Wat kan een verklaring zijn voor de aanslagen in Europa?
Doorbraak-Café over de Islamitische Staat
Het Westen zal nog decennia met de dreiging van IS te maken hebben.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe zaal Tinnenpot (Tinnenpotstraat, Gent) leek bij het binnenkomen wel een arena, maar het Doorbraak-Café werd geen gevecht, integendeel: er kwamen alleen maar interessante analyses.
U kan ook een volledig beeldverslag van het debat zien.
Aan tafel zat een panel dat de situatie in Syrië goed kent. Derwich Ferho (voorzitter van het Koerdisch Instituut in Brussel), Abied Alsulaiman (docent Arabisch, juridisch vertalen, literair vertalen en cultuurgeschiedenis aan de KU Leuven, campus Sint-Andries in Antwerpen, al dertig jaar in ons land als politiek vluchteling uit Syrië en met heel wat familie die nog altijd in Syrië verblijft) en Pieter Van Ostaeyen (internationaal bekend als online rapporteur van, en onderzoeker naar Syriëstrijders. Hij schreef ook een boek over de achtergrond van IS: Van Kruistochten tot Kalifaat, Pelckmans). Moderator was Doorbraakredacteur en professor internationale politiek Dirk Rochtus.
We hoorden veel meer dan een debat enkel over IS. Er kwamen scherpe analyses van de toestand in heel de betrokken regio, en van de (geo-)politieke omstandigheden die de opkomst van het Kalifaat hebben mogelijk gemaakt.
Ontstaan
Hoe onstond IS? Pieter Van Ostaeyen ziet de oorsprong van IS in de chaos van de oorlog in Irak. Toen heette de groep nog Al Qaida in Irak. Extreem geweld was er van bij het begin: de toenmalige leider Al Zarkawi is door de leiding van Al Qaida toen nog op de vingers getikt voor het buitensporige geweld en de videobeelden ervan. Al Qaida was van oordeel dat dergelijke zaken contraproductief werken. De latere kalief Al Bagdhadi heeft daarna, vanuit Irak, de oorlog in Syrië naar zijn hand gezet en daar een groot grondgebied veroverd. Er is dan een breuk gekomen tussen Al Qaida en ISIS. Syrië is een kluwen van burgeroorlogen geworden van verschillende facties tegen elkaar, en tegen IS. IS riep nu het Kalifaat uit, waardoor de aantrekkingskracht van IS enorm toenam. IS positioneert zich als enige echte Islamitische overheid die het hoofd durft te bieden aan het Westen.
Volgens Abied Alsulaiman was een cruciale fase in het ontstaan van IS de ontmanteling van het Iraakse leger door de VS. ‘Ze hebben bijna een miljoen soldaten naar huis gestuurd, die zijn verdwenen met het grootste deel van hun wapens. Zo hebben de Amerikanen Irak aan Iran gegeven. De Iraakse soennieten werden gemarginaliseerd, de gewezen kaderleden van de Baathpartij en het officierenkader van het leger die opzij geschoven werden, hebben zich dan verbonden met IS, niet omwille van de ideologie, maar om te strijden tegen een gemeenschappelijke vijand.’
En hoe is destijds Assad in Syrië aan de macht gekomen? De huidige Assad is de zoon en opvolger van de grondlegger van het regime. Vader Assad kwam aan de macht via een staatsgreep. Dat was in een periode van groeiend Arabisch nationalisme: een nationalisme op taal gebaseerd, zodat iedereen die Arabisch spreekt ook Arabier is. Daarbij speelden ook christenen een rol, want dit Arabische nationalisme was seculier, propageerde een vorm van burgerschap en dus van gelijkheid voor iedereen, ongeacht de religieuze achtergrond. Toen Assad de macht naar zich toe trok, bracht hij de machtsposten in handen van Alawieten, een minderheid die de meerderheid controleerde, en de grote diversiteit in het land begon uit te spelen. Dat heeft geleid tot de huidige patstelling tussen die groepen in Syrië.
