JavaScript is required for this website to work.
Europa

Wat kunnen we van de Europa politiek in 2020 verwachten?

Pieter Cleppe17/1/2020Leestijd 6 minuten
Europa, met of zonder glans?

Europa, met of zonder glans?

foto © Reporters

Een nieuwe crisis in Europa is niet uitgesloten in 2020. Zowel qua migratie, economisch en buitenlandbeleid schuilen er gevaren om de hoek.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Bij het begin van het derde decennium van de 21ste eeuw volgt hier een overzicht van wat we in 2020 van de Europese politiek kunnen verwachten.

1 De Brexit — of op zijn minst een ‘bètaversie’ ervan — zal doorgaan.

Eind januari zal het VK eindelijk de EU verlaten, ook al blijft het voor de rest van 2020 zijn regelgevende capaciteit en handelsbeleid uitbesteden aan Brussel, in ruil voor volledige toegang tot de EU-markt. Boris Johnson heeft beloofd deze overgangsregeling niet tot na 2020 te verlengen. Een besluit hierover zal eind juni worden genomen.

Er bestaan twee visies over waar het VK voor zal kiezen. Sommigen zeggen dat er gewoon niet genoeg tijd is om te onderhandelen over iets dat verder gaat dan een rudimentair handelsakkoord en dat beide partijen daar uiteindelijk voor zullen kiezen, met alle gevolgen vandien voor de industrie.

Anderen denken dat ook al is een deal haalbaar die tarieven en quota vermijdt, Boris uiteindelijk grote toegevingen zal doen, vanwege de schade die de industrie zou ondervinden van zogenaamde ‘niet-tarifaire handelsbelemmeringen’. Ze denken dat het Verenigd Koninkrijk daarom gewoon zal akkoord gaan met het overnemen van de meeste of zelfs alle EU-regels in ruil voor volledige en blijvende markttoegang  wegens het gebrek aan tijd om te onderhandelen over toegang tot de markt in functie van de Britse regels. In dit scenario zou Boris misschien kunnen argumenteren dat, omdat het VK toch deels zijn soevereiniteit heeft hersteld, dit niet betekent dat de overgang wordt verlengd.

Het is best mogelijk dat de eerste visie de juiste is en dat Boris vanaf 2021 gewoon zal opteren voor ‘volledige divergentie van de regelgeving’. Misschien is de marktverstoring die daarop volgt een stuk minder erg dan sommigen voorspellen.

Dan is de vraag uiteindelijk: waarom zou het VK ervoor kiezen om markttoegang op te offeren in ruil voor het recht zijn eigen weg te gaan, terwijl het toch niet van plan is om veel van de bestaande regels te wijzigen?  Onverzettelijkheid en afhankelijkheid kunnen er voor zorgen dat het Verenigd Koninkrijk nog een paar jaar de regels van de EU blijft volgen.  Niet de bewuste keuze van het VK om zijn eigen weg te gaan, maar de obsessie van de EU om steeds meer regelgeving in te voeren zou het VK er dan toe kunnen dwingen om op langere termijn te kiezen voor ‘volledige divergentie’ met een Brexit in Singapore-stijl.

2 De betrekkingen van de EU met de rest van de wereld blijven een uitdaging.

Terwijl ze haar relatie met het VK probeert op punt te stellen, heeft de Europese Unie het wellicht ook moeilijk met gespannen relaties met de rest van de wereld.

Ten eerste zal ze moeten leren omgaan met de tarieven van de Amerikaanse president Trump, die een goede kans maakt herkozen te worden. Een van zijn voorstellen is een dreiging om vanaf begin 2020 een tarief van 100 procent in te voeren voor Europese goederen, waaronder wijn, als vergelding voor de Franse ‘digitale dienstenbelasting’, die vooral Amerikaanse technologiebedrijven raakt. Slechts één Frans bedrijf zou de belasting moeten betalen.

De betrekkingen tussen de EU en Turkije zijn tot op een naoorlogs dieptepunt gezakt, terwijl de relatie van de Unie met Rusland al meer dan tien jaar bekoeld is. Frankrijk en Duitsland lijken hun betrekkingen met Rusland te willen normaliseren,  tot ontsteltenis van hun Angelsaksische bondgenoten.  Turkije, dat nu zelfs geconfronteerd wordt met Amerikaanse sancties, drijft verder weg van het Westen onder leiding van president Erdogan, maar die wordt geconfronteerd met steeds meer interne rivalen.

