Zaterdag 4 februari had de Nederlandse parlementaire pers het druk. Vanwege de naderende Provinciale Statenverkiezingen, op 15 maart, hielden drie politieke partijen congres: GroenLinks, de sociaaldemocratische Partij van de Arbeid (PvdA) en het christendemocratische CDA. Linkse fusie? GroenLinks en PvdA congresseerden in Den Bosch, op hetzelfde tijdstip, in verschillende, met elkaar verbonden, zalen van hetzelfde gebouw. Er gaan stemmen op om de twee partijen te laten fuseren. Argument is dat ze dezelfde kiezersgroepen aanspreken. In plaats van met elkaar te…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Zaterdag 4 februari had de Nederlandse parlementaire pers het druk. Vanwege de naderende Provinciale Statenverkiezingen, op 15 maart, hielden drie politieke partijen congres: GroenLinks, de sociaaldemocratische Partij van de Arbeid (PvdA) en het christendemocratische CDA.
Linkse fusie?
GroenLinks en PvdA congresseerden in Den Bosch, op hetzelfde tijdstip, in verschillende, met elkaar verbonden, zalen van hetzelfde gebouw. Er gaan stemmen op om de twee partijen te laten fuseren. Argument is dat ze dezelfde kiezersgroepen aanspreken. In plaats van met elkaar te concurreren, kunnen ze zich beter verenigen tegen rechts.
De leden van de Eerste Kamer (Senaat) worden indirect gekozen: de in maart verkozen 570 Statenleden kiezen enkele maanden later de nieuwe Eerste Kamerleden. GroenLinks en PvdA gaan de komende legislatuur één gezamenlijke Eerste Kamerfractie vormen, die volgens peilingen nipt groter wordt dan die van de rechts-liberale VVD, de partij van premier Mark Rutte.
Een klein aantal prominenten is inmiddels lid van beide partijen. Detail: de statuten van de PvdA sloten dubbellidmaatschap uit. Een soep die in het verleden niet altijd zo heet werd gegeten: media-ondernemer Derk Sauer verklaarde dubbellid te zijn van PvdA en de uiterst linkse Socialistische Partij (SP).
Eerdere partijfusies
Er bestaat een precedent. Het CDA ontstond in 1980 als fusie tussen twee protestantse partijen en een katholieke. De orthodox-protestantse ChristenUnie ontstond in 2000 als fusie tussen twee kleine protestantse partijtjes. GroenLinks ontstond in 1990 als fusie van vier linkse partijen die nog maar 1 Kamerzetel hadden of zelfs al uit de Tweede Kamer verdwenen waren. Sommigen noemen zelfs de PvdA een fusiepartij, al is dat voor interpretatie vatbaar. In 1946 vormde de vooroorlogse SDAP zich om tot PvdA . Twee andere partijen gingen daarin mee, formeel was dat een fusie. Maar die andere twee waren veel kleiner, waardoor gesteld kan worden dat de SDAP twee andere partijtjes opslokte. Bij CDA, GroenLinks en ChristenUnie waren de fusiepartners wel gelijkwaardig.
De partijen die opgingen in GroenLinks hadden veel gemeen. Drie daarvan – PSP, PPR, EVP – vertegenwoordigden de linkse tijdgeest van eind jaren zestig en de jaren zeventig. Ze spraken vooral progressieve hoogopgeleiden aan. De PSP (‘Pacifistisch Socialistische Partij’) werd opgericht in 1957, toen er geen afzonderlijke partij bestond voor christelijk links. PPR en EVP waren linkse afsplitsingen van uiteindelijk in het CDA opgegane partijen.
Vreemde eend in de GroenLinks-bijt was de vierde fusiepartner: de Communistische Partij van Nederland (CPN). In de loop van de jaren tachtig werd die echter vooral een verzameling van intellectuelen in plaats van arbeiderspartij. Daarnaast bevatte de CPN vanaf de jaren zeventig veel kaderleden met een gereformeerde achtergrond. Communisten en (ex-)gereformeerden deelden een voorkeur voor een strikte dogmatische benadering.
