JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

De opvangcrisis en de vier Belgische asieldiensten

Oplossing ligt niet alleen in België maar ook in EU

Horizon 2024Maarten Hertoghs30/10/2022Leestijd 4 minuten
Het Klein Kasteeltje in Brussel.

Het Klein Kasteeltje in Brussel.

foto © WikiMedia Commons

Het probleem rond de vastgelopen asielopvang bij de vier Belgische asieldiensten is complex, maar de oplossing ligt in zowel België als de EU.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De opvangcrisis blijft de gemoederen beroeren. Iedereen heeft wel een mening over de vraag waar het misloopt. In deze bijdrage spits ik mij toe op de Dienst Vreemdelingenzaken. DVZ ziet weinig problemen in zijn eigen werking. Hij handelt de registraties binnen de wettelijke termijn af en het pas geopende Dublincentrum zal zorgen voor een ontradend effect. Toch lijkt het erop dat we hier enkele kanttekeningen bij moeten plaatsen.

De bomen en het bos: vier asieldiensten

In België opereren vier verschillende diensten in het veld van de asielaanvragen: de Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ), Fedasil, het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen (CGVS) en de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen (RvV). Het is niet voor iedereen duidelijk welke dienst waarvoor verantwoordelijk is, dus even een korte schets.

De Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ) moet mensen registreren die een verzoek om internationale bescherming (dit is een asielaanvraag) indienen. Pas na registratie is iemand een asielzoeker. Ten tweede voert DVZ bij elke aanmelder een Dublin-onderzoek uit. Daarover hieronder meer. DVZ is ook verantwoordelijk voor de opvang in gesloten centra en de verwijdering van mensen die hier onrechtmatig verblijven.

Onmiddellijk na de registratie moet Fedasil, ofwel het Federaal agentschap voor de opvang van asielzoekers, ervoor zorgen dat mensen die een asielaanvraag gedaan hebben onderdak krijgen. De dienst stimuleert en organiseert daarnaast ook de vrijwillige terugkeer.

En dan staat het CGVS, als onafhankelijke dienst, in voor de beoordeling van de dossiers van asielzoekers. Zijn onafhankelijkheid zorgt ervoor dat het, los van politieke belangen, kan oordelen of een asielzoeker erkenning krijgt als vluchteling of als subsidiair beschermde.

Ingeval iemands asielaanvraag afgewezen wordt, kan de asielzoeker beroep aantekenen bij de Raad van Vreemdelingenbetwistingen (RvV). Deze rechtbank, gespecialiseerd in vreemdelingenrecht, is speciaal hiervoor in het leven geroepen. Mocht iemand bot vangen bij de RvV, dan kan hij nog naar de Raad van State gaan voor een cassatieberoep.

Dienst Vreemdelingenzaken (DVZ)

Wanneer iemand ons land binnenkomt en internationale bescherming aanvraagt, moet die persoon zich aanmelden en laten registreren. Daar zorgt de DVZ, een overheidsdienst die onder Binnenlandse Zaken valt, voor.

Dat aanmelden verloopt niet zonder problemen. Eind augustus 2022 verhuisde het aanmeldcentrum, in principe tijdelijk, naar Pacheco, nadat er aan het Klein Kasteeltje al enkele weken een gespannen sfeer heerste. Honderden mensen overnachtten er, er waren schermutselingen onder de wachtenden en er kwamen klachten van de buurt.

Thomas Willekens van Vluchtelingenwerk Vlaanderen: ‘Aan Pacheco was het in het begin rustiger, maar het is geen oplossing gebleken inzake beschikbare opvangplaatsen, noch inzake registratie. De capaciteit is simpelweg ontoereikend.’

‘Het is dus terug naar af’, aldus Willekens. Andere plek, zelfde problemen. Er overnachten, zo zegt Willekens nog, opnieuw tientallen mensen aan het Klein Kasteeltje in de ijdele hoop daar binnengelaten te worden. Lang niet iedereen die buiten slaapt, is overigens aan het wachten om een asielprocedure te starten. Er zijn bij Fedasil te weinig opvangplaatsen. Willekens zegt dat er mensen zijn die eind vorig jaar asiel aangevraagd hebben en nu hun erkenning van de vluchtelingenstatus krijgen, maar al die tijd op straat geleefd hebben.

