B-SLOW
De trage non-hervorming van B-FAST
B-FAST wordt niet hervormd door belgicisme boven gezond verstand te stellen.
foto © Reporters / Jan Van de Vel
B-FAST hervormen is een processie van Echternach. Na jaren trekken en sleuren rest er één conclusie: afschaffen die handel.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement25 april 2015. Nepal wordt getroffen door een reeks hevige aardbevingen. Al snel komt buitenlandse hulp op gang. Ook vanuit België wordt het team van B-FAST er op uit gestuurd. Tot dan staat B-FAST bekend als het vlaggenschip van de Belgische noodhulpverlening; snel ter plaatse, efficiënt, vindingrijk. In het kielzog van de Nepalmissie reist dan ook een VRT-journalist mee die live verslag moet uitbrengen van de hulpactie. Pijnlijk: we kunnen op de voet volgen hoe de missie uitloopt op een sisser. Bij aankomst blijkt het team niet veel te kunnen uitvoeren. Andere landen, die sneller ter plaatse waren, hebben de eerste hulp al geboden. Het B-FAST-team gaat vruchteloos op zoek naar plaatsen waar ze wel nog van nut kunnen zijn. De wet van Murphy laat zich echter stevig voelen, en het team verlaat Nepal op 4 mei.
De consternatie over deze missie leidde al snel tot verhitte discussies in het parlement. Ook ik stelde verschillende vragen over de achtergrond bij de Nepalmissie. Puzzelstukjes begonnen op hun plaats te vallen, het verhaal achter B-FAST raakte stilaan bekend. In feite is het een typisch Belgisch, en dus oud verhaal – één van opgeblazen ego’s, na-ijver, slechte organisatie en politiek getouwtrek. Het zou amusant zijn om volgen, ware het niet dat in dit verhaal mensen het slachtoffer zijn – vrijwilligers, ambtenaren, hulpbehoevenden. Een normale reactie zou dan ook zijn om zo snel mogelijk het probleem tot op het bot te analyseren en op te lossen. Niet zo in ons land, ook dat is typisch België. Hieronder een samenvatting van vier jaar vechten tegen de bierkaai.
In den beginne
B-FAST is eerder bij toeval ontstaan nadat uit de hulpverlening bij aardbevingen in Turkije en 1999 een permanente structuur nuttig leek te zijn. Onder meer spoedarts Luc Beaucourt was voorstander van zo’n structuur. In 2000 nam de ministerraad de principiële beslissing deze op te richten en in 2003 werd B-FAST door middel van een KB officieel boven de doopvont gehouden. Van in het begin werd B-FAST geconcipieerd als een ad hoc-samenwerking tussen verschillende federale overheidsdiensten: Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking, Volksgezondheid, Defensie Binnenlandse Zaken en Budget en Beheerscontrole. De coördinatie tussen deze verschillende diensten gebeurt door Buitenlandse Zaken, dat het B-FAST-secretariaat huisvest.
Daar liep het al fout. Elke overheidsdienst heeft zijn zeg over missies, en bovendien moeten de bevoegde ministers een missie dekken. Van heel wat mensen zweeft dus de vinger boven de startknop. Betrokken ambtenaren en/of politici die niet samen door één deur kunnen, kunnen de boel potentieel lam leggen. Daarnaast beheert elke overheidsdienst een eigen ‘module’ of vorm van hulpverlening. Bijvoorbeeld voor Nepal werd een USAR-team uitgestuurd, een module specifiek toegerust voor noodsituaties in steden die in puin liggen na een aardbeving of een ontploffing. Het USAR-team heeft bijvoorbeeld ook prachtig werk geleverd bij de aanslagen in Brussel. Bij de inzet van het team komt ook prestige kijken. Diensten zien graag hun ‘eigen’ module vertrekken. Dit leidt tot getouwtrek tussen de diensten.
Nepal
De Nepal-missie bracht deze verschillende pijnpunten aan het licht. Uit de onder meer door mij gevraagde evaluatie van de missie bleek dat er te lang werd getalmd met het uitsturen van het team. Onenigheid tussen ambtenaren over de juiste module leidde tot onnodige vertraging. De finale beslissing om een USAR-team te sturen bleek dan nog eens de verkeerde te zijn. Dat team landde op 28 april in Nepal, drie dagen na de aardbeving. Op dat moment liep het land al zwart van gelijkaardige teams. Bovendien is zo’n USAR-team het meest nodig vlak na een ramp. Logischer was de zending van een veldhospitaal geweest. Wat bleek nu? Er werd stevig gelobbyd om het uitsturen van een USAR-team vanwege het prestige zo’n team uit te sturen. Men zei zelfs dat Reynders uiteindelijk met opzet het USAR-team had laten vertrekken om de verantwoordelijke ervan met zijn kop tegen de muur te laten lopen.
Helemaal potsierlijk wordt het als uit de analyse van de missie blijkt dat het team 24 uur vertraging heeft opgelopen omdat internationale coördinatoren het met opzet in New Delhi hebben gehouden. Hier zou persoonlijke animositeit tussen de verantwoordelijke Belgische ambtenaar en de VN-rampencoördinator OCHA aan de basis van liggen. Die loopt terug tot de reddingsmissie in Haïti van 2011. Waar ergens in dit verhaal het belang van de slachtoffers woog, is een raadsel.
