JavaScript is required for this website to work.
post

Uitspraken tussen neus en lippen 9bis

Sprokkels uit de pers van de laatste weken van oktober

Jan Van Peteghem1/11/2019Leestijd 5 minuten
Tussen neus en lippen

Tussen neus en lippen

foto © Imago / Reporters

De opmerkingen tussen neus en lippen zijn overtalrijk, vandaar bij hoge uitzondering hier een complement uit de tweede helft van oktober

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Magnette: de magneet van de PS

Paul Magnette zegt niet langer nee tegen N-VA: ‘Wie de PS nodig heeft, weet wat wij willen’ (Het Laatste Nieuws, 20 oktober). Vrij vertaald: ‘Wij maken binnen de Parti Socialiste wel uit wat er in dit land staat te gebeuren, en de rest moet maar volgen.’ De kerel heeft natuurlijk gelijk, het is altijd zo geweest, waarom zou dit nu anders worden? De Groenen (N/F) en sp.a zien dat ongetwijfeld zitten. Hoe schoon is dat: Allen tegader vereenigd in een links front (sterft, gij oude vormen en gedachten!)

Het klinkt verbindend, maar komt in onze nationale praktijk neer op een bijkomende financieringsstroom van noord naar zuid. Want ja, anders lukt het niet. Het weekblad Le Vif/Express  maakte, in haar uitgave van de derde week van oktober, duidelijk dat het Waals Gewest sinds 1980 over voldoende instrumenten beschikt om een economisch herstel op gang te trekken, maar dat daarvan niks in huis komt. Het blad verwijst hierbij als oorzaak naar de hypertrophie politique et administrative  in het zuidelijke landsgedeelte (het is, zelfs voor de compleet Fransonkundige lezer, onnodig om dàt te vertalen).

Daarom stelt het tijdschrift: ‘Une Région wallonne indépendante n’est pas viable’. Jules Gheude, tevens columnist op deze webstek, vertelt in één moeite door dat, toen onze federale regeringsvorming in 2010-2011 compleet vast zat, twee leden van de Franse Commissie Buitenlandse Zaken naar het Belgische parlement afzakten om poolshoogte te nemen. Zij kwamen tot toen de conclusie dat de twee landsgedeelten dermate uiteendrijven dat het voortbestaan van dit land op termijn in het gedrang komt. Wallonië zal als een rijpe appel in de schoot van onze zuiderburen vallen, meent hij.

We wensen de Fransen van harte succes met de annexatie — het is alleen zaak om ervoor te waken dat Brussel niet mee ingepikt wordt. Daarvoor bestaat er maar één oplossing: we verlappen onze hoofdstad aan de Europese Unie, die krijgt dan een soort Washington-aan-de-Zenne (over honderd jaar wordt dat dan Washington-aan-zee) in de aanbieding. Ze moeten er dan wel de Molenbeekse kanaalzone bij nemen. Maar geef toe: zo’n koopje kàn niet afgeslagen worden.

Als het middenveld de passie preekt: boer, let op je ganzen!

De Standaard  van 22 oktober liet Maggie De Block aan het woord, die ‘kopzorgen’ blijkt te hebben met haar sociale partners. De vertegenwoordigers van de artsenbonden en de ziekenfondsen hadden namelijk in een unaniem akkoord een budgetvoorstel opgesteld over de komende uitgaven in de ziekteverzekering. De minister had de voorstellen afgeketst omdat ‘een te groot deel van het budget naar honoraria van zorgverleners en structuren binnen de ziekenhuizen zou gaan en te weinig naar maatregelen die de patiënt voelt.’

Een goed georganiseerd middenveld is onmisbaar in een beschaafde samenleving, maar je moet donders goed opletten dat je ze niet te veel speelruimte geeft. Indien het middenveld moet kiezen tussen de eigen belangen en deze van hun leden, staan ze snel klaar met een compromis waarbij het eerste doorweegt — en al zeker wanneer de factuur kan worden doorgeschoven naar de belastingbetaler. Want natuurlijk kijken die middenveldorganisaties in de eerste plaats naar hun eigen belangen, daarin verschillen ze niet van andere verenigingen[1]. Daarom was Jean-Luc Dehaene zo succesvol: die zou met de glimlach de werknemers tot op het bot uitgekleed hebben om toch maar de Europese normen te halen — maar zou nooit geraakt hebben aan de vakbondsrechten. De enige echte saneringen die het naoorlogse België heeft ondergaan, kwamen tot stand onder zijn regime — en hij kon die doorvoeren, precies omdat hij niet raakte aan de machtsposities in het bestel.

