De Bende van Nijvel toont België als een failed state
‘Parlementaire Commissie van Justitie rond Bende van Nijvel.’ De zogenaamde Bendecommissie II.
foto © Reporters
De Bende van Nijvel blijft een onverkwikkelijk deel van de Belgische geschiedenis, 28 doden en geen enkele aanwijzing naar de daders. Wat zegt dat over dit land?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe Debatclub had op 30 januari 2018 Hugo Coveliers en Gerolf Annemans (Vlaams Belang) uitgenodigd. De twee heren van stand die als politicus in een Bendecommissie zetelden, bespraken met moderator Frans Crols wat er fout liep in het onderzoek naar de Bende van Nijvel. Met in de zaal meer oud-rijkswachters dan gewoonlijk.
Tot een finale oplossing van de zaak kwam het niet, dat was ook niet de bedoeling. Maar de één-reeks Salamander leek soms dichtbij. Alle wegen leiden naar een Brussels milieu met macht dat zichzelf hoog boven de maatschappij verheven voelde en zich in allerlei duistere zaakjes mengde of die organiseerde. Seks, macht en geld waren daarbij nooit ver weg. Een verslag van een Debatclub waarin op zoek werd gegaan naar het bos tussen de bomen.
Communautair
Hugo Coveliers, lid van de eerste Bendecommissie (van 1988 tot 1990) schetst eerst een beeld van de Bende en de bende die dat achterliet. Volgens Coveliers is een deel van de chaos te danken aan een communautair verschil in perceptie van wat de bende was. ‘In Vlaanderen zag men dat als georganiseerde misdaad, met deelname van politie in de misdaad. Daar was internationaal onderzoek over. In de zuidelijke landen was dat niet zo aanvaard. In het Franstalige landsgedeelte sprak men over “Les tueurs fous de Brabant”, een soort van roofdieren die blijkbaar toevallig op die overvallen waren.’
Wie was de Bende? Eigenlijk zijn dat een hele boel zware misdaden die worden toegeschreven aan eenzelfde groep. Van de bekende overvallen op warenhuizen, tot overvallen op bedrijven en kazernes, moorden en diefstallen. Aan die misdaden worden dan heel wat andere gebeurtenissen gekoppeld. Dan kom je in een kluwen terecht met de zelfmoord van Paul Latinus, het verhaal van de staatsveiligheid die opdracht gaf om te schaduwen, wat eindigde op een dubbele moord waarin een liefdeskwestie speelde, de Roze balletten met prominenten uit de politiek, de zakenwereld en de magistratuur en erbovenop de bende Haemers. Voor je het weet verlies je de weg.
Militaire overvallen
De overvallen op de warenhuizen werden met militaire precisie uitgevoerd. Het was allemaal goed georganiseerd. Met daders die wisten dat ze onder bescherming konden werken. Die bescherming zorgde volgens Hugo Coveliers ook voor extra feiten. ‘Als er bescherming geboden wordt aan de daders, dan willen die gebruik maken van die bescherming om andere daden te plegen. Ze breiden die bescherming uit. Zo verschuift de bescherming.’ Dat vertroebelt het beeld op de Bende van Nijvel.
‘Eigenlijk weten we ondanks de drie miljoen pv’s eigenlijk weinig.’ Gerolf Annemans, lid van de tweede Bendecommissie (1996-1997), vat het vergelijkbaar samen: ‘Het onderzoek zit vast. Er was geen conclusie er waren geen daders, de politieke onderzoekscommissies waren nutteloos. Ze hebben niets aangetoond, behalve de bedenkelijke staat van het land. Er is aangetoond dat je in België 28 mensen kan doodschieten zonder veroordeeld te worden, zonder maar gevonden te worden.’
Waarschijnlijk is er zelfs niet één Bende van Nijvel. ‘De Staerke liet verstaan dat de Bende van Nijvel een wisselende samenstelling had’, zei Coveliers. Van bij het begin was ook duidelijk dat ze interne info hadden van de rijkswacht.
