JavaScript is required for this website to work.
Buitenland

Catalonië: 10 bedenkingen

Herman Matthijs13/11/2017Leestijd 5 minuten

De Catalaanse zaak. Een analyse in 10 punten.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op 20 december 2015 trok Spanje naar de stembus met als resultaat een PP (PartidoPopular)-minderheidskabinet (137 zetels op 350 in de Cortes) en dit vanaf 31 oktober 2016. De Spaanse overheid heeft een loodzware agenda op sociaal-economisch vlak alsook is er de sanering van de begroting. Maar het land staat al maanden in rep en roer over de Catalaanse afscheiding. Op 1 oktober 2017 is er een referendum gehouden over de onafhankelijkheid en daarop heeft het Catalaanse Parlement de republiek uitgeroepen. Madrid heeft dan de regering en het parlement naar huis gestuurd. En nu? Een analyse in tien punten.

1. De EU-Commissie stelt dat de zaak-Catalonië een interne Spaanse zaak is. Maar waarom grijpt de Commissie dan wel in over interne ruzies in Polen en Hongarije? Voorzitter Juncker vindt dat er al genoeg lidstaten zijn. Dit laatste is zeker juist, want de groep van 27/28 werkt niet. Bovendien verbleekt het Luxemburg met zijn 580 000 tegenover Catalonië met zijn 7,5 miljoen inwoners . Ook qua BBP en territorium is er meer dan een verschil tussen de beide gebieden. Bovendien zijn vele huidige EU-lidstaten het product van een separatistisch proces (Tsjechië, Slowakije, de drie Baltische staten, Kroatië, Slovenië en deels ook Duitsland). De logica en de rechtlijnigheid zijn hier volledig zoek. En als Schotland het VK wil verlaten, dan wordt dat wel aangemoedigd door de EU. Ook Kosovo en Montenegro werden volop gesteund toen ze vaarwel zeiden tegen Servië.

2. De Spaanse overheid stelt nu dat de Catalaanse afscheiding in strijd is met de grondwet. Maar er is geen enkele grondwet die een afscheiding toestaat. Alle grondwetten gaan uit van het principe ‘ la nationestune et indivisible’. Zodoende mag Catalonië zich niet afscheiden, althans volgens de Madrileense versie van de Spaanse grondwet. Waarom dan die andere reeds vermelde landen wel konden afscheiden, wordt niet geargumenteerd door de EU. Stond in de grondwet van het Koninkrijk der Nederlanden een artikel dat de afscheiding van de zuidelijke Nederlanden toestond ? Dat artikel is mij niet gekend.

3. Is art. 155 van de Spaanse grondwet in strijd met het ‘ Internationaal Verdrag aangaande de Politieke – en Burgerlijke Rechten? Dat wordt een eindeloze discussie over de vraag of dit verdrag nu geldt bij een schorsing of een opheffing van de verleende autonomie door Madrid aan Barcelona.

4. In ware Franco-stijl heeft Madrid een rechtsgeldig verkozen parlement en daaraan gerelateerde regering ontbonden. Een deel van de regering is in de gevangenis gestopt, waardoor een EU-lidstaat politieke gevangenen kent. Het uitgeweken deel van die regering zit in België en daartegen werd er een Europees aanhoudingsmandaat uitgevaardigd. Bij mijn weten is dit laatste instrument niet gecreëerd om politici met een andere mening te laten oppakken. De dienst in Catalonië wordt nu uitgemaakt door de rechterhand van Rajoy: Soraya Saenz de Santemaria. Alle respect voor deze dame, maar zij heeft geen democratische legitimiteit om Catalonië te gaan besturen. Zij moet de door Madrid uitgeschreven verkiezingen van 21 december organiseren. Hier stelt zich de vraag of die wel vrij en eerlijk kunnen verlopen, omdat niet alle kandidaten ‘normaal’ kunnen meedoen. Maar nu het dossier verhuist van de ‘audencianational’ naar het ‘tribunalsuperia/constitucional’ en met de nodige ‘ diplomatieke – politieke’ druk zou het kunnen dat de gevangen Catalaanse regeringsleiders worden vrijgelaten?

5. Er was natuurlijk ook een probleem met het gehouden referendum van 1 oktober jongstleden. Dat is gedwarsboomd door Madrid en er is maar 42% komen opdagen. Van deze laatste groep heeft er wel 90% ja gestemd. Ten aanzien van een referendum – en zeker over dit thema – mag men toch verwachten dat minstens de helft komt stemmen. En wat is nu het meest democratische: een grondwet die niet voorziet in een dergelijk referendum of een uitspraak van de kiesgerechtigden via een referendum. Het is nu wachten op de uitslag van 21 december.

