Klacht tegen Doorbraak bij Raad voor de Journalistiek deels gegrond

De Raad voor de Journalistiek heeft een klacht van Relias Gerechtsdeurwaarders tegen Doorbraak deels gegrond verklaard. Hieronder leest u het verdict van de Raad.

De zaak gaat over een interview met N-VA-Kamerlid Michaël Freilich. Daarin komt het Antwerpse deurwaarderskantoor Relias ter sprake. De journalist schrijft dat Relias Gerechtsdeurwaarders in opdracht van het Londense Euro Parking Collection (EPC) illegaal Belgische databanken heeft geraadpleegd om nummerplaatgegevens te achterhalen van autobestuurders die hun verkeersboetes of parkeergeld in Londen niet betaalden.

Waarheid niet beoordelen

De Raad kan het waarheidsgehalte van de in het artikel aangehaalde informatie niet beoordelen, rekening houdend met het feit dat er nog een tuchtprocedure in beroep loopt bij de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders en dat die nog geen definitief uitsluitsel heeft gegeven over de zaak.

Het artikel uit ernstige nieuwe beschuldigingen, zoals verrijking, intimidatie aan de deur, fraude en illegale handel, die de eer en goede naam van de klager betreffen. Het gaat om beschuldigingen die zowel geuit worden door de geïnterviewde, als in de eigen bewoordingen van de journalist en waarvoor de journalist onterecht geen kans op wederhoor heeft geboden. De klacht is op dit punt gegrond op basis van artikel 20 van de code.

Een kantoor van gerechtsdeurwaarders heeft een maatschappelijk verantwoordelijke functie, waardoor het geoorloofd was om de naam van het kantoor te noemen. Het artikel gaat over het professioneel handelen van het kantoor, het tast het privéleven van de medewerkers niet aan. De klacht is ongegrond op dit punt.

Om die redenen is de Raad voor de Journalistiek van oordeel:

• dat de klacht gegrond is op het punt van wederhoor;
• dat de klacht ongegrond is wat het respect voor het privéleven betreft.

Lees de volledige uitspraak van de RvJ.