JavaScript is required for this website to work.
post

Catalonië houdt adem in voor verdict onafhankelijkheidsproces

De hoorzittingen tegen de Catalaanse leiders zijn geëindigd

Christophe Bostyn17/6/2019Leestijd 4 minuten
Betoger in Barcelona eist de vrijlating van de politieke gevangenen (december
’18)

Betoger in Barcelona eist de vrijlating van de politieke gevangenen (december ’18)

foto © Reporters / DPA

Catalonië wacht met ingehouden adem op het verdict. Komen hun leiders eindelijk vrij of verdwijnen ze voor veel meer jaren achter tralies?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De hoorzittingen in het proces tegen de politieke en sociale leiders van het Catalaans onafhankelijkheidsproces werden deze week afgesloten. Voor het Hooggerechtshof in Madrid worden 12 Catalanen beschuldigingen ten laste gelegd gaande van ongehoorzaamheid tot rebellie. Het is nu wachten op het verdict, na meer dan anderhalf jaar voorhechtenis voor negen beschuldigden en vier maanden hoorzittingen. De uitspraak wordt ten vroegste eind juli verwacht, maar de kans is groot dat deze er pas komt in de herfst.

Posities zitten rotsvast

Na 4 maanden hoorzittingen, het horen van getuigen en evalueren van bewijsmateriaal, hadden de openbare aanklager en de advocaat van de regering, beiden benoemd door de socialistische eerste minister Pedro Sánchez, het recht om hun beschuldigingen nog te matigen of in te trekken. Geen van beide deed dat echter, wat betekent dat de zwaarste beschuldigingen, deze van rebellie en seditie, overeind blijven.

Deze beschuldigingen worden door het Spaanse strafwetboek gedefineerd als gewelddadige opstand en werden gebruikt om de leider van de mislukte militaire staatsgreep in 1981, Antonio Tejero, te vervolgen. Zowel de openbare aanklager als de advocaat van de regering behouden zo de beschuldigingen oorspronkelijk gebracht door hun voorgangers benoemd door de conservatieve regering van Mariano Rajoy (Partido Popular). Die beschuldigingen gaan gepaard met eisen van 7 tot 25 jaar gevangenisstraf.

Extreemrechts VOX mee aan tafel

Dat zijn echter niet de maximumstraffen die geëist worden. Het vreemde in dit proces was dat de secretaris-generaal van de extreemrechtse partij VOX, de advocaat Javier Ortega Smith, in de rechtszaal de hele tijd naast de openbare aanklager en de advocaat van de regering zat. VOX kreeg van het hof het recht om op te treden als vervolger, als ‘volksbeschuldiging’. Dat is een bijzonderheid in de Spaanse rechtsgang die private actoren toelaat zich als vervolgende partij aan te melden indien deze van oordeel zijn dat het Spaanse volk schade heeft geleden.

Daar maakte de extreemrechtse formatie handig gebruik van om zich in de schijnwerpers te zetten naar aanleiding van de verkiezingen dit voorbije jaar. De partij brak ook overal door en helpt nu regionale regeringen en gemeentebesturen, zoals Madrid, met de Partido Popular en het anti-regionalistische Ciudadanos in het zadel. Het cordon sanitair is zo onbestaand in Spanje.

In het proces eist VOX straffen van 24 tot 74 jaar tegen de Catalanen. Bovenop de hoofdbeschuldigingen van rebellie en seditie, vraagt de partij de Catalanen ook te veroordelen voor criminele bendevorming, wat de schuldlast zwaar verhoogt.

Verdediging eist fundamentele rechten op

De verdediging ontkent grotendeels de ten laste gelegde beschuldigingen en maakt zich sterk dat de acties van de beschuldigden deel uitmaken van fundamentele rechten zoals het recht op betogen, ideologische vrijheid, het recht op vergaderen en vrije meningsuiting. De advocaat van Quim Forn (Junts per Catalunya), Javier Melero, gaf aan dat zijn cliënt enkel ongehoorzaamheid tegenover de bevelen van het Grondwettelijk Hof kan verweten worden. Dat wordt algemeen in Catalonië ook gezien als het zwaarste dat de oud-regeringsleden kan aangewreven worden.