Geopolitieke strijd.
Het Kalifaat is geen op zich staand verschijnsel. Het is het gevolg van een brede geopolitieke beweging, waarin ook Assad een rol speelt. Op dit moment wordt het Assad-gebied van Syrië bestuurd door Iran. Er zijn meer dan 50.000 Iraanse soldaten in Syrië. Assad komt van pas in de geopolitieke strategie die Iran volgt sinds de Islamitische revolutie in 1979. Iran werd toen een staat naar sjiitisch model, en wilde zijn invloedsfeer uitbreiden. Iran steunt dus sjiitische minderheden in de regio. Ook de Alawieten, historisch een afscheuring van de sjiieten, maken deel uit van dit plan. Als Assad valt, dan valt meteen ook het plan van die sjiitische regio in duigen.
Assad heeft daarnaast nog een andere bondgenoot: Rusland. De Russen hebben militaire belangen in Syrië, hun enige ijsvrije marinebasis. Die willen zij kost wat kost behouden en daarom steunen ze Assad. In het verleden zagen ze in Egypte al hoe een regimewissel ook een bondgenotenwissel werd. Egypte wisselde toen de USSR in voor de VS. Rusland vreest dat in Syrië hetzelfde kan gebeuren, en ze zien het dus als een strategisch belang om Assad te steunen.
Een andere speler is Turkije. Alsulaiman vat het zo samen: ‘Er zijn in de regio drie grote projecten die met elkaar botsen: het Ottomaanse (Turkse) project botst met Iraans-sjiitische project, dat het verst gevorderd is. Die botsen met het Joodse project, dat ook vergevorderd is. Iran, Turkije en Israël, dat zijn de drie hoofdrolspelers in de regio, de huidige gebeurtenissen zijn een gevolg van de botsing van die drie projecten.’ In de loop van het panelgesprek kwam er ook nog een vierde factor aan bod: Saoedi-Arabië en Qatar, die ook belangen hebben in de regio en een eigen agenda volgen.
Speelt ook de islam een rol in dit conflict? Niet echt zegt het panel. Volgens Abied Alsulaiman is het geloof een instrument om mensen te mobiliseren. Er wordt ingespeeld op de wederzijdse haat tussen sjiieten en soennieten. IS claimt dat zij, en zij alleen de islamwetgeving ingevoerd hebben zoals die door de profeet is bedoeld. Maar dit, evenals hun aanspraken op het Kalifaat, wordt tegengesproken door de meest vooraanstaande islamgeleerden. Ook is de greep van Saoedi-Arabie op IS minder stevig dan vaak wordt aangenomen, zegt Van Ostaeyen.
Koerden
Derwich Ferho probeerde iedereen te overtuigen van de kansen die het Koerdische project biedt. De Koerden hebben nu een autonoom gebied uitgebouwd in het Noorden van Syrië: Rojava. Dit Rojava is het beste alternatief voor groot-Syrië. De Koerden hebben zich in Syrië al sinds 2004 goed georganiseerd. De Koerden willen samenblijven, binnen Syrië als ze de ruimte krijgen om zichzelf te zijn. Maar dat botst met de belangen van andere spelers in de regio: in de eerste plaats Turkije, maar ook Saoedi-Arabië en Qatar.
Turkije heeft vele soldaten van het ‘zogenaamde’ Vrij Syrische leger getraind om te strijden tegen de Koerden. Een hele groep is na die training naar Al Nusra (verbonden met Al Qaida) overgelopen. Voor de inwoners van Syrië is de Arabische lente veranderd in de Arabische hel. Voor de Koerden is het duidelijk dat godsdienst en staat niet samengaan. Dat zegden ze in 1979 al, en nu zien we dat dit echt zo is. Probleem is dat er te veel olie en te veel gas is, en ook nog eens goede landbouw.
