De weerbarstige heidenen van Doel en omstreken
Of we nu kiezen voor een kerncentrale of een windmolen, de collectieve klimaatneurose blijft een gevaar.
foto © Wikimedia
Het voortbestaan van het polderdorp Doel, bedreigd door de Antwerpse havenuitbreiding, inspireerde Ross tot een originele misdaadroman..
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementAuteur Thorvald Ross is blijkbaar een ingewijde in het jarenlange gevecht om het voortbestaan van het polderdorp Doel. Hij schreef er recent een intrigerende roman over, De laatste heiden. Een misdaadroman nog wel. En toch weer niet. Reden genoeg om het hem zelf te vragen. Luc Pauwels sprak met hem.
Een boek zoals De laatste heiden wordt niet alle dagen geschreven. Pas als je het hele werk hebt gelezen, vraag je je als lezer af: welk soort boek is dit? Is het allegorisch? Surrealistisch? Of behoort het bij het magisch realisme?
Iedere auteur heeft zijn eigen stijl of soms meerdere stijlen tegelijkertijd. Vanuit mijn visie schrijft men niet intentioneel in een welbepaalde vorm, maar groeit het werk gestaag, afhankelijk van de stijlkenmerken die gehanteerd worden en de boodschap die je wil uitdragen.
Wat is dit voor boek? Ik zou het niet weten. Er zit symbolisme in, allegorie, magisch realisme, maar vooral mysterie – een woord afkomstig van muein – het sluiten van de mond. Mysterie onthult op een verhullende wijze wat onuitspreekbaar is. Vandaar dat het een mysterieverhaal is.
Wat heeft je aangezet dit boek te schrijven?
De pijnlijke vaststelling dat we ons in een periode van onomkeerbare transitie bevinden: dat de traditionele maatschappij – zoals wij die vrij recentelijk gekend hebben – in het Westen, maar wellicht ook daarbuiten, nagenoeg volkomen zal verdwijnen. Dat geldt ook voor de traditionele wereldvisie, de daarmee samenhangende waarden, de organische stabiliteit.
‘De rede heeft niet de sleutel tot het hart’. ‘Waarheid is als een verbluffend mooie, maar gesluierde bruid’. ‘Ook op een graf groeien weelderig bloemen’. Wat zet je aan om je boek te doorspekken met aforismen?
Ik hou van aforismen. Ze zijn een handig instrument in de literatuur, en zonder enige twijfel in het mysteriedrama. Zelfs al klinken bepaalde uitlatingen banaal of clichématig – als een afgezaagd mantra van een zelfverklaarde new-age goeroe – in een welbepaalde context kunnen ze de gelaagde boodschap van het verhaal versterken en zelfs op een hoger plan tillen.
Trouwens, een gevat aforisme hoeft geen cliché te zijn! Het kan er soms ‘boenk op zijn’ waardoor dat bij de lezer inslaat als een bom. Op bepaalde plaatsen in het verhaal heb ik dat effect ten volle laten spelen. De lezer zal uitmaken of dat al dan niet geslaagd is.
De mens moet reizen, maar steeds moet hij terugkeren naar huis, lees ik. Dat lijk op de uitspraak van Antoine de Saint-Exupéry ‘Een mens heeft wortels nodig én vleugels’. Maar is dat niet te veel gevraagd?
Neen, dat is zijn missie! De mens is een persona mixta, een gemengd wezen: hij is geen dier, maar ook geen God. Hij is de brug tussen hier en daar, tussen binnen en buiten, tussen gevoel en rede, tussen het vrouwelijke en het mannelijke. De mens is dat alles, en hij wordt pas ‘meer’ door het hogere en het lagere samen te brengen en zijn uiteindelijke opdracht te vervullen: het plan waarmaken of realiseren wat de Goden hem inschreven.
Geen wereldvlucht en ook geen verwerping van het lichaam, maar Lebensbejahung, een volkomen ‘trouw zijn aan de aarde’, zoals Nietzsche reeds bepleitte; en daarenboven een amor fati, een liefde voor het lot! Dat lot met gans het wezen omarmen, ook al leidt dat naar de eigen ondergang. Ziedaar de tragische mens! Daar zie ik de grootsheid! Daarin wortelt de heroïsche mens!
Je projecteert de hele Noordse godenwereld op de strijd om Doel. Hoe kwam je daarbij?
Ik heb een lange tijd in die contreien gewoond. En men kan daar niet omheen: het lijkt wel een apocalyptische droom die zich in het heden voltrekt. En in dat levendig beeld, in dat zich voor de ogen ontplooiende drama, ligt een kosmische strijd besloten, een eeuwigdurende oorlog tussen twee antagonistische krachten – de ene neerwaarts en de andere opwaarts strevende – die in de mens, in de wereld, en in de ganse schepping als blauwdruk noodzakelijkerwijze moet aanwezig zijn: de gedachte door Goethe reeds uitgedrukt als Stirb und Werde!
Wat is voor jou het verschil tussen een heiden en een agnosticus?
De heiden is een mens van de traditie. Een mens met rituelen. Een mens die in een ononderbroken keten staat. Hij weet dat ook hij als schakel deze traditionele kennis dient door te geven, zodat het eeuwig vervloeiende leven hier en nu, gekoppeld wordt aan een leven voorbij de tijd. Een verworteld leven. Een leven dat steeds weer gevoed wordt door het geestelijke en materiële erfgoed waarvan men rechtmatig erfgenaam is en dat men door het juiste handelen verder weet uit te bouwen.
De agnosticus onthoudt zich van enige visie over wat ons mogelijkerwijze zou kunnen overstijgen. Hij sluit het niet uit, maar sluit het ook niet in. Het blijft voor hem een open gegeven. Wat voor de agnosticus nooit gekend wordt of nooit gekend kàn worden, is voor de heiden een zekerheid. De heiden leeft het mysterie, hij is de belichaming van het mysterie.
‘In de wei keerden koeien hun achterste naar de strakke wind, en graasden gewoon verder’. Is dat je ultieme advies?
In zekere zin vat dit samen wat Julius Evola stelt in L’Homme au milieu des ruines: blijf in je centrale spil, laat je niet uit je lood slaan, hanteer een stoïcijnse levensstijl door te beheersen wat effectief kàn beheerst worden. Over het ‘onbeheersbare’ hoef je je niet druk te maken. Da’s in handen van de Goden. Omvat onvoorwaardelijk de volheid van het leven, met alle risico’s en onzekerheden, en doe je plicht! Doe datgene waarvoor je op deze aarde werd geplaatst!
Doel is volledig uit de actualiteit verdwenen. Wat is/was de afloop?
Is er een afloop? Is er een afloop in mijn boek? Is alles niet een steeds weer open vraagstelling, waarop nimmer een antwoord volgt? Want is Doel, het polderdorp, geen krachtig metafoor, een metafoor voor het Doel? Voor datgene wat ons overstijgt en wat we nooit bereiken?
Doel is de eeuwige strijd! De strijd die onverminderd doorgaat! De eeuwige loutering van het menselijk bestaan voor zij die onverschrokken dit pad willen betreden! Die oorlog is de Oerwet (Or-lögr). Zich dáár inschakelen en dat volkomen assumeren: ziedaar het eeuwige Doel van de heiden!
De laatste heiden van Thorvald Ross is beschikbaar in onze online boekhandel.
Luc Pauwels is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.
Sinds 1800 mochten vrouwen geen broek meer dragen in Frankrijk, een wet die tot 2013 van kracht bleef.
De ontmanteling van de stopgezette kernreactoren is nog niet begonnen, laat het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle weten. Alles blijft mogelijk.