Problemen bij de registratie

Op een gemiddelde dag kunnen ongeveer 250 aanvragen door DVZ verwerkt worden. Als er meer dan 250 mensen staan te wachten, kan DVZ niet iedereen registreren. Paulien Blondeel (DVZ) nuanceert: ‘Wettelijk gezien hebben we drie dagen om een verzoek te registreren. Iemand die op maandag staat te wachten, maar niet geregistreerd raakt, krijgt een ‘bewijs van aanmelding’ waarmee hij of zij de volgende of daaropvolgende dag wel geregistreerd zal worden.’ Behoudens een piek enkele weken geleden lukt het volgens Blondeel altijd om iedereen te registreren. Er is dus geen nood aan extra personeel.

Is het dan perceptie dat er problemen zouden zijn bij de registratie? Thomas Willekens: ‘Nee, want dat bewijs van aanmelding is een papier zonder naam. Iemand met zo’n bewijs zit nog niet in het systeem en dat is simpelweg niet volgens de wet.’ Daarbij gebeurt het vaak dat op woensdagen mensen aan het einde van de rij, normaal gezien alleenstaande mannen, geen papier krijgen. Er worden namelijk zoveel papieren uitgedeeld als er tijdslots voor donderdag en vrijdag gevuld kunnen worden. Als zij dan op donderdag of vrijdag ook te ver in de rij staan, komen ze die week niet aan bod, wat leidt tot frustraties.

Asiel is een recht

Waar volgens Blondeel geen extra personeel nodig is, stelt Willekens dat asiel een recht is en dat we daar niet op mogen toegegeven. Dat er veel kan, heeft de situatie met de vluchtelingen uit Oekraïne duidelijk gemaakt. Daar was het in een mum van tijd mogelijk om naar een registratie van 2000 mensen per dag te gaan.

Is meer personeel dan dé oplossing? Ook dat is maar de vraag. Als DVZ meer mensen zou inzetten aan Pacheco en iedereen die zich aanmeldt op dezelfde dag kan registreren, dan verlegt het probleem zich. Fedasil heeft nu al een opvangtekort waardoor mensen op straat slapen en het CGVS kent een grote achterstand in dossiers. Het systeem is vastgelopen en dat is een probleem dat België moet zien op te lossen.

Dublinprocedure

Van wie geregistreerd wordt, worden dezelfde dag vingerafdrukken genomen. Daardoor kan men, in veel gevallen, onmiddellijk zien of iemand al in een andere Europese lidstaat asiel aangevraagd heeft en dus een zogenaamde Eurodac-hit is. Indien dat zo is, onderzoekt men welk ander land verantwoordelijk is. Voor die Dublinprocedure, evenals de terugkeer die erop zou moeten volgen, is DVZ verantwoordelijk.

In België is circa de helft van de asielaanvragen een Eurodac-hit. Concreet gaat het over 10 952 hits in 2021 en 7779 hits in 2022 (t/m juli), volgens Paulien Blondeel (DVZ). Zij leveren dan ook grote inspanningen om mensen die hier onterecht asiel aanvragen, zo snel mogelijk terug te sturen. Eind augustus ging in Zaventem het zogenaamde Dublincentrum open, waar DVZ en Fedasil samenwerken. Hier komen Eurodac-hits type 1 terecht: mensen die al in een ander Europees land een aanvraag om internationale bescherming hebben gedaan.

Paulien Blondeel: ‘Wij zetten veel personeel in, in het centrum. Verwacht wordt dat deze efficiënte aanpak een ontradend effect heeft op verzoekers die elders een verzoek indienden en dat de instroom zal verlagen op lange termijn.’ Volgens cijfers van DVZ worden in 2022 vooral aan Oostenrijk, Frankrijk en Italië verzoeken tot terugname gestuurd. Toch zijn er ook problemen. Blondeel geeft toe dat we asielzoekers om juridische redenen momenteel niet kunnen terugsturen naar Griekenland, Bulgarije en Hongarije.

De EU: open en toch gesloten

In hoeverre het Dublincentrum echt een ontradend effect heeft, zal nog moeten blijken. Hier speelt namelijk een Europees probleem. Er is enerzijds momenteel de onmogelijkheid om mensen terug te sturen naar landen als Griekenland, Bulgarije en Hongarije. Wie weet stelt dit probleem zich in de toekomst nog in andere landen. Daar kan een goeddraaiend Dublincentrum niets tegen doen. Anderzijds nodigt Europa, door het vrij verkeer van mensen, uit tot het doorreizen naar andere landen. Het is, als vanouds, een Europa met twee gezichten. Open en toch gesloten.

Maarten Hertoghs (1979) werkte jarenlang als godsdienstleerkracht en coördinator. Hij haalde een MA in Gender en Diversiteit aan de UGent en schrijft graag over politiek, filosofie, religie en samenleven.

Commentaren en reacties