Brusselse burgemeesters maken hun reputatie van eigenzinnige ‘baronnen’ steeds meer waar
Activistische baronnen
Politiemensen blokkeren de toegang tot de congreszaal in Sint-Joost-ten-Node.
foto © Belga Image
Drie Brusselse burgemeesters deden hun uiterste best om een extreem-rechtse bijeenkomst zoveel mogelijk te geven, tot in de buitenlandse pers toe…
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEr zat vorige week een behoorlijk verschil op de berichtgeving in de Nederlands- en Franstalige media over de de opmerkelijke vertoning van drie Brusselse burgemeesters. Philippe Close (PS-Brussel-stad), Vincent De Wolf (MR-Etterbeek) en Emir Kir (Ex-PS, Sint-Joost) probeerden een bijeenkomst van rechtse tot extreemrechtse partijen op het grondgebied van hun gemeente te verhinderen.
De teneur in de Vlaamse kranten was dat de burgemeesters hierbij niet alleen hun prerogatieven ver te buiten waren gegaan, maar vooral dat ze net het tegenovergestelde van hun intenties hadden bereikt. Nooit kreeg het zesmaandelijks Congres van National Conservatism zoveel aandacht, tot in het buitenland toe. Er stond meer over te lezen in de Engelse kranten dan in Le Soir of La Libre Belgique. Brussels was weer eens het hell-hole van de wereld…
Veiligheidsriscico’s
De burgemeesters hadden geen inhoudelijke argumenten gebruikt, omdat ze het niet eens zouden zijn met aangekondigde sprekers zoals de Hongaarse premier Orban of de Franse voormalige presidentskandidaat Eric Zemmour. Natuurlijk was hun actie duidelijk ingegeven door hun ideologische voorkeur, maar ze wisten natuurlijk wel dat die subjectiviteit hen aangewreven zou worden.
Daarom verwezen ze naar veiligheidsriscico’s. Die waren er niet omdat de organisatoren van plan waren gevaarlijke daden te stellen. Neen, alles had te maken met dreigende tegenmanifestaties. Er waren aangekondigde acties van de ‘Coördination Antifasciste’ en van de Franstalige Liga voor de Mensenrechten.
Dat is een fenomeen dat al een tijd te observeren is in Brussel. Als ergens een bijeenkomst gepland is die niet behaagt aan de politieke voorkeuren van een burgemeester, dan is er altijd wel een activistisch groepje te vinden dat met acties dreigt, en zo een perfect alibi levert om een politieke bijeenkomst te verbieden. Philippe Close gebruikte dit veiligheidsargument vorig jaar al tegen een bijeenkomst van het Vlaams Belang aan de Kunstberg.
Grijze Wolven
Nu deed hij dat opnieuw, door met dit argument druk uit te oefenen op de eigenaars van de prestigieuze zaal Concert Noble, de eerste keuze van de organisatoren van de NatCon. Zijn liberale collega De Wolf deed hetzelfde bij hun tweede keuze, het Sofitel op het Jourdanplein. Uiteindelijk vond de conferentie onderdak in de Claridge in Sint-Joost Ten Node. Daar schoot Emir Kir te laat in actie. Hij liet zijn politie de toegang tot de zaal blokkeren, op een moment dat de deelnemers al binnen waren.
Ook Kir schermde met veiligheidsoverwegingen en beweerde zelfs dat er daarvoor elementen waren aangeleverd in een rapport van het Ocad, dat gevaarlijke bedreigingen signaleert. Meer uitleg gaf hij daarbij niet. Maar in een tweet zei hij een dag later wel duidelijk waarover het echt gaat : ‘In Etterbeek, Brussel-stad en Sint-Joost is extreemrechts niet welkom!’. Zelf is Kir uit de PS gezet omdat zijn banden met de extremistische Turkse Grijze Wolven net iets te strak waren en hij weigert de Armeense genocide te erkennen. Blijkbaar is het ene extreemrechts het andere niet voor Emir Kir.
Uiteindelijk werd hij teruggefloten door de Raad van State, tot wie de NatCon zich gewend had, en door premier De Croo die de acties van burgemeester Kir veroordeelde omdat ze ingaan tegen de door de Grondwet gegarandeerde vrijheid van mening. Een burgemeester die zo zijn boekje te buiten gaat, zou zich toch aan een sanctie mogen verwachten…
Activistische burgemeesters
De Franstalige media brachten niet meer dan korte verslagen over het gebeuren. In tegenstelling tot de Vlaamse kranten waren er geen opiniërende bijdragen waarin de interventies van de burgemeesters werden veroordeeld.
Nochtans is er wel iets te zeggen over de rol die Brusselse burgemeesters menen te moeten spelen als politiek-correcte strijders met meer aandacht voor luidruchtige activisten dan het vrijwaren van democratie en rechtsstaat.
Zo weigerde Christos Doulkeridis (Ecolo), burgemeester van Elsene, tot tweemaal toe een gerechtsdeurwaarder politionele bijstand en bescherming te geven om een juridisch bevel uit te voeren tot uitzetting van krakers in een oud rusthuis. Dat is ironisch genoeg verhuurd aan Fedasil dat al maanden probeert om er een asielcentrum in te richten. De actievoerders gingen telkens over tot een massale en vrij agressieve mobilisatie. De burgemeester organiseerde overleg, maar niet met de eigenaar die hij negeerde. Hij gaf de krakers nog respijt tot het einde van het schooljaar. Die kunnen zich dus dank zij de burgemeester boven de wet en het eigendomsrecht verheven voelen.
Isolation parfaite
Het is een ander bewijs dat de Brusselse burgemeesters hun reputatie van eigenzinnige ‘baronnen’ steeds meer waarmaken. Doulkeridis legt beslissingen van een rechtbank gewoon naast zich neer, omdat hij de kant kiest van activistische krakers. Blijkbaar laat het hem niet alleen onverschillig dat hij hiermee de wet overtreedt, maar vooral dat hij de inrichting van een opvangcentrum saboteert, een eis van zijn eigen partij overigens. Zijn illegale bescherming van 80 sans-papiers houdt de inrichting van 360 plaatsen voor reguliere asielzoekers tegen.
Zolang dit soort aberraties niet wordt aangeklaagd in de Franstalige pers, weten de Brusselse burgemeesters dat ze niets te vrezen hebben. Ze voelen zich perfect in de isolation parfaite van hun gemeentelijke eilanden. Want wat in het Nederlands hierover geschreven wordt, komt volgens hen altijd uit het perfide Vlaanderen. En dat is zoals U wel weet een te negeren proto-fascistisch gewest.
Categorieën |
---|
Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.
Joanthan Littell vertrok naar Oekraïne om een boek te schrijven over een massamoord op Joden in 1941, maar het heden haalde hem in.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.