Er zijn geen Christenen meer in Syrië, er waren er tot twee miljoen, en ook de Jezidi’s zijn weg. Syrië is een hel. Dat Syrië een hel is, ontkent Alsulaiman niet maar volgens hem zijn niet alle christenen weg. Je mag ook niet vergeten dat er regio’s waren waar zij in de meerderheid waren. Volgens Ferho is er in Rojava gelijkheid tussen man en vrouw en respect voor de eigenheid van de minderheden. Het zou overal in Syrië en het Midden-Oosten zo kunnen zijn.
Etnische zuiveringen
IS verwijt de Koerden etnische zuiveringen – er is een rapport van Amnesty International, maar in het panel was er toch enige scepsis over dat rapport. Derwich Ferho verwierp het als ongegrond. ‘Misschien moeten ze eens zelf ter plaatse gaan kijken’ opperde Van Ostaeyen.
Maar de vluchtelingen komen Assad (en dus Iran) goed uit. De Soennieten verdwijnen (worden weggejaagd en vervangen door geïmporteerde sjiieten. Syrië wordt zo ‘gesjiitiseerd’. Homs en de provincie daaromheen is zo goed als ingenomen, en wel op basis van religieuze obediëntie. De streek wordt nu bewoond door Pakistani, Iraniërs en Afghanen. Syrië wordt feitelijk verdeeld en projecten worden ontplooid in afwachting van het geschikte moment om het land opnieuw vorm te geven.
Zeggen we IS of Daesh?
Vanwaar al die afkortingen en hebben die een betekenis? Ook dit kwam even aan bod. Er is volgens Pieter van Ostaeyen verwarring ontstaan, door de uiteenlopende vertalingen ISIS, ISIL, en IS. Ook Daesh is een letterwoord, dat de tegenstanders van ISIS in Syrië gebruiken. Schijnbaar is het een neutrale afkorting, want er is geen enkel Arabisch woord dat ‘daesh’ als stam heeft. Maar het wordt gezien als een verwijzing naar ‘vertrappen’ (in de zin van helemaal kapotmaken), of ‘overtreden’. In ieder geval: als je ‘Daesh’ gebruikt dan erger je de IS-mannen, ze horen die afkorting helemaal niet graag. De kans bestaat dat je het daarna niet lang meer uitzingt.
Over de grote aandacht voor gruwel en barbarij zegt Van Ostaeyen: ‘Als je goed naar hun media kijkt, gaat het daar voor tien tot vijftien procent over barbarij. De rest van de tijd gaat naar berichten over hun perfecte leven in het kalifaat. Als je het moet geloven hebben ze er de lekkerste druiven, grote oogsten, ze herstellen de wegen en de infrastructuur, er is een groot gevoel van verbondenheid en vriendschap, en racisme bestaat niet in IS, want ze zijn allemaal moslims. Ze profileren zich in hun media als een goed georganiseerde proto-staat.’ Maar we mogen niet vergeten dat het een totalitaire staat is.
Turkije
Ook de rol van Turkije in het conflict is heel dubbelzinnig. Volgens Ferho komt het Turkije goed uit dat IS tegen de Koerden vecht: ‘Turkije heeft IS naar de Koerden gestuurd’. Olie en gas van IS wordt via Turkije uitgevoerd en wapens worden via Turkije door IS ingevoerd. Daar worden ook de Turken beter van. Kobani is met de grond gelijk gemaakt. Erdoğan hoopte op de val van Kobani, hij sprak er in het openbaar over en rekende op de val van Kobani want dat kwam hem goed uit. Turkije steunt IS, IS heeft kampen in Turkije en ze laten IS in Turkije aanslagen plegen op Koerden. Tenminste, als ze dit niet zelf al doen: in Suruç, Diyarbakir en Ankara waren er aanslagen die niet door IS werden opgeëist en waarvan de daders niet werden gevonden. Volgens van Ostaeyen het beste bewijs dat die aanslagen niet het werk zijn van IS.