Arbeidersstemmen
GroenLinks was vanaf het begin een partij voor en door hoogopgeleiden. Een partij voor bedienden met witte boorden, niet voor arbeiders met blauwe boorden. De PvdA verenigde in de twintigste eeuw arbeiders, bedienden én academici.
Van 1989 tot 1994 was de PvdA juniorpartner in de derde regering van CDA-premier Ruud Lubbers. PvdA-leider Wim Kok was minister van Financiën. Hij werkte mee aan versobering van de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Als premier van twee Paarse kabinetten (1994-2002) bespaarde hij op sociale zekerheid, terwijl de overheid zich terugtrok en het bedrijfsleven en de vrije markt ruim baan kregen.
Arbeiders hebben vaak directe zorgen: rondkomen met weinig loon, baanzekerheid, betaalbare woningen voor de kinderen. De achterban van GroenLinks, doorgaans met bovengemiddeld inkomen, is begaan met ogenschijnlijk abstracte problemen: milieu, ontwikkelingssamenwerking. Is het verkeerd om zich daarom zorgen te maken? Nee. Maar de een ligt wakker van het einde van de maand, de ander van het einde van de wereld.
Indien de CPN ook arbeiders vertegenwoordigde, waar bleven die stemmen na het ontstaan van GroenLinks? Dat is lastig na te gaan, maar in 1994 kreeg de SP voor het eerst twee Kamerzetels.
Denken hoogopgeleiden en arbeiders hetzelfde over migratie, multiculturalisme, diversiteit en inclusie?
Visie?
Een fusie van PvdA en GroenLinks betekent dat de PvdA definitief afscheid neemt van arbeidersstemmen. Welke kiezers blijven dan over? Dat kunnen alleen degenen zijn die in 2021 GroenLinks in de steek lieten (van 14 naar 8 Kamerzetels) ten gunste van D66 (van 19 naar 24).
De omvorming tot PvdA was het sluitstuk van een nieuw beginselprogramma dat de SDAP eind jaren dertig aannam (waarmee afscheid werd genomen van het marxisme). De fusies tot CDA, GroenLinks en ChristenUnie begonnen bij de basis: plaatselijke afdelingen hadden het initiatief genomen. De huidige fusie lijkt een streven van Eerste en Tweede Kamerleden.
De PvdA heeft na de oorlog vaak geregeerd en leverde zelfs premiers: Willem Drees, Joop den Uyl en Wim Kok. GroenLinks heeft plaatselijk geregeerd, maar landelijk nooit. In een aantal steden staat GroenLinks nu sterk. Voorstanders zeggen dat de twee partijen elkaar daarom aanvullen, tegenstanders zien, om dezelfde reden, verzwakking.
Een laatste argument voor de fusie luidt dat naar het buitenland gekeken moet worden. Zoveel problemen in de wereld, waarom dan verdeeldheid in Nederland? In Duitsland boekten socialisten en groenen in 2021 afzonderlijk verkiezingswinst. In België, in ieder geval in Vlaanderen, gaat winst van de ene stroming tot nu toe ten koste van de andere. Let op het verschil binnen de groenen: in Duitsland hebben realo’s de overhand, in België de fundi’s. In Frankrijk verenigde links zich bij de parlementsverkiezingen van 2022 in NUPES. Verenigd links veroverde niet de meerderheid in de Nationale Vergadering. Hoeveel GroenLinks- en PvdA-leden herkennen zich in NUPES-leider Jean-Luc Mélenchon, populist en trotskist? Al die buitenlandse voorbeelden lijken de zelfverklaarde wereldburgers van GroenLinks en PvdA te ontgaan.
Alles bij elkaar zijn er meer argumenten tegen de fusie dan voor. Alleen Rutte is blij. Nu kan hij doen alsof de komende provinciale verkiezingen een klassieke tweestrijd worden tussen links en rechts. Als D66, de partij van vicepremier Sigrid Kaag, door herstel van GroenLinks verzwakt, is zijn eigen positie binnen de regering verstevigd.