bescherming ervan worden gemaakt. Maar: ‘wir dürfen nicht in Panik geraten’ (‘We mogen niet in paniek geraken’). Zoals de ondertitel van Palmers boek luidt: de politiek moet met de werkelijkheid beginnen.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Dirk Rochtus (1961) is hoofddocent internationale politiek en Duitse geschiedenis aan de KU Leuven/Campus Antwerpen. Hij is voorzitter van het Archief en Documentatiecentrum voor het Vlaams-nationalisme (ADVN). Zijn onderzoek gaat vooral over Duitsland, Turkije, en vraagstukken van nationalisme.
Een volledige ambtstermijn zat er niet in voor de SPD’ers Brandt, Schmidt, Schröder en nu Scholz.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.