Motief
De vraag is ook waarom die overvallen werden gepleegd. Ook daar heeft men geen idee van, er zijn enkel ‘pistes’. Waarom die wreedheid? Waarom die slachtoffers, zeker niet voor de buit? Coveliers: ‘Overvallers maken een kosten-baten analyse. Elk slachtoffer is een risico. De opbrengst was klein en is gedumpt in het kanaal van Ronquières. Waar men hele onderdelen terugvond van verschillende feiten samen. Waarom doet men dat, om te pochen wat men allemaal kan, om de politie op een dwaalspoor te brengen?’
Is het onderzoek tegengewerkt? Dat is zeker zo. Is dat altijd bewust gebeurd? Dat waarschijnlijk dan weer niet. En dan komt dat Brusselse milieu weer om de hoek. Beide politici zijn het erover eens dat de bescherming tot op hoog niveau moet gezeten hebben. Het advies was eensluidend: men zou in het dossier moeten op zoek gaan naar duidelijke slechte beslissingen om zo op zoek te gaan naar de bescherming. Misschien komt men zo dichter.
De zakken die gevonden zijn in het kanaal in Ronquières bleven de heren bezighouden. Toen de rijkswacht van Charleroi ging zoeken vonden ze niets. Daarna trok groep Delta vanuit Dendermonde toch nog eens op zoek in hetzelfde kanaal. En die hebben wel een en ander gevonden. Annemans stelt de vraag waarom de Dendermondse groep opnieuw is gaan zoeken in het kanaal. ‘De regisseur van de Bende Van Nijvel heeft het lef gehad om die zakken te dumpen opdat ze zouden gevonden worden. En aan te dringen via tips opdat ze zouden gevonden worden.’ Blijkbaar was er iemand die wou dat er zakken gevonden werden met daarin het bewijs dat al die overvallen samen hoorden.
Verjaring
Moeten we rekenen op een proces? Beide heren denken niet dat het ooit tot een proces zal komen. Het dossier is te groot en een groot deel van het dossier heeft te weinig feitelijke gegevens. Coveliers denkt dat het interessanter is om de personen in kaart brengen die foute beslissingen genomen hebben in het begin van het dossier. Die kunnen ons misschien op weg zetten naar wie dat allemaal verborgen wou houden. Coveliers pleit: ‘Men moet de zaak laten verjaren om praktische juridische en menselijke redenen. Men moet de slachtoffers royaal vergoeden. Dat is een eerste opdracht van de falende overheid. Als de zaak verjaard is, valt de druk weg. Wie dan nog iets weet, kan dat onbevreesd zeggen. En dan kan een multidisciplinaire ploeg alles onderzoeken: wat is er gebeurd en hoe is het onderzoek fout gelopen?’
De Bende als extreemrechts?
Volgens Annemans mag je het verhaal van wie achter De Bende zit ook niet simplificeren. ‘Denk niet dat dé rijkswacht en dé Franstalige rechterzijde achter de Bende zitten. Ik denk dat het complexer is. Welke rol speelde de Staatsveiligheid? Albert Raes (oud hoofd van de staatsveiligheid) speelde met de voeten van de commissie. De Staatsveiligheid van die jaren wist maar al te goed wat er bezig was en dat ze goed op de hoogte waren en infiltranten hadden. En hij liet voelen en weten dat hij meer wist. Er zijn mensen in dit koninkrijk die wel wisten wie er achter zat. Maar ze zwijgen. Waarom, om ‘s lands belang?’
Coveliers ziet ook een rol voor de tijdsgeest. ‘De Koude Oorlog, de rakettenkwestie… het kan dat dat een rol speelde. Zeker voor dat Brusselse milieu.’ Maar een complot van wat rechtse politiemensen is het waarschijnlijk toch niet. ‘Politiediensten stellen zich altijd wat rechtser van de maatschappij op, dat is niet erg’, merkt Coveliers op. ‘Daarvoor is het comité P opgericht om te zien dat die diensten niet te veel opschuiven naar een autoritair systeem.’
En hoe dicht stond Laken tegen dat Brusselse milieu dat zich boven de wet waande? Annemans: ‘Als er in het dossier-Dutroux naar boven kwam dat de prins van Luik op een partouze opdook dan heb ik dat vermeld. Globaal genomen denk ik niet dat Albert een deel was van het seksmilieu van Brussel.’ Coveliers haalde wel aan dat Paul Vanden Boeynants hem ooit beloofde voor zijn dood nog iets te zeggen over de Bende dat hij wist. ‘Maar helaas is hij gestorven zonder die belofte na te komen.’
