Het bestrijden van fake news is nobel, maar in de politiek bewandelen we dan wel een dunne lijn. Want langzamerhand zijn leugens, misleidingen en voor-de-gek-houderij de norm geworden in de wetstraat. Onlangs ontkende zelfs Vincent Van Quickenborne (Open Vld) dat hij ooit te maken had met drugs. Of wat dacht je van de manier waarop Conner Rousseau (Vooruit) de onbekwaamheid van minister Meryame Kitir (Vooruit) versluierde als een depressie om haar te kunnen vervangen. Of de manier waarop Tine Van…
Niet ingelogd - Plus artikel - log in of neem een gratis maandabonnement
Uw Abonnement is (bijna) verlopen (of uw browser moet bijgewerkt worden)
Uw (proef)abonnement is verlopen (of uw browser weet nog niet van de vernieuwing)
Het bestrijden van fake news is nobel, maar in de politiek bewandelen we dan wel een dunne lijn. Want langzamerhand zijn leugens, misleidingen en voor-de-gek-houderij de norm geworden in de wetstraat.
Onlangs ontkende zelfs Vincent Van Quickenborne (Open Vld) dat hij ooit te maken had met drugs. Of wat dacht je van de manier waarop Conner Rousseau (Vooruit) de onbekwaamheid van minister Meryame Kitir (Vooruit) versluierde als een depressie om haar te kunnen vervangen. Of de manier waarop Tine Van der Straeten (Groen) en Alexander De Croo (Open Vld) de intentieverklaringen met Engie van juli 2022 en januari 2023 verkochten als grote doorbraken en contractuele realisaties, terwijl ze in werkelijkheid lege dozen zijn en waren. Voltaire wist het al toen hij zei: ‘Politiek is de kunst van het liegen’.
Verdraaid
Halverwege tot eind vorige eeuw werd de waarheid weleens onschuldig verdraaid en een passend ideologisch jasje aangemeten. Het zou onschuldig zijn en kreeg lachend de term ‘twist-truths’ mee. Tindemans was er een schoolvoorbeeld van. Begin deze eeuw deden de echte leugens hun intrede in de politiek. Het fenomeen van ‘post-truths’ – een leugentje om bestwil op steroïden – is een loopje nemen met de objectieve feiten binnen een emotioneel pleidooi. Ook deze vorm van liegen is intussen normaal geworden in de Belgische politiek. Elke week vinden we in tussenkomsten van ministers en parlementairen wel post-truths. Alleen mensen die het dossier goed kennen en over meer dan normale informatie beschikken, beseffen dan dat het halve leugens of volle misleidingen zijn. Journalisten, laat staan de gewone man, kunnen niet volgen en de waarheid is vaak zo complex dat de post-truths blootleggen quasi onmogelijk wordt.
Sommige politici, zoals Thierry Baudet, steken de Rubicon van bewuste complotterende misinterpretaties over en dat is uiteraard verwerpelijk en onverdedigbaar. Maar hun recht om het te zeggen of schrijven wil ik hen op basis van de vrije meningsuiting zeker niet ontnemen. Bovendien heeft de geschiedenis wel al vaker wetenschappers en denkers die als compleet gek werden beschouwd, later in eer moeten herstellen. De parachute, het duikerspak en de auto van Leonardo Da Vinci werden initieel weggelachen als niet-realiseerbare sciencefiction. Toegegeven het is iets anders als beweren dat we afstammen van de kikkers, de aarde plat is of dat buitenaardse reptielen het lichaam van bewindvoerders hebben overgenomen. Hoewel, ik twijfel bij sommige wereldvreemde beleidsvoerders ook.
Kiesbeloften en regeerakkoorden
En wat doen we met niet-gerealiseerde kiesbeloften en niet-uitgevoerde regeerakkoorden: zijn het leugens, misleidingen of kiezersbedrog? En is dat dan ook fake news? Niemand realiseert meer dan 10 procent van zijn kiesprogramma, en al zeker niet wanneer zeven politieke partijen een duiventilregering vormen.