Daartegenover stelt de meest militante verdediging dat Spanje het recht op zelfbeschikking criminaliseert. Zowel ex-vice-president Oriol Junqueras (ERC) als de oud-voorzitter van ANC Jordi Sànchez (Junts per Catalunya) drongen er in hun slotbetoog nog eens op aan dat dit een politieke kwestie is die opgelost moet worden op het politieke toneel in plaats van in de rechtbanken. Jordi Cuixart, de voorzitter van Òmnium Cultural, was het sterkst in zijn bewoordingen tegen het Hooggerechtshof. Hij zei dat hij alles opnieuw zou doen zoals hij het deed en dat hij volledig recht in zijn schoenen staat. Hij ziet zichzelf vervolgd wegens het uitoefenen van fundamentele en mensenrechten.

De tactiek van andere advocaten, in relatie met het referendum en de feiten in oktober 2017, was het benadrukken van het symbolische karakter van bv. het uitroepen van de Catalaanse onafhankelijkheid. In pro-onafhankelijkheidsmiddens is er ongemak over deze juridische tactiek aangezien de unionistische tegenstanders het hen aanwrijven als kiezersbedrog: het was allemaal toch maar ‘voor de grap’. De strategie van de advocaten botst zo niet voor het eerst met de politieke strategieën.

Politieke rechten van Junqueras geschonden?

Groot ongemak was er deze week ook rond de beslissing van het Hooggerechtshof om Oriol Junqueras, verkozen als Europees parlementslid, niet toe te laten zich te accrediteren voor de Spaanse Centrale Kiescommissie. Dat staat haaks op de beslissing van het Hof om dat wel te doen toen hij verkozen werd als Spaans volkvertegenwoordiger. Toen mocht Junqueras ook de eed afleggen, maar werd hij door het Bureau van de Spaanse Kamer van Volksvertegenwoordigers geschorst op basis van de antiterrorismewetgeving, een zet die toen ook al in vraag gesteld werd.

Nu weigert het Hof dit en het verantwoordt dit door te wijzen op de schade die dit zou toebrengen aan het proces, dat onderbroken zou moeten worden totdat het Europees parlement Junqueras zou schorsen. Bovendien, zo argumenteert het hof, zou Junqueras hierdoor een zodanige graad van bescherming hebben, dat het daardoor de controle zou verliezen. Dergelijke argumenten werden met verbazing onthaald door meerdere juristen en rechtsgeleerden die nochtans geen sympathie kan verweten worden voor de independentisten. Zelfs de Madrileense krant El País, die dicht aanleunt bij de Spaanse regering, publiceerde voor het eerst een artikel over de twijfels en kritiek die verschillende juridische experten hebben bij deze gang van zaken. Steeds meer Spaanse stemmen maken nu gewag van de schending van de politieke rechten van Junqueras.

Ondanks deze gerechtelijke manoeuvres werden de namen van zowel Oriol Junqueras als deze van Carles Puigdemont en Toni Comín, beiden in ballingschap in België, gepubliceerd in het Spaanse staatsblad als verkozenen voor het Europees Parlement. De Spaanse Centrale Kiescommissie houdt echter voet bij stuk en houdt eraan dat de Europese verkozenen op 17 juni, of op 18 juni, de eed moeten afleggen in Madrid, iets wat de andere Spaanse Europese parlementsleden niet tegenhield om toch al naar het Europees Parlement in Brussel te trekken. Puigdemont en Comín zouden echter onmiddellijk opgepakt worden eens ze voet zetten op Spaanse bodem. Junqueras wordt dan weer tegengehouden door het Spaans Hooggerechtshof. Wat de independentisten dus ook doen, ze verliezen steeds. Puigdemont en Comín gaven al aan zich op 2 juli, voor de openingssessie in Straatsburg, te zullen aanbieden aan het Europees Parlement. Duizenden Catalanen plannen daarom te betogen in Straatsburg.

Dossier CataloniëDirk Laeremans | Doorbraak.be

Christophe Bostyn is Spanje- en Cataloniëkenner. Hij volgt de Spaanse en Catalaanse politiek op de voet en publiceert daar regelmatig over.

Commentaren en reacties