Een enkele dagen tevoren voerde diezelfde krant overigens een CD&V-coryfee op die liet weten dat er nu stilaan komaf mag gemaakt worden met de doorslaggevende invloed van de syndicale organisaties op de samenstelling van de kieslijsten van die partij. Maar De Tijd  van 22 oktober blokletterde dan weer: ‘De poging van gewezen Unizo-topman Karel Van Eetvelt om een gooi te doen naar het CD&V-voorzitterschap sneuvelde op de kandidatuur van Vincent Van Peteghem, die wordt gezien als een mannetje van Beweging.net.’ Nee, sommige sociale partners blijven ongemeen machtig in ons land…

La Flandre vers le consensus ‘nous’

Dat was de kop van het feitelijke hoofdartikel uit Le Vif/Express  van de laatste week van oktober. Interessante tekst, onder meer wegens een uitspraak die in de mond wordt gelegd van de Tsjechische socioloog Miroslav Hroch. De kerel blijkt vooral nagedacht te hebben over de ontwikkeling van kleine naties, en kwam daarbij tot de volgende mening (eigen vertaling): ‘Om succes te boeken, mag het nationalisme geen natievorming tot doel hebben. De natie moet het middel zijn om thema’s ter tafel te brengen die grote groepen aanbelangen.’ Het artikel zelf geeft als voorbeelden lagere belastingen of een strenger migratiebeleid, en suggereert tussen de regels door dat de twee Vlaamse nationalistische partijen blijkbaar goed bekend zijn met Hroch’s theorieën…

Vooral in Vlaanderen zou dit narratief goed aanslaan, stelt het tijdschrift, omdat Wallonië een sterke industriële identiteit aankleeft waar mensen fier zijn om tot de arbeidersstand te horen. In ons deel van het land daarentegen wil iedereen tot de middenklasse gerekend worden en identificeert men zich met de ‘hardwerkende Vlaming’ (deze term blijkt in het zuiden van het land zo bekend te zijn dat deze onvertaald in de tekst voorkomt). Dit is tenminste de mening van een zekere meneer Olivier Boehme (die in het tijdschrift wordt opgevoerd als historicien et spécialiste du nationalisme économique).

In De Standaard  van 26 oktober…

… leverde ecoloog en publicist Jan Van den Berghe een bijdrage over de controverse inzake het bosbeheer, hetgeen in de praktijk vaak neerkomt op het selectief kappen van bomen. Wat hem bij dit protest opvalt, is dat ‘de betrokkenen vooral deskundig zijn in de opbouw van hun protest: ze weten perceptie te creëren (…). Daarin zijn ze veel deskundiger dan in bosbeheer.’ Zo heeft iedereen zijn sterke punten, je kan nu eenmaal niet alles in de vingers hebben.

Zo hoort u het ook eens van iemand anders

De Knack  van 30 oktober had een lang gesprek met de Russische topdiplomaat Vladimir Tsjisjov, ambassadeur bij de Europese Unie. Het ging onder meer over de toekomst van Oekraïne, waarbij de diplomaat liet vallen: ‘Oekraïne is een verdeeld land, en kan enkel één blijven als het federaliseert.’

Wie zijn eigenlijk de ‘eigen mensen’?

Burgemeester Walter De Donder heeft heel wat stof doen opwaaien met zijn uitspraak over integratie van migranten. Lieven Sioen, de commentator van De Standaard, vroeg zich in het editoriaal van 31 oktober luidop af wat eigenlijk bedoeld wordt met de term ‘eigen mensen’. Iedereen weet natuurlijk perfect wat de Samson-burgemeester bedoelt, alleen leiden politiek correcte oogkleppen bij journalisten blijkbaar tot gezichtsvernauwing.

Daarom leggen we het hier nog even geduldig uit. Medeburgers zijn mensen die zich scharen achter onze grotendeels door de Verlichting bepaalde en algemeen gebruikelijke omgangsvormen. Dat wil zeggen dat je het onnodig vindt om op iedere hoek van de straat duidelijk te maken hoe rechtgelovig je wel bent, dat je geen eisen stelt die haaks staan op wat tot onze normale praktijken behoort (op school par force  een hoofddeksel willen dragen, gescheiden zwemoefeningen eisen of niet accepteren dat een gynaecoloog ook van het mannelijk geslacht kan zijn), je huishoudelijk vuilnis correct meegeven met de gemeentelijke ophaaldienst, een overmatig beroep op de sociale zekerheid vermijden…

Dat heeft allemaal niets met huidskleur te maken en dus ook niets met racisme. Want ook tegen autochtonen treden we op wanneer deze zich niet houden aan dit soort regels. Alleen zijn we hierin blijkbaar toleranter wanneer het om gelijksoortig gedrag gaat vanwege inwijkelingen (zie ‘Doorbraak krijgt zijn zin’). Ik vermoed dat De Donder het voornamelijk hierover heeft willen hebben.


[1] Nu we toch naar Vlaamse spreekwoorden aan het verwijzen zijn: ‘eerst oompje en dan oompjes kinderen’

Jan Van Peteghem is ingenieur en emeritus-gasthoogleraar verbonden aan de Faculteit Ingenieurswetenschappen van de KU Leuven. Zijn beroepservaring en wetenschappelijk werk draaien grotendeels om de arbeidsomstandigheden en -voorwaarden, meer in het bijzonder de veiligheid en de gezondheid op het werk.

Commentaren en reacties