Paardenworst en ajuin
foto © Belga
Die van Aalst lachen niet alleen met die van Dendermonde. Beiden zijn door een rode draad verbonden: afkeer voor autoriteit en absolutisme.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDeiremonne stinkt, ’t peird stinkt, ’t derp stinkt, Deiremonne stinkt. Wie bij het lezen van deze uiterst fraai geconstrueerde dactylische hexameter spontaan in zingen uitbarst, is hoogstwaarschijnlijk afkomstig uit de Ajuinenstad aan de Dender.
Wie het momenteel in Keulen hoort donderen, kan het liedje in kwestie hier beluisteren. U slaat twee vliegen in één klap, want u kan uw Aalsterse tongval ook direct even oefenen. Aalst, ajuin en bier met schuim, om maar iets te zeggen.
Paardenprocessie?
De traditionele rivaliteit tussen dorp Dendermonde en stad Aalst waar eminent collega Harry De Paepe naar verwijst in zijn veelgeprezen bijdrage bij Doorbraak, bestaat enkel in de geest van kunstminnende paardenliefhebbers. In heel Aalst heeft men namelijk nog nooit gehoord van een paardenprocessie in het Dendermondse.
Of het zou om de tienjaarlijkse uittocht moeten gaan van een houten exemplaar met schattige voetjes. Een soort Trojaans paard in feite, maar dan zonder verborgen soldaten en snode plannen om een vijandelijk leger heimelijk in de stadsmuren te krijgen. Begrijpelijk uiteraard, aangezien Dendermonde bezwaarlijk een strategisch doel te noemen valt.
Buyse en D’Haese lijken elkaars zuivere tegenpolen
In schril contrast met Aalst, het Cambridge aan de Dender, dat momenteel bestuurd wordt door een burgervader die in haast alles het tegendeel lijkt van Piet Buyse. Zo weet de laatste namelijk wél hoe hij een cultureel initiatief op de Werelderfgoedlijst van Unesco kan houden. Oud-leraar ook, die Piet Buyse, behoudens vergissing mijnentwege. Dus moet wel een kerel uit één stuk zijn, een man van zijn woord met in steen gebeitelde overtuigingen.
Daar kan de carrière van een man als D’Haese (een advocaat, godbetert) uiteraard niet anders dan schril tegen afsteken. Een beetje the good and the bad aan de Dender eigenlijk. Wat evenwel niet wegneemt dat meneer D’Haese prat kan gaan op een uiterlijk (pun intended) dat hem veel geschikter maakt voor ‘die van Aalst’ dan voor ‘die van Dendermonde’. Ongelooflijk dankbaar mikpunt van spot, zo’n lichtgeraakt Bourgondisch typetje met een dikke bril dat zich graag wentelt in dure woorden en verslaafd is aan de flits van fototoestellen.
Leve de teder anarchistische Vlaming
Wat me in één ruk tot de kern van deze zaak brengt, beste Harry. De vermeende naijver tussen onze beide geboorteplekken berust op één groot misverstand. Hoog tijd om dat de wereld uit te helpen. Aalst organiseert elk jaar een hoogfeest van de karikatuur, waarbij geen enkel onderwerp wordt geschuwd. Noch levensbeschouwelijk of historisch beladen, noch politiek of bestiaal.
Dendermondenaars rukken om de tien jaar uit om een traditie te vieren met wortels in een ver en grijs verleden. Vier jongens die het waagden de grote Karel zelf uit te dagen. Om zich dan in een ongeziene rollercoaster aan avonturen te storten, met het gekende tragische einde van het trouwe ros Beiaard. Stof voor een avonturenroman in het kwadraat. En materiaal dat perfect aansluit bij het DNA van de teder anarchistische Vlaming.
Rode draad die Aalst en Dendermonde met elkaar verbindt is dan ook een gezonde afkeer van autoriteit en absolutistisch gezag. Heerlijk toch, lak hebben aan mensen die zichzelf veel te ernstig nemen. Misschien iets om mee te nemen naar volgende Ommegang?
Pieter Van den Bossche is vader, leraar en classicus. In die volgorde. Als leraar geeft hij Latijn, Grieks en filosofie in het Sint-Vincentiusinstituut te Gijzegem, maar in zijn vrije tijd experimenteert hij met hout, baksteen en metaal.
Openstaan voor kennis en vaardigheden die aangereikt worden op school, lukt enkel wanneer ouders aan hetzelfde touw trekken.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.