6. Het Spaanse hooggerechtshof en het openbaar ministerie, die volledig onder de Spaanse bevoegdheid vallen, zijn ook nogal uit de bocht gevlogen in deze ruzie. De rechtbanken dienen zich bezig te houden met rechtsspraak op basis van bestaande wetgeving en niet met politieke rechtsspraak. Politieke problemen dienen opgelost te worden door de verkozenen des volks. Het optreden van het Spaanse gerecht is een rechtsstaat onwaardig. Bovendien verschuilt men zich graag achter het begrip van de scheiding der machten. De rechtssprekende magistratuur behoort wel tot een andere macht, maar de openbare ministeries vormen de uitvoerende macht. Een ander probleem, dat al langer nefast opgang maakt, is dat van de ‘Gouvernements des juges’. In een parlementaire democratie geldt het principe van het primaat van de politiek, want zij zijn de enigen die de democratische soevereiniteit hebben.

7. Hoe het nu verder moet is niet meteen duidelijk De nieuwe Catalaanse verkiezingen kunnen uitmonden in drie scenario’s. Vooreerst, de Spaansgezinde partijen behalen de meerderheid en dan blijft alles bij het oude. Secundo, een nieuwe separatistische meerderheid roept opnieuw de onafhankelijkheid uit, en wat gaat Madrid dan doen? Nog eens het parlement en de regering naar huis sturen? Een derde mogelijkheid is dat er een vraag komt uit Barcelona voor een veel grotere autonomie zoals Baskenland. Wat gaat het minderheidskabinet Rajoy dan doen en valt daar nog over te praten alsook met wie? Indien deze derde mogelijkheid wordt aangeboden voor 21 december, dan verandert dat de situatie. Maar dan creëert Spanje tegenover Baskenland en Catalonië – de twee rijkste gebieden – een confederale band. De vraag is alleen of de PP met Rajoy dat wil doen. Want de enige nationale partij die in het verleden iets gedaan heeft voor de deelstaten, is de PSOE.

8. De huidige Spaanse regering is een minderheidskabinet met steun van de liberalen en de Basken. Deze laatsten hebben daarvoor enige miljarden voor gekregen. Als zij stoppen met de politieke steun aan de PP, dan komen er nationaal vervroegde verkiezingen. Of gaat de PSOE de PP steunen uit schrik voor nieuwe verkiezingen? Een ander punt is dat eerste minister Rajoy met zijn optreden ook de andere regio’s tegen zich in het harnas heeft gejaagd. Ook daar kan er gevreesd worden voor een putch vanuit Madrid. Maar een veel groter probleem is dat Rajoy en zijn PP de oude demonen van de burgeroorlog terug tot leven heeft gebracht. Stel u voor dat dit terug zou gebeuren, denk maar aan Yugoslavia 20 jaar geleden, wat gaan Tusk en Juncker dan doen? Het Poolse en Luxemburgse leger op pad sturen?

9. De EU-instellingen hebben zichzelf buitenspel gezet in dit dossier alsmede vele lidstaten. Voldoet Spanje nog wel aan de Kopenhagen-criteria? De EU speelt met het vingertje over heel de wereld, maar het Spaanse ondemocratische optreden is dan wel een interne zaak. Het vertrouwen in de EU-instellingen is er zeker niet groter op geworden. Het is duidelijk dat de EU geen waarborg is voor de rechten alsook vrijheden van zijn burgers.

10. Spanje heeft nogal wat kritiek geuit op België in de zaak-Puidgemont. Maar België vangt politici op die in ander EU land naar de gevangenis worden gestuurd en dat omwille van ideologische redenen. Bovendien zou Spanje zich beter wat bescheiden opstellen en dit omwille van het feit dat dit land al sinds 1986 jaarlijks vele miljarden krijgt uit de EU begroting.

Conclusie

De Catalaanse zaak heeft in dit land tot tegenstelling geleid tussen de partijen. Maar deze zaak weegt niet genoeg om de regering te laten vallen. De aanval van Di Rupo naar de PP, was doorgesproken met de kameraden van de PSOE. Bij de sp.a is men volledig gedraaid in dit dossier. De liberalen hebben de N-VA ook deels gelijk gegeven. Zodoende zijn de CD&V en het CDH relatief alleen komen te staan. Desalniettemin lijkt mij de zwaarste factuur voor Spanje te zijn weggelegd. Dit kost geld en investeringen alsook geloofwaardigheid. En wanneer ontploft dit dossier in de armen van de PP en Rajoy? Ongetwijfeld is de Europese Unie de belangrijkste verliezer. Het optreden van de EU-instellingen in deze zaak is bepaald niet bevorderlijk voor de Europese gedachte en dat op zowat 18 maanden voor de volgende Europese verkiezingen. Een troost hebben we al. Jean-Claude Juncker heeft al aangekondigd dat hij zichzelf niet wil opvolgen als voorzitter van de Commissie. Oef, toch nog een overwinning voor de democratie.

 

Herman Matthijs doceert publieke en openbare financiën aan de UGent en de VUB. Hij volgt o.m. overheidsadministratie en -begrotingen op, maar evenzeer de politiek van de VS.

Commentaren en reacties