Wie is de Belgische journalist?
Slecht betaald en steeds minder gespecialiseerd
foto © Unsplash
De survey ‘Portret van Belgische Journalisten in 2023′ geeft een uitzonderlijk representatief beeld van de journalist. Niet zo’n vrolijk beeld.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe gemiddelde journalist is nog steeds een man van 46 met een hoger diploma en een laag loon. Uit de vijfjaarlijkse studie over het profiel van de Belgische journalist blijkt dat de verhouding man versus vrouw steeds gelijker wordt. Helaas wordt dat profiel ook homogener op andere vlakken. Zo is er bijvoorbeeld steeds minder specialisatie en steeds meer bureauwerk.
Elke vijf jaar doen de universiteiten van Gent, Brussel en Bergen samen met de journalistenbonden een onderzoek naar de Belgische journalist. Ook tussen december 2022 en februari 2023 deden het ‘Center for Journalism Studies‘ van de Universiteit Gent en het ‘Research Laboratory on Journalistic Identities and Practices‘ van de Université Libre de Bruxelles en de Université de Mons (ReSIC-ULB) dat.
Vragenlijst
De onderzoekers konden 5.069 journalisten bereiken, waarvan 4.539 journalisten werkzaam in de algemene media (‘beroepsjournalisten’), 293 stagiair-journalisten (die in het beroep beginnen) en 237 journalisten in de periodieke en gespecialiseerde pers (‘journalisten van beroep’). Deze journalisten ontvingen de online-vragenlijst. Dat resulteerde in een momentopname van de samenstelling van de beroepsgroep in 2023. Liefst 1.396 journalisten stuurden een volledig ingevulde vragenlijst terug.
Volgens de cijfers van AJP en VVJ bevindt een kwart van de populatie Belgische journalisten zich in het statuut van freelancer (24,9 procent), wat in lijn ligt met de cijfers in de steekproef van deze studie (27,4 procent).
Ideologische kleur
De meeste Belgische journalisten zien zichzelf als eerder centrum-links georiënteerd. Dat is zo aan beide kanten van de taalgrens, en ligt in lijn met de vorige profielstudies. Dat bevestigt ook een vooroordeel bij de bevolking. Het merendeel van die journalisten beschouwt zichzelf zelfs als progressiever dan het medium waarvoor ze werken.
Ze vinden zichzelf ook ‘progressiever’ dan het publiek van het medium waar ze voor werken. 32 procent van de vrouwelijke journalisten stemt Groen. 26 procent van de journalisten is voor Groen. 16 procent voor Vooruit. Open Vld en N-VA hinken achterop. De rest van de partijen lijkt te verwaarlozen qua voorkeur bij de Nederlandstalige journalisten.
Loondienst
Driekwart van de respondenten die journalistiek uitoefenen als hoofdberoep werken in loondienst voor een redactie (75,8 procent), terwijl een kwart van de journalisten in een freelancestatuut werkt (24,2 procent). Het merendeel van de journalisten werkt voor een privaat mediabedrijf, zoals DPG Media of IPM (71,3 procent), terwijl ongeveer een kwart van de respondenten aangeeft voor de publieke omroep te werken (23,6 procent). Het aandeel journalisten dat voor een coöperatieve vennootschap zoals Doorbraak of Médor werkt, ligt hoger bij Franstalige (19,6 procent) dan bij Nederlandstalige respondenten (11,3 procent).
Ongeveer twee op de drie journalisten schrijft stukken voor de website of app van het medium waarvoor ze werken (64,2 procent). Dat ligt in lijn met de toegenomen verwachting dat journalisten worden geacht crossmediaal te werken. Online-kanalen zijn volgens de onderzoekers voor veel mensen uitgegroeid tot de belangrijkste platformen om nieuws te consumeren.
Deskundigheid of specialisatie
Op het vlak van specialisatie zijn een aantal opmerkelijke bevindingen waar te nemen. Ten eerste geeft 20,7 procent aan zichzelf als generalist te zien, zonder specialisatie. In domeinen die als ‘hard nieuws’ worden gepercipieerd, zoals politiek en economie, zijn vooral mannelijke journalisten actief, terwijl vrouwen vaker werken binnen topics die als ‘zacht nieuws’ worden bestempeld.
Die verminderde specialisatie speelt ook bij de teloorgang van lokaal nieuws. Het regionaal nieuws zit in een dalende trend: van 25 procent in 2013 en 23 procent in 2018 naar slechts 18,2 procent van de journalisten in 2023 die regionaal nieuws als specialisatiedomein aankruisen. In Vlaanderen staat regiojournalistiek onder druk, met nog slechts 15 procent van de journalisten die zich hierin specialiseren.