Van Ostaeyen wijst er verder op, dat het toch vreemd is dat (Europese) Syriëstrijders jarenlang ongehinderd eenzelfde route kunnen nemen. Turkije laat die Syriëstrijders dus gewoon door, zegt hij: ‘Het is te gemakkelijk om via Turkije naar Syrië te gaan, al drie jaar. Turkije heeft boter op het hoofd.’
Turkije wil namelijk munt slaan uit dit conflict. Ze willen het gebruiken om zich in de EU binnen te werken, en tegelijk een regionale grootmacht te worden. De Europese Unie moet zich de vraag stellen of ze zo’n staat erbij willen hebben.
Parijs en Brussel
Zijn de aanslagen in Parijs een teken dat IS van tactiek is veranderd? Pieter Van Ostaeyen denkt van niet. Ja, we kunnen veronderstellen dat IS zich in het nauw gedreven voelt, en Sinjar is inderdaad gevallen, een doorgangsstad. Nu moet het via de woestijn gaan. Maar wat de recente aanslagen betreft, is het motief van een weerwraak vergezocht: ‘De aanslag in Parijs is gedurende maanden voorbereid, goed gecoördineerd met ruime financiering, met veel wapens en veel betrokken personen, verbazingwekkend is de omvang en de coördinatie van de aanslagen. Het zijn geen lone wolves, anders was het netwerk allang opgerold en was de voortvluchtige Abdeslaam al opgepakt. Ze hadden alles om een ‘klassiek’ bloedbad aan te richten.’
Die aanslagen wijzen niet op een verandering van strategie van IS. Die strategie is gebaseerd op Het management van de chaos een handboek van Al Qaida. Alles wat vandaag gebeurt is daartoe te herleiden. Ze vallen de hoofdsteden aan om de economie van een land te treffen. Ze publiceren nu in hun media triomfberichten over Parijs en Brussel, ooit bloeiende steden die nu doods zijn. Dit is het model dat ze overal gebruiken en nu naar Europa exporteren. Maar Van Ostaeyen denkt niet dat het te maken heeft met het feit dat ze aan de verliezende hand zijn.
Volgens Alsulaiman wil IS een wig drijven tussen moslims en niet-moslims in het Westen. Er is een oproep geweest aan de moslims in Europa om te verhuizen. Het verblijf van een moslim in een westers land ziet IS als een vorm van afvalligheid. Maar onder moslims bestaat er een wereldwijde consensus: die bende is geen staat, maar een groep misdadigers die misbruik maken van de religie. De voedingsbodem van IS is de chaos in de regio, na de inval van de Amerikanen en de gruwelijkheden van het Syrische regime. Zolang het Assad-regime een bloedige strijd tegen de eigen burgers blijft voeren, zul je IS niet kleinkrijgen. IS is geen ‘natuurlijk’ gegeven in de regio: hun strijders zijn voornamelijk buitenlanders. Assad zal ooit moeten boeten voor zijn wreedheden en zal ooit vallen.
Maar hoe moeten we IS dan verslaan? Daarover was onzekerheid. Van Ostaeyen: ‘de slogan van IS geldt: “wij zullen blijven en onszelf uitbreiden”. De idee daarachter krijgen we nooit kapot.’ Volgens van Ostaeyen zijn een derde van de tweets, die vanuit België in het Arabisch gestuurd worden, pro-IS. Dus zo snel komen we er niet vanaf. Het panel was het erover eens dat onderhandelen met IS uitgesloten is, er valt niet mee te praten. Maar ook een rechtstreekse confrontatie werd afgeraden. ‘Boots on the ground zullen enkel voor meer aanslagen hier zorgen.’
Het is een regionaal conflict dat de regionale spelers zullen moeten beslechten, en het ziet ernaar uit dat het Westen nog een tijd met de bedreiging van IS zal moeten leven.
Categorieën |
---|
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Sub-Sahara-Afrika is het nieuwe Irak. Het centrum van islamitisch extremisme is verschoven van het Midden-Oosten naar Afrika.
De laatste Amerikapodcast voor de presidentsverkiezingen: over een eekhoorn, vuilnis en slechte grappen.