Hoorzittingen, audits, inspecties en andere doorlichtingen
In de nasleep van missie in Nepal vroeg N-VA om een grondige evaluatie van de organisatie van B-FAST. Details van de evaluatie raakten bekend in de pers, nog voor het parlement de inhoud van het rapport kende. Het gaf een scherp oordeel: er schort heel wat aan de organisatiestructuur van B-FAST en er bestaan zelfs vermoedens van misbruik van materiaal. Daarom vroeg ik om een grondige doorlichting van B-FAST door het Rekenhof. Dat was dus in 2015. De start van een lange weg van afwachten, vragen stellen, de minister aanporren en nog langer wachten.
Een klein overzicht: een externe audit beloofde Reynders tegen einde 2015, vervolgens herhaaldelijk verschoven, eerst naar maart 2016, dan naar eind april 2016, vervolgens ‘binnen afzienbare tijd’. Einde maart 2017 bleek te dichtbij, hetzelfde geldt voor mei 2017. Toen bleek de analyse in twee fases te verlopen. Die tweede fase kregen we exact twee weken geleden. Kosten noch moeite werden gespaard voor de doorlichting. Een extern auditbureau, de interne auditdienst, de Inspectie van Financiën zijn allemaal betrokken. Tijd, geld en middelen die telkens weer met dezelfde conclusie kwamen: de organisatiestructuur trekt op niks. Maar dat wisten we in 2015 ook al. Daar komt nu nog met zekerheid bij dat niemand kan vertellen hoeveel het vehikel ons kost. Parallel aan de financiële doorlichting door de regering vroeg ik zelf de cijfers op bij de betrokken ministeries: ze verschillen met 13%. Waarom duurt het dan zo lang vooraleer er iets beweegt?
Vendelzwaaien
Macht, aanzien en gevestigde belangen zijn de giftige lijm die B-FAST samenhoudt. Al van bij de opstart was het de bedoeling B-FAST als belgicistisch instrument in te zetten in het buitenland. Maar dit is een keuze die weinig bewegingsruimte overlaat om de organisatie te stroomlijnen of hervormen. Hervorming betekent toegeven dat B-FAST feilbaar is, en dat straalt dan onherroepelijk af op de vlag waaronder B-FAST opereert, namelijk die van België. Ik kon deze vervlechting persoonlijk aanschouwen bij elk voorstel over hervorming of doorlichting dat ik deed. Telkens beschuldigden Franstalige collega’s me ervan B-FAST te willen opdoeken vanwege een anti-Belgische houding.
Een tweede probleem van B-FAST is de spitse hiërarchie. Voor een snelle-responsteam is dat belangrijk, omdat er dan snel knopen kunnen worden doorgehakt. Problematisch wordt het wanneer diezelfde mensen ook beslissen wie er deel uitmaakt van het team dat wordt uitgestuurd. Dat geeft hen veel macht, en in handen van de verkeerde personen kan dit tot misbruik leiden. Dit gebeurde bij B-FAST: middelen werden persoonlijk aangewend, favoritisme was een probleem.
Dat hangt samen met het derde probleem: de gevestigde belangen. B-FAST steunt in belangrijke mate op vrijwilligers. Het zijn professionele hulpverleners (artsen, verplegend personeel, maar ook personeel van de civiele veiligheid) die hun vrije tijd opofferen om zich bij te scholen en mee uit te rukken wanneer nodig. Ze zijn er dus op gebrand om hun expertise ten dienste te stellen van slachtoffers. Echter, de teamsamenstelling gebeurt door de top. Dat heeft geleid tot een zwijgcultuur waar de topfiguur van profiteert. Vandaar ook dat de problemen bij B-FAST pas zo laat aan het licht zijn gekomen.
Koelkast
Het regeerakkoord van Michel I stelde, dankzij de N-VA, dat B-FAST aan hervorming toe was. Als loyale leden van de meerderheid hebben we er vanuit de regering en het parlement alles aan gedaan om daarvoor te zorgen. De inzet was een hulporganisatie die het best is toegerust voor haar missie: mensen helpen. De tegenkanting die we daarbij kregen zorgde voor een impasse.
Hervorming, efficiëntiewinst, een rationeel beleid werden onmogelijk gemaakt door politieke spelletjes en een krampachtig vasthouden aan de macht. Hierdoor waren net de mensen die het niet verdienen de grootste dupe: hulpbehoevenden overal ter wereld en de schitterende vrijwilligers.
Goed en wel beschouwd vormt B-FAST een metafoor voor België. Blijven zweren bij een vastgeroeste structuur maakt het kapot voor diegenen die er wél iets moois van willen maken. Mijn conclusie na al die jaren? Afschaffen, boedelscheiding en elders een betere versie.
Categorieën |
---|
Personen |
---|
Rita Bellens is Kamerlid voor de N-VA en zetelt in de commissie Buitenlandse Betrekkingen, de commissie Defensie en de commissie Bedrijfsleven.
Ontwikkelingssamenwerking heeft nood aan private investering. We hebben hiervoor de juiste instrumenten, maar durven ze niet te gebruiken.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.