VVO: Meer Nederlandstalig onderwijs en kinderopvang in Brussel.
Het Grondwettelijk Hof heeft recent twee belangrijke uitspraken gedaan i.v.m. de bevoegdheden van de Vlaamse Gemeenschap in Brussel. beide uitspraken bevestigen de politieke argumentatie van de Vlaamse regering of de Vlamingen in Brussel. Na de uitspraken is het tijd voor de geolgen stelt het Verbond van Vlaams Overheidspersoneel (VVO).
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIn een eerste zaak had het Vlaams Komitee voor Brussel, bijgetreden door de Vlaamse regering, een geding ingediend tegen bevoegdheidsusurpaties van de Brusselse regering. Als Gewestregering, min of meer met de steun of toch minstens met de stilzwijgende toestemming van de VGC, wou die zich bemoeien met het Vlaams onderwijs en de Vlaamse kinderkribben. In een tweede zaak werd door de Franse Gemeenschapsregering een bezwaar ingediend tegen de toegangsregeling tot het Nederlandstalig onderwijs in Brussel, uitgevaardigd door het Vlaams Parlement.
Over de eerste zaak viel een uitspraak begin december verleden jaar en over de tweede zaak viel een uitspraak midden januari. In beide gevallen kreeg Vlaanderen gelijk.
In essentie stelt het Grondwettelijk Hof dat de Brusselse Hoofdstedelijke regering (dus de Gewestregering) zich in Brussel niet mag bemoeien met gemeenschapsaangelegenheden zoals kinderopvang en onderwijs en bevestigt dit Hof dat het Vlaams Parlement bevoegd is om toegangsregels tot die Nederlandstalige instellingen in Brussel vast te leggen.
Kranten of TV hebben daar niet veel aandacht aan besteed, laat staan dat ze bij deze toch wel wat ingewikkelde materie enig duiding brachten. Zij hebben het waarschijnlijk te druk met hun commentaar bij een “non event” als de C1000 flop of de capriolen van Di Rupo I.
De betwistingen tussen GEWEST en GEMEENSCHAP in Brussel zijn nochtans een essentieel element van het communautair conflict en zijn uitermate belangrijk bij het eventueel uiteenvallen van de Belgische federatie.
Dit kluwen tussen Gewesten en Gemeenschappen is inderdaad behoorlijk ingewikkeld, zeker voor de doorsnee Vlaming die in deze barre tijden andere zaken aan zijn hoofd heeft. Daarom herhalen we hier nog eens de essentie.
Persoonsgebonden materies als onderwijs, kinderopvang, zorgverzekering, voorzieningen voor ouderen… behoren voor Nederlandstaligen in Brussel, zoals in de rest van Vlaanderen trouwens, tot de bevoegdheid van de Vlaamse Gemeenschap. In Vlaanderen worden die bevoegdheden rechtstreeks uitgeoefend door de Vlaamse regering, bevoegd zowel voor Gewest als Gemeenschap.
In Brussel echter wordt die taak uitgeoefend door de VGC (Vlaamse Gemeenschapscommissie) waarin de Nederlandstalige leden van de Brusselse GEWESTregering zetelen en daar wringt het schoentje. Formeel heeft de Vlaamse regering en het Vlaams Parlement geen rechtstreekse controle op de VGC.
Een schoonheidsfoutje of een slordigheidje uit de voorgaande staatshervormingen; niet zo erg misschien ? Ware het niet dat de Walen in het raam van de voorbereiding van hun Wallobrux secessie Brussel willen inpalmen en uitbouwen tot een “région à part entière”, dus een gewest niet alleen bevoegd voor gewestmateries, maar ook voor de gemeenschapsmateries in dat gewest.
De Nederlandstalige ministers in de Brusselse regering vormen een minderheid en moeten in die positie dagelijks met hun Franstalige collega’s samenwerken.
Voor de Franstalige regeringsleden zijn ze dan een gemakkelijke prooi om hen onder druk te zetten en hen alzo mee te doen stappen in hun machinaties om Brussel uit te bouwen tot een volwaardig derde gewest, ook bevoegd voor Nederlandstalige gemeenschapsmateries in Brussel.
Wat er dan op termijn terecht zal komen van de Nederlandstalige gemeenschap in Brussel moeten we niet uitleggen.
Het succes van het Nederlandstalig onderwijs te Brussel is een doorn in het oog van de Wallobrux supporters en zij maken dan ook gebruik van elke gelegenheid om stokken in de wielen te steken. Vandaar bovenstaande disputen.
Het is tekenend voor het gebrek aan dossierkennis dat bij de recente communautaire onderhandelingen, GEEN ENKELE Vlaamse partij, uitgenodigd aan de onderhandelingstafel of niet, deze constitutionele anomalie ter sprake bracht, laat staan eisen stelde om deze anomalie weg te werken.
Wat nu gedaan. We hebben gelijk en we hebben gelijk gekregen van het hoogste rechtscollege, maar daar mag het, zoals maar al te dikwijls met Vlaamse bevoegdheden, niet bij blijven.
De aanpak moet dringend veranderen.
1. De Vlaamse partijen moeten hun verantwoordelijkheid opnemen en de Nederlandstalige leden van de Brusselse regering, die de facto ook de VGC vormen, onder druk zetten om onverkort de belangen van de Nederlandstalige gemeenschap in Brussel te behartigen. Daar bestaan middelen voor.
2. De Vlaamse regering mag zich niet langer verstoppen achter het alibi dat ze niet rechtstreeks kan ingrijpen. Het Grondwettelijk Hof bevestigt die Vlaamse bevoegdheid. Er zijn kanalen genoeg om, in samenwerking met de VGC, de Nederlandstalige gemeenschap in Brussel te steunen.
3. We hebben er alle begrip voor dat er in deze tijden van recessie moet bespaard worden, maar dat mag niet gebeuren op kosten van de toekomst. En vooral niet op kosten van de Nederlandstalige kinderen te Brussel die de toekomst van de Vlaamse gemeenschap in Brussel zijn.
Was er bij de laatste regeringsonderhandelingen niet overeengekomen dat de Vlaamse Gemeenschap jaarlijks 461 miljoen € zou afdokken aan het Brussels Gewest, en dat gedurende 20 jaar? Zouden de Vlamingen er niet beter aan doen die centen in eigen beheer te houden om de VGC toe te laten zelf de opdrachten correct uit te voeren, die haar door het Grondwettelijk Hof nogmaals uitdrukkelijk werden toegewezen?
Daarom vraagt het VVO dat de Vlaamse regering, met deze twee arresten van het Grondwettelijk Hof in de hand, haar bevoegdheid in de praktijk zou bevestigen met een actieplan voor meer kinderopvang en verbeterd onderwijs, waarbij de klemtoon, naast de noodzakelijke uitbreiding, vooral op versterking van de kwaliteit moet liggen.
Jozef Cassimons
Algemeen Voorzitter VVO
Personen |
---|
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Stel je voor: erkenning vragen voor de wetten op je grondgebied. Taalwetten dan nog, hoe bekrompen! Gelukkig is er de Franstalige flexibiliteit!
‘Moslimhater valt kerstmarkt aan’: het leek voor vele media een haast verfrissend discours. Maar heel wat vragen blijven onbeantwoord.