Forum
De echte pijn zal komen — na de verkiezingen
U zal minder krijgen en meer betalen. Maar deze pijnlijke boodschap zal worden verzwegen tot na de verkiezingen.
—
De auteur is student Bedrijfseconomie in Tilburg. In het weekend is hij te vinden in Edegem waar hij al sinds zijn geboorte woont.
foto © Unsplash
U zal minder krijgen en meer betalen. Maar deze pijnlijke boodschap zal worden verzwegen tot na de verkiezingen.
Velen onder u koesteren de hoop dat na de verkiezingen van aanstaande 9 juni een andere wind zal waaien door het politieke landschap. Of dit vernieuwde politieke landschap ook voor ander beleid zal zorgen, is nog maar de vraag. De economische omstandigheden lijken dit in ieder geval onmogelijk te maken.
Weet u nog waar u was toen de Griekse staatsschuldencrisis uitbrak? Waarschijnlijk niet, aangezien het moment dat de schuldencrisis uitbrak niet zomaar aan te wijzen valt. Sommigen zullen zeggen dat de crisis uitbrak op het moment dat de kredietwaardigheid van Griekenland verlaagd werd door de ratingbureaus. Toch valt hier één en ander op af te dingen. Het verlagen van de kredietwaardigheid is immers niet de oorzaak maar het gevolg van de dramatische financiële situatie waarin het land zich bevond.
Belgische situatie
Wat was dan wel de oorzaak? Was het de verkiezing van socialist George Papandreou in 2009 die Griekenland de das omdeed? Of was de dramatische situatie in de jaren daarvoor gecreëerd en erfde Papandreou simpelweg de economische bende van zijn voorgangers? Hoewel de Griekse schuldencrisis niet het onderwerp is van dit artikel toont het uitstekend aan dat een financiële crisis zelden zo plotseling is als deze voor de buitenwereld lijkt. Het fundament van de Griekse crisis was het voeren van jarenlang dramatisch economisch beleid. Iets waar in 2009 nog maar weinig aan te doen viel.
De parallellen met ons eigen land dringen zich op. Niet dat ons land aan de vooravond van een schuldencrisis staat. Maar het huidige economische en financiële beleid maakt ons land wel bijzonder kwetsbaar voor een eventuele economische tegenslag. De situatie is namelijk dramatisch. Een recente analyse van de houdbaarheid van de overheidsschulden in de Europese Unie plaatste België, samen met Slowakije, in de categorie landen met een hoog risico op zowel middellange als lange termijn. Daarmee doet België het slechter dan landen als Italië en Griekenland.
‘Hoog risico-land’
Hoe komt dit? De oorzaken van de categorisering van België als een ‘Hoog risico-land’ zijn legio. Enerzijds is er de extreem hoge belastingdruk, die ervoor zorgt dat het verder verhogen van belastingen eigenlijk geen optie is om het begrotingsgat te dichten. Daarnaast zijn er de vergrijzing en de hoge overheidsschulden. De totale schuldgraad van de overheden bedraagt 105,2%. Ver boven de 60%-norm die ooit een strenge vereiste was om toe te mogen treden tot de eurozone.
Verontrustender dan deze hoge schuldgraad is het begrotingstekort, dat dit jaar 4,4% bedroeg. Dit dreigt in de komende jaren, bij ongewijzigd beleid, verder op te lopen naar 6,3%. Een getal dat zelfs tijdens de zware economische crisis van 2008 niet aangetikt werd. Kredietbeoordelaar Fitch heeft de vooruitzichten voor België dan ook verlaagd van ‘stabiel’ naar ‘negatief’. Dit is vaak de eerste stap naar een verlaging van de kredietwaardigheid.
Een manier om de overheidsschulden makkelijk te dragen is economische groei. Economische groei of groei van het nationaal inkomen kan de zwaarte van de schuld verlagen. Maar deze groei is vandaag quasi onbestaande. Tussen 2025 en 2028 zal de economische groei niet boven de 1,3% uitkomen. Ter vergelijking: in Zweden zal de economische groei in deze periode niet onder de 2% uitkomen. Het Verenigd Koninkrijk wacht een gemiddelde groei van 1,8% per jaar en Nederland zal het moeten doen met 1,6%. Ook landen als Frankrijk, Duitsland en Spanje doen het beter dan België. Bovendien hebben al deze landen een lager begrotingstekort.
Minder, minder, minder
Voor velen klinkt een begrotingstekort van 6,3% in 2028 als abracadabra. Want wat is een tekort eigenlijk? En hoe kan je dit vertalen in het dagelijks leven? Het is vrij eenvoudig: in 2028 komt de overheid jaarlijks 38 miljard euro te kort. Dit is 3.250 euro per Belg, of 6.500 euro per werkende Belg. De overheid zal dit geld dus lenen. Jaarlijks groeit de schuld per persoon hierdoor met 3.250 euro. Maar, zoals u zich ook wel kunt voorstellen, is het niet mogelijk om eeuwig 3.250 euro per persoon per jaar te lenen. Op termijn zal dit tekort, zeker gezien de huidige schuldgraad, naar 0 moeten. Er moet met andere woorden fors bezuinigd worden.
De besparing is grofweg 270 euro per persoon per maand. Dit kan de overheid doen door minder aan zorg uit te geven en een hogere eigen bijdrage te vragen. Men kan ervoor kiezen pensioenen en uitkeringen te verlagen. De energiebelasting kan verhoogd worden, waardoor je maandelijks meer kwijt bent aan gas en elektriciteit. Ook kunnen de accijnzen op brandstof verhoogd worden, evenals de wegenbelasting. De overheid zou er ook voor kunnen kiezen om minder geld uit te geven aan onderwijs en onderzoek. Welke optie men ook kiest, iedereen wordt hierdoor armer en de algemene levenskosten zullen stijgen. U zal minder krijgen en meer betalen. Maar deze pijnlijke boodschap zal worden verzwegen tot na de verkiezingen.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Personen |
---|
De auteur is student Bedrijfseconomie in Tilburg. In het weekend is hij te vinden in Edegem waar hij al sinds zijn geboorte woont.
Israël en Eurosong, of de verwijdering tussen elite en volk.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.