Het Stalingrad van Pascal Smet
De werken voor een nieuwe metrolijn in Brussel beginnen steeds meer op een nachtmerrie te lijken…
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementToen Yvan Mayeur (PS) nog burgemeester van Brussel was, kreeg hij veel weerstand te verduren van de lokale horeca omdat die vreesden dat de wandelzone in het centrum hun cliënteel zou weghouden. Op de vitrines van hun zaken verschenen stickers met zijn doorstreepte hoofd. Nu valt eenzelfde eer te beurt aan voormalig staatssecretaris Pascal Smet (Vooruit). Die is kop van jut in de Stalingradbuurt die al jaren helemaal ondersteboven ligt door de metrowerken.
Een tijd geleden doken beelden van Pascal Smet op uit een documentaire waarin hij zich enigszins ongenuanceerd uitsprak over de wijk: ‘Soms moet je een getto erkennen om die te kunnen de-gettoïseren. Stalingrad is een Arabische wijk, met op de terrassen vooral Arabische mannen die hier thee komen drinken. Daar is op zich niks mis mee, maar meer uitwisseling zou toch beter zijn.’
Het doet een beetje denken aan wat zijn vroegere voorzitter Conner Rousseau had gezegd over Molenbeek, namelijk dat hij zich hier niet meer in België voelde. Dat sommige delen van Brussel dichtbevolkt worden door mensen met dezelfde afkomst is niet bepaald een verrassing in een stad met meer 180 nationaliteiten. Dat is onvermijdelijk.
Zenuwinzinking
Natuurlijk heeft Smet wel een beetje gelijk. Veel inwoners in de ruime omgeving van het Zuidstation en de Stalingradwijk willen maar al te graag dat het er leuker wonen zou zijn. De handelaars die nu tekeer gaan tegen Smet, vinden dat trouwens zelf ook. Ze zeggen al jaren dat ze de onveiligheid beu zijn. Maar stad en gewest hebben te weinig gedaan om hen perspectief te bieden. Jammer dat er nu afgerekend wordt met Smet, want hij had jaren geleden al het interessante idee om het middendeel van de Zuidlaan — nu een wilde parking — om te vormen tot een groene zone.
Pascal Smet had kunnen weten dat de handelaars op de rand van bouwputten en vooral van een zenuwinzinking leven en het nu niet het juiste moment is om over een ‘getto’ te beginnen. Gewoon overleven in de woestenij van de metrowerken is al beproevend genoeg. En eigenlijk was die uitspraak niet zo erg, vergeleken met wat Smet wat verder in de documentaire zei.
Dat gaat dan wel over andere dingen, maar dingen die veel meer impact hebben op de buurt. Hij vertelt hoe hij op het einde van de vorige legislatuur als staatssecretaris een regeringsbeslissing heeft geforceerd om de metrowerken te beginnen. Die kwam er uiteindelijk op twee dagen voor de verkiezingen. De argumentatie van Smet was en is dat er een moment komt dat men moet ophouden te praten en vooruit beginnen te gaan.
Voldongen feiten
Zo stond de volgende (huidige) regering, waarvan Smet opnieuw deel uitmaakte voor voldongen feiten. De nieuwe metrolijn moest en zou er komen. Vijf jaar later blijkt dat er te weinig is nagedacht over de opportuniteit van de lange metro, over de haalbaarheid ervan door de moerassige Brusselse ondergrond en vooral over de kostprijs. Die is op vijf jaar tijd van de voorziene 1,6 miljard euro gestegen tot 4,5 miljard. Dat is voor een gewest dat in grote financiële problemen zit gewoon onbetaalbaar.
Mijn hele Brusselse leven lang heb ik mensen die nooit het openbaar vervoer namen, horen zeggen dat ze dat wel zouden doen als er een metro zou zijn. Als die er na een goddelijke of magische interventie zou komen, dan was er geen twijfel mogelijk over de opportuniteit ervan. En het A4-tje waarmee Smet waarschijnlijk zijn collega’s in de vorige regering overtuigde, zal wel heel overtuigend geweest zijn.
Niemand vond het nodig om te doen wat bij beslissingen met een gigantische impact voor de toekomst noodzakelijk is: het utopische ideaalbeeld afwegen tegen alle mogelijke worst-case-scenario’s. Dat is niet gebeurd, en nu wordt Brussel geconfronteerd met de dramatische gevolgen van de overhaaste beslissing van vijf jaar geleden.
Een RTBF-documentaire die vorige week te zien was, legde bloot dat de MIVB, de maatschappij voor intercommunaal vervoer, geen rekening heeft gehouden met waarschuwingen dat het heel moeilijk boren zou zijn door de onstabiele gronden. De Brusselse vervoersmaatschappij vertrouwde op goedbetaalde studiebureaus die er alle belang bij hadden dat de werken zouden doorgaan omdat zij dan ook nog verdere dure studies zouden kunnen leveren. Een desastreus geval van een bewuste self fulfulling phrophecy.
Alles wijst er dus op dat de overhaaste politieke beslissing zonder eerst degelijke bodemonderzoeken af te wachten een kolossale fout is geweest. En de onderzoeken die er wél waren, waren letterlijk en figuurlijk te oppervlakkig.
Over hoe dat verhaal van de metrowerken stilaan op een eindeloze soap met steeds nieuwe ontwikkelingen begint te lijken, vertel ik u graag volgende week…
Categorieën |
---|
Personen |
---|
Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.
Joanthan Littell vertrok naar Oekraïne om een boek te schrijven over een massamoord op Joden in 1941, maar het heden haalde hem in.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.