Randje van armoede
Belgische journalisten verdienen gemiddeld 2.470 euro netto per maand. Dat bedrag betekent dan wel een stijging van 5,5 procent ten opzichte van 2018, maar deze stijging is nog steeds lager dan de evolutie van de consumentenprijsindex over deze vijf jaar. Achter dat gemiddelde inkomen gaan aanzienlijke verschillen schuil: 20,7 procent van de journalisten zegt minder dan 2.000 euro netto per maand te verdienen (waarvan 9 procent minder dan 1.500 euro netto krijgt). Anderzijds rapporteert bijna 30 procent van de respondenten (29,7 procent) een inkomen van 3.000 euro netto of meer. Een journalist in loondienst verdient ruim een derde meer (36,9 procent), dan een journalist die kiest voor freelance.
Waar het inkomen van journalisten in loondienst vaak is gestegen tussen 2020-2022, is het bij freelancers vaker gelijk gebleven of zelfs gedaald. Onze bevraging brengt ook verschillen tussen de inkomens van mannen en vrouwen aan het licht: het gemiddelde netto-inkomen van vrouwen bedraagt 2.386 euro en dat van mannen 2.515 euro, een verschil van 129 euro.
Vliegende reporter of huismus?
De redactieruimte blijft de centrale werkplek in de journalistiek (voor 67,1 procent van de respondenten). Dat verschilt naargelang de taalgroep: 38,6 procent van de Franstalige respondenten geeft aan altijd (of bijna altijd) vanuit de redactieruimte te werken, tegenover 27,8 procent van de Nederlandstaligen.
Veldwerk is nog steeds een belangrijk aspect van de job: 46,1 procent van de journalisten zegt altijd (6 procent), bijna altijd (10,9 procent) en regelmatig (29,2 procent) veldwerk te verrichten. Een opvallende vaststelling is wel dat het aantal journalisten dat regelmatig op veldwerk trekt, sterk is gedaald ten opzichte van de vorige bevraging in 2018. Toen gaf nog 42,5 procent aan altijd of bijna altijd naar het veld te gaan, terwijl dat in 2023 nog maar 16,9 procent is. Bijna één op de vijf respondenten (19,6 procent) antwoordt dat ze altijd of bijna altijd telewerken.
Bronnen
Net als vijf jaar geleden zijn de meest gebruikte informatiekanalen voor journalisten websites (44,7 procent raadpleegt deze meerdere keren per dag), sociale media (31,8 procent meerdere keren per dag), andere nationale media (26,1 procent meerdere keren per dag), berichten van nationale persagentschappen (21,9 procent meerdere keren per dag) en internationale media (20,4 procent meerdere keren per dag). De belangrijkste informatieactoren voor journalisten zijn min of meer dezelfde als in de vorige enquêteronde: collega-journalisten, gewone burgers en experten zijn de drie bronnen waartoe journalisten zich dagelijks wenden.
Over het algemeen zeggen journalisten redelijk tevreden te zijn met hun beroep, zowel wat aanzien, sociale betrokkenheid, creativiteit, verscheidenheid aan contacten als intellectuele uitdaging betreft. Anderzijds is de werkdruk een element dat de journalisten verdeelt: 34,5 procent is niet tevreden en 32 procent is wel tevreden. De respondenten zijn het wel eens met de stellingen over de toegenomen werkdruk (67,1 procent is het ermee eens), de dalende werkzekerheid (57,8 procent is het ermee eens) en de uitbreiding van hun takenpakket in de afgelopen jaren (71,5 procent is het ermee eens).
Categorieën |
---|
Lode Goukens is master in de journalistiek. Zijn masterproef behandelde de journalistieke cartografie. Voordien was hij jaren beroepsjournalist en schrijver. Begonnen als officieel IBM multimedia developer in 1992 en één van de eerste professionele ontwikkelaars van DVD’s (dvd-authoring) schreef hij ook het eerste Belgische boek over het Internet in 1994. Hij behaalde ook al een master in de kunstwetenschappen en archeologie en een master filmstudies en visuele cultuur.
Europa stevent op een nieuwe energiecrisis af. En dit keer tijdens de winter. Ondertussen speelt Rusland met de gaskraan.
Frédéric De Gucht ziet de Brusselse onderhandelingen afspringen en de federale doodbloeden. ‘Ze lijken een ander verkiezingsresultaat te willen.’