Vervolgde christenen krijgen hulp bij heropbouw

Nu IS verdreven is, starten enkele christelijke charitatieve verenigingen geldinzamelingen voor de heropbouw van christelijke dorpen in Irak. Ze helpen de vervolgde christenen in het Midden-Oosten naar het voorbeeld van een Europees land.

Ridders van Colombus

In de VS is kondigde Carl Anderson, de ‘Supreme Knight’, het hoofd van de Knights of Colombus (Ridders van Colombus) de inzamelactie aan tijdens hun 135e congres. De Ridders van Colombus is een vereniging uit de VS en telt volgens Katholiek.org zo’n 1,7 miljoen leden in heel Noord Amerika. De Ridders willen bij die leden 2 miljoen USD ophalen om het dorp Karemlash opnieuw op te bouwen, een dorp in de regio Nineve dat vooral door christenen werd bewoond. Het dorp werd door IS veroverd in 2014. De Ridders vragen aan leden, families, groepen en parochies om 2.000 USD te doneren aan de campagne. Dat is het bedrag dat nodig is om een familie te laten terugkeren naar hun dorp van oorsprong.

De ondersteuning van de plaatselijke christenen regelen de Ridders Van Colombus via de plaatselijke kerk, het aartsbisdom van Erbil. Dat aartsbisdom geeft ook onderdak aan de grootste groep christelijke vluchtelingen uit de regio. De Ridder-Overste ziet als het doel voor de actie: ‘Te verzekeren dat de honderden families die uit hun huizen gedreven zijn, kunnen terugkeren en zo de pluralistische toekomst van Irak te verzekeren.’ Waarmee de Ridders de blijvende aanwezigheid van christenen in het Midden Oosten willen verzekeren. ‘De christenen hebben het recht om in het Midden-Oosten te wonen’. In het recent verschenen boek, God is een vluchteling van David Dessin, wordt dieper ingegaan op de geschiedenis en de eeuwenlange vervolging van christenen in het Midden-Oosten.

De Ridders lieten zich voor hun actie inspireren op… Hongarije. Dat eerder 2 miljoen USD schonk om het dorp Teleskov te herbouwen. Ook Teleskov is een dorp dar voor het grootste deel bewoond werd door christenen. Ook Hongarije werkt samen met het aartsbisdom van Erbil. Volgens het aartsbisdom konden dankzij de Hongaarse hulp zo’n duizend gezinnen terugkeren naar hun huis.

Vervolgde christenen

De Ridders van Colombus, door tegenstanders een geheim genootschap genoemd en vergeleken met een loge, springen niet voor de eerste keer in de bres voor christenen van het Midden-Oosten. In 2016 probeerden ze de regering van de VS te overhalen om het geweld tegen christenen en andere religieuze minderheden in Irak, Syrië, Libanon en Jordanië te erkennen als genocide.

De vraag is of deze actie andere christelijke charitatieve organisatie zal aanzetten om hun schroom te overwinnen om vooral christenen te helpen. Kerk in Nood/Aid to the Church in Need, de internationale erfgenaam van ‘Kerk In Nood-Oostpriesterhulp’, die rechtstreeks onder pauselijk gezag staat doet dat nu al heel expliciet. Ook zij heeft een steunprogramma voor christenen in Irak, maar ook in Nigeria, voor christelijke slachtoffers van Boko Haram. Deze christelijke hulporganisaties doen vaak werk waar andere NGO’s aan voorbijgaan. Zo heeft Kerk in Nood beloofd om de heropbouw van het Grieks-orthodoxe kerkhof in Aleppo te ondersteunen. De organisatie wil ook de overbrenging financieel ondersteunen van de christenen van verschillende riten die in Aleppo overleden zijn tussen april 2013 en december 2016 naar het christelijke kerkhof van Jabal Al-Saydé (Mountain of St. Mary).

Grote organisaties en politiek

De Ridders van Colombus en Kerk in Nood worden vaak aan de conservatief-katholieke kant geplaatst. Andere, grotere en bekendere hulporganisaties, christelijk of met christelijke roots, zoals Caritas of Broederlijk delen hebben het veel moeilijker met een keuze voor hulp vooral of enkel aan christenen. Dat wordt als niet politiek-correct gezien. Diezelfde laatstgenoemde organisaties hadden ook bezwaar bij de hulpacties van het kabinet van Theo Francken (N-VA) om christelijke families uit de regio naar België te brengen. Ze hadden het moeilijk met het feit dat het specifiek om christenen ging. Zo getuigde een deelnemer aan die actie op de studiedag die de N-VA organiseerde in juli 2017 over het geweld op christenen in de regio.

Als het de internationale werkgroep van de N-VA menens is, dan mogen we verwachten dat vanuit die werkgroep de vraag zal komen aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking om het voorbeeld van Hongarije te volgen. Al mag minister Alexander De Croo (Open Vld) dat ook uit eigen beweging doen. En als België geen heropbouw van een christelijk dorp wil financieren, waarom Vlaanderen dan niet, of de Vlaamse christenen?