‘Economen hebben een verkeerd beeld over onze visie op economie’
Kamerlid Van Hecke (Groen): 'Na de Ringland-manifestatie hebben andere partijen hun kar gekeerd'
Stefaan Van Hecke (Groen) uit zich kritisch over de zesde staatshervorming, heeft het moeilijke met de uittredingspremie van Mieke Vogels en hekelt de werking van het parlement onder Di Rupo I omdat er te veel macht bij de regering ligt. ‘Het wetgevend proces was zeer, zeer slecht.’
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDe campagnesfeer zit bij goed bij Groen, met dank aan de peilingen. Bij aanvang van het interview toont een opgetogen Van Hecke De Morgen en wijst hij naar de verkiezingsenquête, genomen aan de Vlaamse universiteiten, waarin zijn partij quasi overal en op ieder niveau meer dan twintig percent haalt. Van Hecke komt op als lijsttrekker in Oost-Vlaanderen voor de Kamer en is sinds november 2011 fractieleider van Groen en Ecolo, een Vlaams-Waalse combinatie die al sinds de jaren 80 standhoudt in het Paleis der Natie. Vroeger verdiepte Van Hecke zich in de NMBS en Justitie, maar daar heeft hij als teamplayer in zijn tweetalige fractie nauwelijks nog tijd voor.
Stefaan Van Hecke: ‘Ik heb teamvergaderingen met zowel de Nederlandstalige als de Franstalige fractiemedewerkers. Ook met Ecolo bespreek ik veel zaken. Opgeteld ben ik daar twee dagen per week mee bezig en zo kan ik me moeilijk zetten op het inhoudelijk werk en weinig dossiers voorbereiden. Deze functie slokt veel energie op.’
Doorbraak: Vanwaar die traditie om met de gehele politieke familie in één fractie te zitten?
‘We zijn alle twee groene, sociale partijen en ons programma komt voor 95 percent overeen. Het is logisch, maar zeker niet gemakkelijk. Je hebt sowieso discussies binnen één fractie en met zowel Vlamingen als Walen komen er andere gevoeligheden bij. Een interessant voordeel aan onze samenwerking is dat we beiden kunnen anticiperen op wat er leeft bij de media aan de andere kant van de taalgrens.’
‘Ook de zesde staatshervorming hebben we samen voorbereid. Bij de splitsing van B-H-V zaten wij eerder op de Nederlandstalige lijn en zij op de Franstalige, maar door samen te komen begrijp je elkaars standpunten. Idem bij de financieringswet. Aan de onderhandelingstafel hadden wij onderling die discussie al gevoerd. We zagen onmiddellijk dat de andere familiepartijen nog niet met elkaar gesproken hadden. Zij onderhouden hun contacten niet structureel. Als dat wel het geval is, verloopt de regeringsvorming vlotter.
De oudere generatie politici kent elkaar al lang, de samenwerking was toen nauwer. Maar Wouter Beke had met Joëlle Milquet als toenmalig cdH-voorzitter helemaalgeen band. Zij kenden elkaar bij wijze van spreken niet en dat is een nadeel.’
De landsstructuur na de zesde staathervorming, waaraan u hebt meegewerkt, is er niet eenvoudiger op geworden.
‘Een deel is complexer geworden, maar arbeid, gezondheid, ouderenzorg, de kinderbijslag en de woonfiscaliteit zijn vrij coherent geworden. Andere overdrachten zijn zeer fragmentarisch. De verkeerswetgeving – ik geef dat eerlijk toe – is een compromis met acht partijen. Sommige partijen wilden alles regionaliseren. Wij hadden ons daartegen verzet: waarom moet je in ons land naar drie verkeersreglementen gaan? Eigenlijk moeten we de omgekeerde beweging maken en proberen om die verkeerswetgeving in Europa te harmoniseren, zodat je overal gelijke regels hebt. Het uiteindelijke compromis was om enkele technische bepalingen zoals de autokeuring en het rijbewijs over te hevelen. We zijn zeker niet tevreden met alles wat er overgedragen wordt. Waarom moest het rampenfonds naar de gewesten? Wat als er bij een zware ramp schade is in Vlaanderen, Wallonië en Brussel?’
‘Wij hebben ook geprobeerd om er een hoofdstuk politieke vernieuwing in te brengen. Zo kan je vandaag niet meer kandidaat zijn op twee lijsten, evenals je niet meer effectief en opvolger kan zijn binnen dezelfde lijst.
De Senaat mocht van ons worden afgeschaft, maar wij hadden nooit gedacht dat we zo ver zouden geraken. Op zich ben ik niet tegen een tweekamerstelsel. Een andere kamer die reflecteert over wetgeving kan een meerwaarde zijn. Maar in onze complexe structuur waar al zo veel parlementen zijn, is dat niet houdbaar. Het huidige model is een ontmoetingsplek zonder rechtstreeks verkozen senatoren, maar met vertegenwoordigers van Vlaanderen, Brussel en Wallonië die eenmaal per maand samenkomen en een onderhoud hebben over de staatshervorming, dat vind ik op zich goed. Maar als blijkt dat de uitvoering over vijf à tien jaar langs geen kanten draait, schaf die Senaat dan af.Aangezien er geen twee kamers meer zijn die volwaardig wetten kunnen behandelen, hebben we een nieuw systeem van tweede lezing georganiseerd in de Kamer. Zo is er tijd voor reflectie en correctie en blijft de kwaliteit van de wetgeving gegarandeerd. In zijn totaliteit is er nu niet minder werk, het wordt alleen verschoven.’
PVDA-voorzitter Peter Mertens haalde in Humo uit naar Mieke Vogels, die het normaal vindt dat ze haar parlementaire vertrekpremie van 432.000 euro maar logisch vindt. Hoe bekijkt u die zaak?
‘Het bedrag klopt niet en Mieke Vogels nam een individuele beslissing. Ze verdedigde die regeling nogal fel, dat vond ik niet nodig. Nochtans is er op ons aandringen een aanpassing op de uittredingsvergoeding gekomen. We hebben hard gevochten om bij vrijwillig ontslag de vergoeding weg te laten. Bovendien is de berekening veranderd en werd het maximum bedrag gehalveerd van 48 naar 24 maanden loon. Ze heeft er recht op, maar toch denk ik dat de wijze waarop ze haar beslissing heeft verdedigd, niet te verantwoorden valt. Al begrijp ik haar voor een stuk: zij komt uit een andere tijd. Koos je vroeger voor Agalev en werd je na twee verkiezingen niet meer verkozen, zou het moeilijk geweest zijn om nog een job te vinden. Bovendien heeft zij ook recht op een parlementair pensioen en dat krijg je pas als je uittredingsvergoeding op is. Weigerde ze haar vergoeding, zou ze misschien moeten wachten op haar pensioen.
Sommige commentatoren respecteerden haar vergoeding omdat ze vonden dat Vogels in die 25 jaar keihard gewerkt heeft, ook in haar laatste legislatuur. En dat is waar! Ze heeft zelfs nog een boek geschreven over de verzuiling.’
Wat vond u van haar boek, ‘De rekening van de verzuiling’? ‘De zuilen gaan over lijken’, zei ze in De Tijd. Een heel straffe uitspraak.
‘Ze is nogal scherp geweest, maar het is zeer moedig dat ze dat boek schreef. Het geld dat naar sociaal beleid gaat willen wij efficiënt inzetten. Onze agenda is niet om het middenveld kapot te maken of te beschadigen. Toch werd ons altijd wel iets verweten: als Meyrem Almaci te scherp uit de hoek kwam, kregen we commentaar uit ACW-hoek. Bij een genuanceerd standpunt, leek het voor sommigen dan weer alsof we het ACW verdedigden.’
Denkt u dat de N-VA het middenveld kapot wil maken?
‘Onze indruk – niet alleen de onze – is dat de N-VA dat Arco-dossier gebruikt om het middenveld een slag toe te brengen. Daar zijn we het niet mee eens. Groen vindt een sterk middenveld belangrijk. Enkel de ACW-top kan verantwoordelijk zijn, de basis kan je niets verwijten.’
Groen mikt op twee groepen: enerzijds de hoger opgeleide, milieubewuste middenklasse en anderzijds de verarmde allochtone bevolking. Hoe valt dat te rijmen?
‘Uit onderzoek blijkt dat de hoogopgeleide middenklasse voor ons kiest. Ons programma is aantrekkelijk voor de middenklasse en gezinnen met kinderen vormen onze doelgroep. Daarnaast willen we ook de kinderbijslag verhogen voor de laagste inkomens en een lastenverschuiving waarbij die groep hun nettoloon ziet stijgen. Ondanks dat ons programma zeer goed is voor de armen, blijken zij onze kiezers niet te zijn.Maar we laten ze daarom niet vallen. Bovendien vinden onze kiezers uit de middenklasse solidariteit en armoedebestrijding belangrijk.’
Freiburg is de Duitse stad die Groen als ideaalmodel neemt inzake stedelijk beleid. Hoe verklaart u dat in een ietwat conservatief buurland die duurzaamheid mogelijk is en het hier nogal moeilijk vlot?
‘Historisch gezien hebben wij een probleem van ruimtelijke ordening. Maar ik merk dat er vanuit de basis beweging komt, kijk naar Antwerpen en Gent. Jammer genoeg vertaalt zich dat politiek te weinig. In Duitsland scoren de groenen goed, maar misschien zijn de andere partijen daar ook progressiever. Toch zie je dat na die manifestatie voor Ringland andere partijen hun kar keren en aanvoelendat de bevolking een leefbare stad wil. Misschien verschillen ze van onze ideeën, maar ik heb de indruk dat er een kleine wijziging in de hoofden van andere partijen bezig is.’
Groen wil een lastenverschuiving. Hoe uit zich dat concreet?
‘Onze belastingen op milieu en vermogen zitten onder het Europees gemiddelde. Op Europees vlak zijn wij het land met de meeste bedrijfswagens per duizend inwoners. Dat kost ons vier miljard per jaar. Die belastingsvoordelen zijn eigenlijk loon. Als we twee miljard besparen door enkel een bedrijfswagen te geven aan wie het echt nodig heeft, dan kunnen we al twee miljard gebruiken om de loonkost te verlagen.’
‘Nog een aberratie: je betaalt btw bij een treinticket, maar niet voor een vliegticket. Op benzine en diesel betaal je accijnzen, op kerosine niet. Dat is concurrentievervalsing. Stel dat ik naar Nice wil, dan kost de TGV een pak meer dan een goedkope vlucht. Je moet dat natuurlijk Europees reguleren, maar sommige landen zetten aleen bepaald forfaitair bedrag op een vliegtuigticket. Waar er bijvoorbeeld binnen de 500 km een alternatief is, moet je 50 euro bijbetalen. Dat is een gedragssturende milieumaatregel: brengt het niets meer op, dan is het doel tenminste bereikt.’
Geert Noels zei even geleden in Knack dat Groen de partij is die het dichtst bij hem aansluit. ‘Alleen jammer dat ze op economisch vlak zulke rampzalige ideeën hebben’, voegde hij eraan toe. Wat denkt u dan als een econoom zoiets zegt?
‘Nadat het interview uitkwam, was er diezelfde avond een gesprek op Reyers Laat tussen hem en Meyrem Almaci. Toen klonk Noels al wat genuanceerder. Economen hebben een verkeerd beeld over onze visie op economie. We hebben nochtans een economisch congres georganiseerd en het boek ‘Beter’ van Wouter Van Besien, ging een groot stuk overeconomie. We zijn ervan overtuigd dat als een bedrijfsleider de duurzame weg opgaat, zijn firma zal overleven. Er zijn ondernemers die daarvoor openstaan, zoals Jef Colruyt die de inleiding gafop de boekvoorstelling van ‘Beter’.
In Gent hielden we een gespreksavond over dat boek, met onder andere professor Koen Schoors en de CEO van lingerie Van de Velde, Ignace Van Doorselaere. Die laatste was aangenaam verrast. Ik denk dat er vaak nog vooroordelen zijn bij economen, namelijk dat wij tegen de economie en tegen ondernemers zijn. Dat is niet zo. Uiteraard willen wij meer welvaart, maar we willen dat die groener en socialer wordt.’
Ziet u in België een democratisch deficit?
‘Dat is er zeker, op parlementair vlak. Tijdens de regeringsvorming hebben we 541 dagen een schitterend halfrond gehad. Er werden wetsvoorstellen ingediend en iedereen zocht een meerderheid. Soms was die centrumlinks, soms centrumrechts. Maar eens de regering gevormd, was er geen tegenspraak meer. Alles werd erdoorgesleurd. Het wetgevend proces was zeer, zeer slecht. Er was geen ruimte voor hoorzitting bij belangrijke wetgeving. Controleorganen moeten hun rol kunnen spelen… De hervorming van Justitie werd erdoorgejaagd zonder dat het parlement hoorzittingen kon en mocht organiseren. Bij de werking van het parlement is er helaas een deficit omdat er te veel macht bij de regering ligt.’
Wat als Groen dan in de volgende regering zit?
‘Dan zal het onze uitdaging zijn om dat democratisch proces zijn gang te laten gaan. Op het einde van de legislatuur wil je natuurlijk alles erdoor hebben, daarom komt het erop neer om een goede planning te hebben. Laten we het parlement ruimte geven om te discussiëren. Wanneer je met veel partijen een delicaat evenwicht hebt gevonden, is het natuurlijk niet evident dat het parlement je laat leiden. Maar betrek die fracties en geef ruimte zodat iedereen mee is. Laat hoorzittingen toe en raadpleeg het middenveld. Bij de verstrengde GAS-wet vroegen 213 organisaties om gehoord te worden, maar dat kon en mocht niet. Dat was een jaar voor de verkiezingen, het argument dat het parlement ontbonden zou worden, gold toen niet. Het is erdoorgejaagd en men heeft er niet naar geluisterd. Zo verliezen mensen hun vertrouwen in de politiek. Ze voelen dat er veel te weinig naar de maatschappij geluisterd wordt.’
foto (c) Reporters
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Stel je voor: erkenning vragen voor de wetten op je grondgebied. Taalwetten dan nog, hoe bekrompen! Gelukkig is er de Franstalige flexibiliteit!
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.