Elders kennen de buitenlandse betrekkingen van de EU ook stormachtig weer. De EU is er nog steeds niet in geslaagd Zwitserland te dwingen om wijzigingen in het akkoord tussen de EU en Zwitserland te aanvaarden, en in 2020 vindt er een nieuw referendum in Zwitserland plaats over vrij verkeer met de EU. Zelfs de recente successen van de EU bij het sluiten van handelsovereenkomsten zijn niet veilig. De akkoorden met Canada en Latijns-Amerikaanse landen zullen wellicht op hindernissen botsen als ze volgend jaar door de nationale parlementen in de EU meten geratificeerd worden.

En last but not least nemen de spanningen tussen de EU en China toe. In maart heeft de EU China een ‘systemische rivaal’ genoemd en de Chinese gezant in Brussel heeft ervoor gewaarschuwd dat de EU van plan is maatregelen te nemen tegen buitenlandse ondernemingen, handelsopportuniteiten en 5G, wat een reactie van ‘verdachte’ Chinese bedrijven kan veroorzaken. Een en ander kwam er na gelijkaardige Chinese dreigingen tegen Duitsland. Aan de meer rooskleurige kant heeft China net eenzijdig  voor 389 miljard dollar aan tarieven verlaagd, dus er bestaan kansen om de handelsrelaties te verbeteren.

3 Een nieuwe migratiecrisis is mogelijk

De uitdaging van ongecontroleerde migratie sluipt terug naar de top van de politieke agenda in Europese landen en is eigenlijk nooit echt verdwenen. De Nederlandse premier Mark Rutte heeft migratie aangestipt als een ‘prioriteit’ voor 2020, en waarschuwde er zelfs voor dat de paspoortvrije ‘Schengenregeling in gevaar is’ door de lekkende buitengrens van de EU.

De Turkse president Erdogan heeft er ook voor gewaarschuwd dat er misschien een nieuwe migratiecrisis komt, omdat misschien wel 80.000 vluchtelingen van Syrië naar Turkije komen. Dit volgt op zijn dreiging in oktober om ‘de deuren te openen’ en Syrische vluchtelingen toe te staan de EU binnen te komen als hij niet meer hulp kreeg. ondertussen zitten 40.000 asielzoekers vast op Griekse eilanden. Het besluit van de Griekse regering in maart 2016 om niet-erkende asielzoeker niet langer toe te staan om de eilanden te verlaten, beëindigde de instroom van mensen uit Turkije grotendeels en maakte ook een einde aan bijna alle verdrinkingen op zee, maar er is nog geen oplossing gevonden voor degenen die vastzitten op de eilanden.

In het noorden worstelen België en Frankrijk met illegale migranten die weigeren asiel aan te vragen omdat ze anders zouden teruggestuurd worden naar Italië of Griekenland, waar hun ‘vingerafdrukken’ werden afgenomen. Velen proberen het VK te bereiken, waar het gemakkelijker is om zonder papieren te leven. Ondertussen steekt de nieuwe Commissie onder leiding van Ursula von der Leyen, in een soort parallel universum, haar energie in het overtuigen van de lidstaten om asielzoekers ‘vrijwillig’ te herverdelen, alsof mensen zich niet eenvoudig zouden kunnen verplaatsen naar waar ze maar willen binnen het Schengengebied. Er worden geen inspanningen gedaan om de uitkering van ontwikkelingshulp te koppelen aan de repatriëring van asielzoekers, een domein waar de EU een toegevoegde waarde zou kunnen betekenen, aangezien grote ontvangers van EU-fondsen, zoals Marokko, soms zelfs weigeren om regeringsvertegenwoordigers van lidstaten te ontmoeten om dit heikel punt te bespreken.

4 De EU doet gewoon verder zoals voorheen

Afgezien van alle crisissen doet de EU gewoon verder zoals voorheen. Dat zijn twee belangrijke dingen: uitgeven en reguleren.

Aan de uitgavenzijde moet een akkoord worden gevonden voor de nieuwe meerjarenbegroting van de EU, die van 2021 tot 2027 loopt. Terwijl de Commissie een bescheiden verhoging van de uitgaven voorstelt, heeft het Europees Parlement een drastische verhoging geëist, terwijl de lidstaten – die de rekening moeten betalen – zich hiertegen verzetten. Het grote verschil deze keer is echter dat de tweede grootste nettobetaler aan de EU-begroting, het VK, de club verlaat. Het is natuurlijk mogelijk dat het VK gewoon ‘betaalt om te spelen’, zoals Zwitserland of Noorwegen, maar bezuinigingen zijn nog onvermijdelijk. Dat is natuurlijk een goede zaak, gelet op de problematische staat van de EU-uitgaven.