Werden er dan 90 procent leugens verkocht? Vaak vinden we ongeveer 50 procent van de kiesbeloften afgezwakt terug in het regeerakkoord, maar dat wordt meestal maar voor 40 procent uitgevoerd en de uitvoering ervan is vaak nog eens een verzwakking van het regeerakkoord. Bijvoorbeeld het 1.500 euro minimumpensioen. Het werd voorgesteld als een minimumpensioen voor iedereen. Het is uiteindelijk niet voor zelfstandigen en enkel voor wie een volledige loopbaan heeft. Neem ook nota van het feit dat binnen de pensioenhervorming de voorwaarden om tot een volledige loopbaan te komen ter discussie voorligt.
Tegenstrijdige wetenschap
Wat met wetenschappelijke tegenstellingen? Moeten wij de procentuele rapportering hanteren en ervan uitgaan dat wanneer 51 procent van de wetenschappers een theorie of cijfers bevestigen, dat de 49 procent anderen verkeerd zijn? Moeten we juistheid aannemen bij 60, 70, 80 of 90 procent? Mogen we cijfers, statements en theorieën naar voor brengen als zij slechts door een minderheid van de wetenschappers worden bevestigd? Heel vaak als slechts 10 procent van de wetenschappers achter een bepaalde theorie staan, wordt het gebruiken van hun stellingen als fake news beschouwd. Vanaf hoeveel procent het geen fake news meer is, is onduidelijk. Ook de fake-newsjagers scheppen daar geen duidelijkheid in.
Trouwens wie zoals ik nog op kabinetten heeft gewerkt, weet dat studies bij wetenschappers besteld door de overheid, vlot en zonder tegenspraak aangepast worden aan het narratief van de minister of regering. Wellicht niet in alle gevallen en ik beschuldig niemand, maar een unief of wetenschapper die het weigert, krijgt geen opdrachten meer. Zo simpel is dat. De regering doet zo aan wetenschappelijke shopping, alleen zullen ze dat nooit toegeven. Daniele Fanelli deed in 2009 een systematisch onderzoek en vond dat 72 procent van de wetenschappers bereid was om op een of andere manier hun onderzoeksresultaten te verdraaien om een bepaald doel te dienen.
Politici zijn ook maar mensen
Er dan is er nog het praktische. Politici moeten kennelijk op elk ogenblik over een haast fotografisch geheugen beschikken en altijd honderden cijfers over tientallen politieke thema’s correct brengen. Op het spreekgestoelte van de Kamer, mag je conform het reglement geen blad bij je hebben (enkel met een quote) en moet je uit het geheugen spreken. Hetzelfde geldt tijdens interviews en tv-optredens.
Wanneer ze zich eenmaal van cijfer vergissen, worden ze als leugenaars aan de schandpaal genageld. Onlangs overkwam het Michael Freilich nog, die in De Afspraak zei dat het ziekteverzuim bij bpost 37 procent was, terwijl het ‘tot’ 37 procent moest zijn. Voor het vergeten van dat ene woordje werd hij op Twitter gekielhaald. Waanzin! Het gaat in dergelijk gevallen niet om bewuste leugens – zoals de leugens van Schlitz – maar om een verspreking of verwarring van cijfers. Politici zijn ook maar mensen, die zich eens vergissen. Het nadien toegeven is vaak moeilijk, want ijdelheid en narcisme is een vereiste voor politici.
Tijdsdruk
Daarnaast werken politieke medewerkers nagenoeg altijd onder tijdsdruk. De journalistiek vliegt vaak zo snel op een bepaald thema dat je als onderzoeker over weinig tijd beschikt om alles goed na te gaan. Wij hebben vaak, zo niet altijd, de tijd niet om gedurende enkele weken een aantal experten op te bellen en alles bij meerdere bronnen te checken. Dat is een luxe die jagers van fake news wel hebben. Vaak, zo niet altijd, moeten wij ons bedienen met experten die we snel opbellen, en die cijfers en gegevens aan ons bezorgen. We kunnen deze bronnen vervolgens niet vrijgeven als bewijs. Iets anders is de foutieve cijfers die in de media verschijnen.
Mensen die op fake news jagen hebben trouwens een enorme electorale impact. Ik kan dit best schetsen met de woorden van Willem Vermandere: ‘Politiek is niets anders dan de kunst om te doen geloven, dat de tegenpartij liegt’. Vandaar moeten we ons de volgende vragen stellen: is het feit dat dergelijke ‘jagers’ worden gesubsidieerd door de regering(en) dan geen belangenvermenging? Zijn zij geen verdoken campagnetool van de meerderheid?