JavaScript is required for this website to work.
post

De kracht van veranderen

Spelen met een roterende ploeg

Pieter Bauwens2/10/2014Leestijd 3 minuten

Neen, dit is geen sportartikel. Maar in regeringsonderhandelingen spelen vele factoren een rol. Wie mee aan tafel zit, is zo een factor. Met verregaande gevolgen? Als je geluk hebt misschien wel.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Wegens turbulenties is de landing even uitgesteld, maar landen zal ze die Zweedse coalitie. Ze heeft geen andere keuze, daar hadden we het eerder al over. Wouter Beke(CD&V) komt wel weer aan tafel en Charles Michel (MR) zal Gwendolyn Rutten (Open VLD) een beetje moeten intomen. Michel? Jaja want de kans lijkt steeds groter dat die ‘premier’ zal worden. Niet Reynders en zeker niet Maggie De Block. Die laatste werd door het volk en enkele polls al bijna op het schild geheven, maar bij de onderhandelaars is daar weinig enthousiasme voor. De reden? Niet jaloezie, maar ‘Maggie weegt te licht, inhoudelijk toch’ zo is te horen. Datzelfde kan niet gezegd worden van Alexander De Croo, die waarschijnlijk vice-premier zal worden voor Open VLD. Al is bekwaamheid niet altijd een reden om een mandaat te krijgen in de politiek. Rutten is ‘zeer aanwezig’ in de discussie, vraag dat maar aan Wouter Beke, maar de liberale diepgang schijnt toch van De Croo te moeten komen.

Twee zekerheden

Bij CD&V ligt de knoop voor de postjes nog altijd moeilijk. Misschien verklaart dat ook de strak gespannen zenuwen van Wouter Beke. Door het co-formateurschap van Kris Peeters zit de partij met een man te veel aan tafel. Ook daar hebben we al eerder op gewezen. Dan heeft N-VA dat beter opgelost. Daar zijn voor ministerposten twee zekerheden. Bart De wever wordt geen minister en Jan Jambon wordt wel minister. Andere N-VA-ministers komen uit de pot van ‘derde onderhandelaars’. Want de N-VA zit met twee vaste onderhandelaars aan tafel, met daarnaast een derde, afhankelijk van welk dossier er besproken wordt. Die rotatietechniek wordt enkel door de N-VA toegepast. Misschien omdat enkel de N-VA, door haar grootte, dat kan. CD&V kan niet roteren, want dat moeten Koen Geens of Pieter De Crem hun plaats en hun kansen al bij het begin van de onderhandelingen opgeven. Zelfde verhaal voor Open VLD, wie valt af, de populaire Maggie of de inhoudelijke Alexander?

Luxe

Dat systeem van de roterende derde onderhandelaar is op verschillende manieren een luxe voor de N-VA. Inhoudelijk heeft ze zo altijd een specialist aan tafel. Daarnaast neemt die specialist de kennis mee van de centrale werkgroep naar de deel werkgroepen of leescomités. Waar voor de andere partijen specialisten zitten die de discussie op de centrale werkgroep enkel kennen van horen zeggen. N-VA verzekert zich zo van een optimale doorstroming van informatie.

Voor de ministrabele ‘derde onderhandelaars’ zijn de onderhandelingen een lang sollicitatieprocedure. De Wever en Jambon hebben nu al meer dan 120 dagen de tijd gehad om die derde onderhandelaars aan het werk te zien en te wikken en te wegen. Hoe goed kennen ze hun dossiers? Hoe sterk blijven ze overeind in een discussie? Hoeveel onderhandelingstalent schuilt erin? Al is in de politiek niet gezegd dat de meest bekwaamste altijd een portefeuille zal hebben. Extra nodig: het ‘geluk’ dat er ‘een plaats’ is die overeenkomt met je belangstellingsgebied. Tja, u kent dat van die paarden en die haver.

Wie?

Wie zijn dat nu die derde onderhandelaars? Voor economische thema’s zit Johan Van Overtveldt aan tafel, asiel en migratie is met Theo Francken, voor justitie schuift Hendrik Vuye aan, KMO’s en fiscaliteit is dan weer de specialiteit van Steven Vandeput, arbeidsrechten welzijn op het werk is iets voor Zuhal Demir, volksgezondheid en armoedebestrijding wordt onderhandeld door Elke Sleurs, Bert Wollants is de energiespecialist, Siegfried Bracke komt mee voor de pensioenen en Peter Dedecker komt als er over de overheidsbedrijven wordt onderhandeld.

Vervrouwelijking

Met dat lijstje in de hand kan je niet beweren dat de N-VA last heeft van overdreven vervrouwelijking. Als deze regeringsvorming tot een goed einde wordt gebracht, zou de N-VA 11 mandaten kunnen tellen: vier in de Vlaamse regering en de voorzitter van het Vlaams Parlement en vijf ministers/staatssecretarissen in de Federale regering en de voorzitter van de Kamer. In de vijf ‘postjes’ langs de Vlaamse kant is er één vrouw: Liesbeth Homans. Hopelijk zal de N-VA dat met het federale bij minstens verdubbelen, maar 2 vrouwen op 11 posten is ook niet echt iets om als partij prat op te gaan. En als we geld moeten inzetten op wie, dan lijkt Elke Sleurs het meest kans te maken. Zij heeft immers al een verworven Vlaamse ministerpost, ter eflder ure, moeten afstaan wegens plots liberalen in de regering.

En ja, dat is natuurlijk ook het nadeel van de rotatie. Je zal ook mensen moeten teleurstellen, ook goede, maar als andere partijen juist met die bevoegdheid gaan lopen waarin jij goed bent… Er zijn negen N-VA’ers die al een tijdje hun GSM ’s nachts niet uitschakelen, om zeker die ene telefoon niet te moeten missen. Na de turbulentie zal duidelijk worden hoe de dobbelstenen rollen.

Foto © Reporters

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties