En plots werd de driekleur een regenboogvlag
Metamorfoses in en rond de Wetstraat
Symbool van diversiteit en anders-zijn. Maar hoe anders?
foto © BELGA
Het emo-theater in politiek en media, rond de moord op een homoseksuele man, ruikt naar verborgen agenda’s en lijkenpikkerij.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementNaar aanleiding van de ‘vreselijke’ en ‘zinloze’ moord op de homoseksueel David Polfliet in Beveren, vielen politici over elkaar heen om hun ‘walg’ en ‘verontwaardiging’ uit te drukken. Zou de moord minder ‘vreselijk’ en ‘walgelijk’ geweest zijn, mocht het slachtoffer heteroseksueel zijn geweest? Neen, maar ‘men’ vermoedt dat de man net omwille van zijn geaardheid is omgebracht. Ook al dringen de nabestaanden zelf aan op discretie, en is het gerecht tot hiertoe zeer zuinig met informatie over de achtergrond van de minderjarige daders en hun motief.
Niettemin werd meteen maar de regenboogvlag gehesen boven de ambtswoning van de premier, ging het in de media alleen nog over gay bashing, en mocht VRT-journalist Riadh Bahri in De Afspraak uitvoerig berichten over zijn ervaringen, zijn trauma’s, zijn schrik om voor zijn geaardheid uit te komen. Dat is natuurlijk gemakkelijke en zelfs gemakzuchtige journalistiek: een reporter die zich gewoon bij de slachtoffers voegt en sympathie oproept. Het zal wel woke zijn, maar een gedegen analyse is nog iets anders.
Een algebraïsche verzameling
Die fameuze regenboogvlag dus, symbool voor diversiteit en het recht op ‘anders-zijn’. Gezien ik voor mijn politiek, mentaal én karakterieel anders-zijn dagelijks moet opkomen, schaar ik me volgaarne onder die vlag, al betwijfel ik of men dat soort diversiteit bedoelt. Het gaat om seksuele diversiteit, een slaapkamergegeven dat steeds grotere ruchtbaarheid krijgt en bijna als een menu aan tieners wordt gepresenteerd. Er is momenteel wel een en ander in de aanbieding.
Lgbtqia+ is de bijna algebraïsch aandoende naam van een waaier seksuele identiteiten die men kan aannemen: respectievelijk lesbisch, gay, biseksueel, transgender, queer (ook wel non-binair genoemd), questioning (wie het nog niet goed weet), intersex (tweeslachtigen), aseksueel, en +. Dat plusteken wijst op ‘al de rest’, maar ook op toekomstige geaardheden die nog in constructie zijn, misschien iets met dieren of met jonge groentjes. De hetero’s horen alleszins niét in dat rijtje: echte reptielen zijn het, levende fossielen, zeker de blanke oudere mannen die volgens het woke-jargon ‘geprivilegieerd’ zijn en de diversiteit bedreigen.
Meteen zitten we in de slachtofferlogica en de politiek correcte pampering van allerlei minderheden, waarbij je bijna tot een identitaire subcultuur van de onderdrukten moet behoren, anders ben je een onderdrukker en word je ‘gecanceld’. Dat is ook de reden waarom de moslims, die vanuit hun religie toch een zeer problematische verhouding met homoseksualiteit hebben — zie verder —, in de grote verontwaardiging niet benoemd worden, noch in het praatprogramma van Bart Schols: ze zijn een aspect van de diversiteit en de multiculturele verrijking. De gruwelbeelden van homo’s die in de Islamitische Staat van het dak worden gegooid, blijven ondertussen zorgvuldig in de archieven. Het gaat alleen nog over de repatriëring van vrouwen en hun kinderen die zich bij de IS-strijders voegden.
Het recht op discriminatie
Ten gronde dan. Ergens moet een taboe toch eens uitgeklaard worden: mag iemand nog een mening hebben over homofilie, transgenders, queers en heel de zwik? Of is dat sowieso een verboden onderwerp, tenzij men met een regenboogvlag rondloopt? Mag ik nog luidop zeggen dat ik persoonlijk, en geheel persoonlijk, niet echt voor mannen ben die het voor de mannen hebben, ook al zou ik hen nooit een strobreed in de weg leggen?
Ooit lanceerde Matthias Storme het begrip ‘recht op discriminatie’, onlangs nog door Philip Roose aangehaald in zijn column over de ‘juridisering van haat’. Misschien moet men die tekst van Storme, toen hij in 2005 de Prijs voor de Vrijheid kreeg, eens herlezen. Hij stelt dat de overheid haar burgers strikt volgens het gelijkheidsprincipe moet behandelen, maar dat individuen de vrijheid hebben om daar reliëf in te brengen.
We ‘discrimineren’ heel de tijd, omdat we onze smaak volgen en keuzes maken. Al dan niet oesters eten of ervan kotsen, operamuziek beluisteren of het genre haten, voor blondjes vallen of er integendeel mee lachen, voor een bepaalde partij stemmen of net niét. De antidiscriminatielogica beknot dat grondrecht. Op de duur moeten we ons heel de tijd rechtvaardigen, men controleert ons bij elke neiging tot persoonlijke (dis)affiniteit. Zoals een madammeke het recht ontnemen om haar poetshulp te kiezen volgens haar eigen criteria.
Het leven is geen regenboog, dat is een fictie, we sluiten heel de tijd uit, maar ook in. Een hetero discrimineert homo’s en omgekeerd, in het liefdesleven, de vriendschappen, het milieu, de netwerken. Er zijn homobars en andere, gayclubs en kaartersverenigingen, en die hebben allemaal hun toegangsprotocollen. Is dat een probleem? Helemaal niet, en humor helpt deze ‘exclusieve diversiteit’ te aanvaarden en zelfs te appreciëren. Of waarom er vooral ook moet kunnen gelachen worden met mensen, groepen, levensbeschouwingen.
VB-bashing
De regenboogvlag van premier De Croo is nog op een ander punt ongeloofwaardig. Het zijn vooral de politieke pleitbezorgers van diversiteit, genre Bart Somers en Vincent Van Quickenborne, die voortdurend andersdenkenden stigmatiseren en uit hun regenboog weren. Gek genoeg vooral liberalen, de grote vrijheidskampioenen. De moord op David Polfliet was een welgekomen aanleiding om, via een paar niet echt gay-vriendelijke tweets, aan VB-bashing te doen en deze partij verantwoordelijk te stellen voor het gebeuren in Beveren. Dat is politiek oneerlijk en moreel pervers.
Het klopt dat het VB geëvolueerd is, van een ethisch-conservatieve reserve tegenover homoseksualiteit naar een meer progressieve benadering. Het klopt ook dat de islamkritische opstelling daarin een game changer was. Maar over het verband tussen islam, migratie en homohaat zwijgen Somers en co in alle talen. Uit onderzoek van de Vlaamse overheid zelf blijkt nochtans dat aversie van homoseksualiteit vooral een allochtoon fenomeen is. Het overgrote deel van de autochtone Vlamingen staat zeer tolerant staat tegenover seksueel anders-zijn, terwijl dat bij de respondenten van Afrikaanse, Turkse, Marokkaanse, maar ook Roemeense en Poolse afkomst, veel minder het geval is.
Dat het Vlaams Belang vandaag desondanks ‘de bonen heeft gefret’, zoals men dat in Antwerpen zegt, ligt meer aan de regimevijandigheid van die partij. Het overleven van de Belgische constructie en de monarchie steunt namelijk in belangrijke mate op het diversiteitsdiscours: België is taalkundig heterogeen en multicultureel, en we moeten dat zien als een verrijking, ook al functioneert er bijna niets. Met de regenboogvlag wordt ook de seksuele diversiteit mee ingeschakeld in die staatspropaganda, en ziet men de kans schoon om het cordon rond een antisysteempartij te verstevigen, met veel emo-taal en gespeelde verontwaardiging.
Heel deze ratatouille van linksliberale weldenkendheid, omfloerst belgicisme, en dubbelzinnige cultus van de onverdraagzame verdraagzaamheid, dient de anders-zijnde mannen, vrouwen en alles ertussen, helemaal niet. Het is pure recuperatie en in het geval van David Polfliet zelfs lijkenpikkerij. Gun iedereen zijn vrijheid, laat het gerecht zijn werk doen, en stop het emo-opbod van politiek en media. Tenzij ook dit theater dient om het corona-debâcle te verdoezelen. Dan zijn we weer helemaal mee.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Johan Sanctorum (°1954) studeerde filosofie en kunstgeschiedenis aan de VUB. Achtereenvolgens docent filosofie, tijdschriftuitgever, theaterdramaturg, communicatieconsultant en auteur/columnist ontpopte hij zich tot een van de scherpste pennen in Vlaanderen en veel gevraagd lezinggever. Cultuur, politiek en media zijn de uitverkoren domeinen. Sanctorum schuwt de controverse niet. Humor, ironie en sarcasme zijn nooit ver weg.
Bij de docu-film van Jambers over BDW blijft de vraag hangen waar de N-VA als ‘republikeinse partij’ nu eigenlijk nog voor staat.
In de nieuwe versie van Emmanuelle gaat een vrouw op zoek naar ultieme seksuele voldoening.