En kan zoiets vandaag nog?
Kan de Bende van Nijvel vandaag nog? Dat vindt Coveliers een moeilijke vraag. ‘De misdaad evolueert zoals de maatschappij evolueert. Nu is er de mensensmokkel, waarbij men opnieuw een foute aanpak heeft. Zoals de georganiseerde misdaad zich vermengde in de migratiestromen, inclusief IS en mensensmokkel. Ook bij mensensmokkel vindt men amper daders, zijn er daders die als slachtoffer worden gezien en ook hier zijn er politici die er belang bij hebben.’
De controle op de politiediensten is oneindig veel vergroot. Dus het is vandaag moeilijker denkbaar dat politiediensten bij zoiets betrokken raken. Ook de controle op de magistratuur is groter dan vroeger. Annemans maakt de vergelijking met vroeger: ‘Toen ik in de politiek stapte werd er geen rechter benoemd zonder dat er een aanbevelingsbrief van deze of gene politicus in zijn dossier zat. Die tijd is nu voorbij.’ Maar de kern van het probleem bij justitie is nog altijd even onbespreekbaar als vroeger: de splitsing van Belgische justitie. Een gesplitste justitie zou veel oplossen omdat de normen en waarden te verschillend zijn. De rechtspraak tussen Vlaanderen en Wallonië verschilt te veel. Annemans gaf een goede raad aan de aanwezigen: ‘Maar u kan allemaal stemmen voor politici die echt een verschil kunnen maken. U kan een parlement aanstellen met ballen. En u moet zorgen dat het parlement zich laat respecteren.’
Annemans gaat verder: ‘Misdaden zoals de Bende, dat ligt achter ons. Wat er wel is, is het gewelddadig moslimterrorisme dat ons dwingt om ons veiligheidssysteem helemaal te herdenken. Als we België niet splitsen zullen we de fenomenen van terrorisme en islamisme niet aankunnen. De urgentie om justitie te splitsen is niet weg.’
Politiehervorming
Is politiehervorming, een uitloper van de Bendecommissies en de commissie-Dutroux, een verbetering? Coveliers en Annemans waren beide voor de politiehervorming, maar die is niet doorgevoerd zoals het hoorde. ‘De politiesyndicaten kregen alles wat ze vroegen en dan was het geld op’, zei Coveliers. De afgesproken evaluatie na vijf jaar is ook uitgebleven omdat de regering dat niet aandurfde. ‘Het voorbeeld voor de politiehervorming was Nederland, dat had toen 25 korpsen. De bedoeling was 30 korpsen of zones te creëren in België. Het zijn er meer dan honderd geworden.’ De reden is eenvoudig — er waren te veel burgemeesters die de politie als iets van hen persoonlijk zagen. Ook nu nog, betoogt Coveliers: ‘Men heeft nu nog honderd en zoveel korpsen en velen zijn te klein voor een volwaardige politiezone. Om goed te werken moet je 80 voltijdse equivalenten hebben.’ En hij gaat door ‘In een normale democratische staat wordt de politie regelmatig geëvalueerd. Voldoet die? Past die bij de maatschappij van vandaag? In Nederland hebben ze een permanente evaluatie van de politie en dat ontbreekt in België. Ze stellen zichzelf niet genoeg in vraag.’
Annemans blijft achter het idee van een ééngemaakte politie staan. ‘Het was een evidente conclusie na Dutroux. Concurrerende politiediensten waren een groot deel van het probleem. Daardoor zijn meisjes gestorven. Het was evident dat dat moest worden aangepakt. De politiehervorming is probleemloos doorgevoerd omdat ze met bladgoud werd belegd. De rekening is niet houdbaar, maar dat was en is politiek onbespreekbaar.’
Wie wil kan het debat (eerder een gesprek) nog bekijken op het Youtubekanaal van De Debatclub.
Categorieën |
---|
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Stel je voor: erkenning vragen voor de wetten op je grondgebied. Taalwetten dan nog, hoe bekrompen! Gelukkig is er de Franstalige flexibiliteit!
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.