Diarree
Een ad hoc-commissie wetsoptimalisatie, wat moeten we daarvan vinden?
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnement82.000 bladzijden telde het Belgisch Staatsblad vorig jaar. Dat was al een hele verbetering ten opzichte van 2013 en 2014, want toen ging de “Moniteur” vlotjes over de 100.000 pagina’s. Toch is het nog altijd dubbel zo veel als in 2000 en het beste bewijs dat dit land hopeloos overgereglementeerd is. De Belgen worden dus overspoeld met een diarree van wetten, decreten en ordonnanties. Vermits elke Belg geacht wordt de wet te kennen, moet hij zich per dag door 224 pagina’s juridische lectuur worstelen. Er kan dus niet beweerd worden dat onze verkozenen niet werken, veeleer dat ze te ijverig zijn. De talrijke staatshervormingen hebben de wetgevende werklust alleen maar aangewakkerd.
De instantie die erop toeziet of de nieuwe regels vormelijk en inhoudelijk in orde zijn, is de Raad van State. Die eerbiedwaardige instelling is al jaren zwaar overbelast. In het jaar 2014-2015 kreeg de Raad 1.532 aanvragen om advies, dat is gemiddeld 127,6 per maand. 716 aanvragen kwamen van de federale overheid, 816 van de verschillende deelentiteiten. Het is een erg ondankbaar werk, dat al te vaak haastig moet gebeuren en door een beperkt aantal mensen. Adviezen worden niet publiek gemaakt, tenzij de minister anders beslist. De politiek is ook niet verplicht om de adviezen te volgen. Als later blijkt dat een wet krakkemikkig in elkaar zit, kleurt dat ook af op de staatsraden, die eigenlijk geen schuld treft. Het resultaat van gebrekkige wetgeving is dat de burger geen vertrouwen meer heeft in de wetgever, noch in hen die de wetten moeten beteugelen. Zo gaat de rechtsstaat met rasse schreden naar de verdoemenis.
Weldenkende politici kennen het probleem en willen er iets aan doen. Alleen stellen ze soms de verkeerde remedie voor. De “resolutie tot optimalisatie van de legistieke vormgeving van wetgeving op federaal en deelstatelijk niveau” wil dus een commissie waarin vertegenwoordigers van de verschillende parlementen zitten, naast wetgevende experts van die parlementen, leden van de Raad van State en hoogleraren aan de diverse rechtsfaculteiten. Al dat schoon volk moet binnen het jaar een rapport opstellen met aanbevelingen voor de verschillende wetgevende instanties en de respectieve organen van de uitvoerende macht. Doel is het opvijzelen van de redactionele en legistieke kwaliteit van de wetgeving op alle niveaus, inzonderheid in het kader van de uitvoering van de staatshervorming. Het cursieve deel van de vorige zin spreekt boekdelen. De geestelijke vaders van de Zesde Staatshervorming zijn namelijk tot de vaststelling gekomen, dat hun werkstuk een draak is. Een pak federale wetgeving is compleet overgeheveld naar de gewesten. Zo ging de wetgeving inzake stedenbouw integraal naar de deelstaten, die ze hebben omgezet in eigen regels. De ellende begint wanneer van een federale regeling maar bepaalde onderdelen of zelfs aspecten werden overgeheveld. Op grond van hun nieuwe bevoegdheden kunnen gewesten en gemeenschapen stukjes van de federale wetgeving herschrijven. Zij doen dat zonder onderlinge afspraken, wat aanleiding geeft tot verwarring en rechtsonzekerheid. De gedeeltelijke overdracht van bevoegdheden heeft dus geleid tot legistieke chaos. In plaats nu van tot het besluit te komen dat de partiële bevoegdheidsoverdrachten verkeerd waren, vinden de traditionele partijen geen betere oplossing dan het bedenken van een commissie die de legistieke neuzen in dezelfde richting moet zetten. Het is een impliciete erkenning dat de Zesde Staatshervorming een miskleun was. Open VLD en CD&V willen zelfs bepaalde bevoegdheden opnieuw federaal maken. Terug naar de goeie ouwe tijd toen zij het Rijk voor zich alleen hadden.
Of er ooit een ad hoc-commissie wetsoptimalisatie komt, is twijfelachtig. De initiatiefnemers kunnen misschien eens hun licht gaan opsteken in Nederland, waar ze een aantal glasheldere regels hebben opgesteld die bij het schrijven van wetten gevolgd moeten worden. De Nederlanders zijn in Europa pioniers in het vereenvoudigen van de wetgeving. Al vanaf 1980 volgen ze een politiek van deregulering, geïnspireerd door wat gebeurd is in de Verenigde Staten in de jaren 70 van de vorige eeuw. Uitgangspunt is dat overregulering en te veelvuldige wijziging van de norm de economische vrijheid belemmeren, vernieuwing en aanpassing aan de markt vertragen en dus finaal de groei afremmen. Bij het begin van het millennium maakte de deregulering gaandeweg plaats voor een streven naar een betere regelgeving. En die berust op een cultuur van consensus. De zoektocht naar heldere wetten is bij onze noorderburen geen inzet van strijd zoals elders meestal het geval is. Een nieuwe wet komt er na een grondig debat waarbij alle stemmen aan bod komen, zodat de nieuwe regel door bijna iedereen gedragen wordt. De Nederlanders zijn ook bepaald zuinig op nieuwe wetten; ze vaardigen er veel minder uit dan wij. In hun streven naar heldere en eenvoudige regels hanteren de Nederlanders de volgende regels:
– Geen enkele nieuwe wet mag tot stand komen zolang niet is vastgesteld of het probleem niet op een andere manier kan worden opgelost;
– Geen enkele nieuwe regel mag worden aangenomen, zolang niet is bewezen dat hij uitvoerbaar en betaalbaar is;
– Alleen regels die een afgewogen oplossing bieden voor het probleem en die zo min mogelijk lasten meebrengen voor de burgers, de ondernemingen en de instellingen mogen worden aangenomen;
– Vooraleer nieuwe regels worden ingevoerd, moet er een grondige studie worden uitgevoerd naar de noodzaak ervan;
– Nieuwe regels moeten worden ingevoerd met minimale kosten en lasten en die moeten worden gecontroleerd.
U merkt het, de voorgestelde ad hoc-commissie kan zich tijd, moeite en kosten besparen. Onze noorderburen hebben het denkwerk al lang klaar.
Foto: © Reporters
Categorieën |
---|
Jan Becaus (1948) is een voormalig journalist en nieuwsanker van VRT. Van 2014 tot 2019 was hij gecoöpteerd senator voor N-VA.
Opperrechter Amy Coney Barrett: ondanks een schitterende carrière, toch omstreden. Omdat ze benoemd werd onder Donald Trump.
‘Het bloed dat vloeit kleeft aan de handen van Hamas’, zegt de Israëlische ambassadeur in België. Maar hoe moet het verder? Een gesprek.