Als het gaat om regulering lijkt de Commissie haar liefde te hebben verklaard voor ‘steeds meer’. Als commissaris voor ‘Betere regelgeving’ onder Jean-Claude Juncker heeft de Nederlandse EU-commissaris Frans Timmermans enkele — maar nog steeds teleurstellende — inspanningen geleverd om de Brusselse regelgevingsmachine in toom te houden. Tegenwoordig is hij echter belast met het promoten van de zogenaamde ‘Europese groene deal’, een reeks nieuwe EU-regels en strikte doelstellingen.

Natuurlijk vinden er dit jaar verschillende nationale verkiezingen plaats. We moeten met name uitkijken naar eventuele Ierse parlementsverkiezingen, de Poolse presidentsverkiezingen en ook of België in mei zijn eigen wereldrecord van anderhalf jaar zonder federale regering zal breken. Dit zal wellicht niet van beslissende invloed zijn op het EU-beleid. Misschien zal Angela Merkel, die zich ertoe heeft verbonden geen kandidaat meer te zijn in Duitsland, haar heerschappij in 2020 zien eindigen, gezien de verzwakte positie van haar sociaaldemocratische coalitiepartners. Maar net daarom lijkt het waarschijnlijker dat beide Duitse regeringspartijen zullen proberen verkiezingen voor de normale datum van 2021 te vermijden. Eén ding dat ‘business as usual’ kan verstoren is de voortdurende confrontatie van de EU met Polen en de aangrenzende lidstaten over de ‘rechtsstaat’, maar de situatie zal wellicht niet escaleren.

5 Een nieuwe de Eurocrisis is altijd mogelijk

Terwijl de herinnering aan de financiële crisis van 2008 vervaagt, is de eurozone zelfgenoegzaam geworden. Overheden versoepelen hun budgettaire discipline, ondanks de afnemende groei en dus vermoedelijk lagere belastinginkomsten. Een aantal harde feiten suggereert dat ze voor een grote uitdaging staan als het economische weer omslaat: banken in de eurozone bevinden zich nog steeds in een zeer wankele staat;  obligatiespreads in de eurozone zijn niet meer geconvergeerd sinds 2008, toen ze ontkoppeld werden; en de Europese Centrale Bank is intern diep verdeeld, wat elke poging tot een nieuwe monetaire ‘bazooka’ ingewikkelder zou maken – een beleidsinstrument dat steeds minder efficiënt blijkt. Aandeelhouders lijken wel te genieten van zoiets als de grootste bullmarkt in de geschiedenis, dus een soort correctie valt helemaal niet te sluiten.

Zeker, staten met een zware schuldenlast zoals België of Italië hebben de termijn voor de afbetaling van hun schuld verlengd, waardoor ze een buffer krijgen tegen een forse rentestijging. En het is waar dat zowel Portugal als Griekenland de voorbije jaren groei kende. Maar deze landen zijn sterk afhankelijk van de steun van de eurozone en de genade van de ECB. De hoge schuldniveaus blijven en het goedkoop geld- beleid van de ECB zet de leden van de eurozone ertoe aan om nog meer schulden aan te gaan.

Het belangrijkste is echter dat de politiek in de eurozone niet is veranderd. Populisten in Italië en Frankrijk hebben hun verzet tegen de euro misschien opgegeven, maar ze hebben hun verzet tegen de regelneverij door de EU daarom niet opgegeven. En als het Noorden nogmaals wordt gevraagd om miljarden uit te sparen om het Zuiden te ondersteunen, zullen daar voorwaarden aan gekoppeld zijn. Sommigen vragen zich misschien af wat het nut is om nog meer geld te steken in iets dat eruit ziet als een bodemloze put, aangezien het persoonlijk besteedbaar inkomen per hoofd van de bevolking vandaag lager is dan vóór de invoering van de euro meer dan twintig jaar geleden. Tijdens een zware crisis kunnen alternatieven voor  nog meer transfers — zoals het tolereren van wanbetalingen door de overheid, gevolgd door het degraderen van lidstaten tot de status van Montenegro of een volledige exit uit de eurozone – eindelijk worden overwogen. Dezelfde fundamentele vragen over de levensvatbaarheid van de gemeenschappelijke munt, voorspeld door Margaret Thatcher en vele anderen, zouden wel eens kunnen terugkeren.

Pieter Cleppe is politiek analist (Europese Unie, Brexit, Eurozone, Belgische politiek).

Commentaren en reacties