Klimaatdebat zonder klimaatsceptici is non-debat
Maaren Boudry (links) en Tine Hens (tweede van rechts) in De Afspraak
foto © vrt
Jean-Marie Dedecker verkondigt een klimaatsceptisch standpunt op Canvas. Twee dagen later brengen Maarten Boudry en Tine Hens geen soelaas.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementJean-Marie Dedecker was uitgenodigd op De Afspraak van 17 januari om het over zijn politieke loopbaan te hebben en het ging er toevallig ook over het klimaat. Dedecker durfde te betwijfelen dat het klimaat zorgwekkend opwarmt door toedoen van de mens. Zoiets zorgde natuurlijk meteen voor een heuse regen van klachten vanuit klimaatactivistische hoek. Die duivels moesten uitgedreven worden, en dat kon alleen door een tweede Afspraak op 21 januari over klimaat, maar dan zonder lastige klimaatscepticus. Dat werd dan ook wenkbrauwgefronstelevisie, de Canvas-stijl van vooringenomen televisieprogramma’s.
Debat met zwijgende tegenstanders
In deze tweede Afspraak deden ze geen poging om een Vlaamse klimaatscepticus-wetenschapper uit te nodigen, zoals de toch wel uitstekende wetenschapper Gerard Bodifée misschien. Noch een Nederlandse klimaatscepticus-wetenschapper, zoals Marcel Crok. Er is buiten deze twee heren nog keuze genoeg, overigens. In de plaats daarvan werden enkel anti-klimaatsceptici en niet-wetenschappers uitgenodigd, met name Tine Hens en Maarten Boudry. Blijkbaar heeft De Afspraak geen klimaat- of andere wetenschappers gevonden die de klimaatconsensus wilden verdedigen. Toch hadden Hens en Boudry hun mond vol over de algemeen aanvaarde wetenschappelijke klimaatconsensus.
Dedecker had voordien vermeld dat verschillende wetenschappelijke nobelprijswinnaars ook klimaatscepticus zijn. Dat was een belangrijk argument dat uiteraard zo snel mogelijk weggemoffeld moest worden. Het was aandoenlijk om Boudry te horen beweren dat de opinie van deze nobelprijswinnaars van geen tel is aangezien het niet gaat om klimaatwetenschappers. Kijk eens in de spiegel, beste filosoof! En alsof een wetenschapper die zijn tanden in een nieuw dossier zet, zich daar geen opinie over kan vormen. Alsof een chemicus bijvoorbeeld niet de kwaliteit van klimaatpublicaties kan onderzoeken.
Uiteraard is net het omgekeerde waar: stel dat de rapporten van klimatologen onleesbaar zouden zijn voor wetenschappelijke niet-klimatologen, vooral dan zouden we de kwaliteit van hun onderzoek ten stelligste mogen betwijfelen. Klimatologen schrijven weinig in het chinees en nog minder in het klimatees. Daarbij heeft het IPCC als doelstelling een leesbare samenvatting te geven van die klimaatconsensus – dat dient toch zodat geïnteresseerde niet-specialisten er ook een oordeel over kunnen vellen? Niet?
Niet 7% maar meer dan 20% klimaatsceptici in Vlaanderen
Boudry respecteer ik wel enigszins, aangezien hij het aandurft klimaatalarmistische fake news te hekelen – het genre, ‘over 20 jaar overspoelt het zeeniveau een groot stuk van Vlaanderen’. In de IPCC-rapporten staat dit zeker niet! Er is binnen de klimaatconsensus echter zeer weinig animo om dit genre van flagrant onwetenschappelijke uitspraken tegen te spreken. Zo’n flagrante pseudowetenschappelijkheden worden continu gefileerd op klimaatsceptische blogs.
In dit debat deed Boudry echter weinig pogingen om de straffe uitspraken van Tine Hens te temperen. Ze gaf bijvoorbeeld aan dat volgens een recent onderzoek maar 7% van de bevolking twijfels uit over de klimaatopwarming. Dat is een zeer twijfelachtig laag cijfer waarbij ze niet eens een referentie gaf. Ten minste zou Boudry hierop kunnen reageren, niet? Ik weet dat als hij met klimaatsceptici discussieert, hij het wel heel belangrijk vindt dergelijke referenties te krijgen. De geïnformeerde klimaatscepticus die in een parallel universum wel door De Afspraak werd uitgenodigd, zou de referentie wel hebben gevraagd.
Neem nu de officiële Belgische klimaatenquête uit 2017 (zie hier – pagina 21): 20% van de Belgen die hieraan deelnamen betwijfelde of ontkende de volgende zin: ‘Klimaatwetenschappers hebben voldoende bewezen dat er een klimaatverandering aan de gang is door toedoen van menselijke activiteiten’. En dan nog kan je 20% als een te lage schatting zien, aangezien de meeste klimaatsceptici wel geloven dat de mens voor klimaatverandering zorgt, maar dat die veranderingen waarschijnlijk niet zo erg zullen zijn. (Ik denk dat bijvoorbeeld.) Het percentage ‘klimaatsceptici plus klimaattwijfelaars’ is dus gemakkelijk drie maal groter, of meer, dan het bedroevend lage cijfer van Hens. Het was daar dus een antidebat met als enige doel klimaatsceptici te weren van alle mainstream media.
De boemerang-redeneringen van Tine Hens
Tine Hens was zichtbaar op dreef. Volgens haar hebben klimaatsceptici (wegens hun kleine aantal) genoeg aan hun forums op het internet – en hoeven ze dus niet of hoogst zelden uitgenodigd te worden door de mainstream media. Haar eigen MO* Magazine waar ze voor schrijft is zelf een zwaar gesubsidieerde extreemlinkse site. Extreemlinks zou met diezelfde redenering ook genoeg moeten hebben aan ongesubsidieerde forums op het internet, zonder uitzicht op een uitnodiging als klimaatexpert op Canvas. Waarschijnlijk minder dan 7%, maar zeker minder dan 20% van de Vlaming is extreemlinks.
Boudry en Hens rolden over elkaar van eensgezindheid om te stellen dat veruit de meeste klimaatsceptici ook tot een bepaalde rechtse sociologische groep behoort. Uiteraard klopt dat wel enigszins, en dan? Dat bewijst op zich helemaal niet dat klimaatsceptici het ook mis hebben. Bovendien, ook bepaalde linkse sociologische groepen nemen bijna automatisch zeer activistische klimaatstandpunten in – iedereen met ogen in het hoofd kan hen vaak op televisie aanschouwen. Dat is het soort activisten die bijna ontploffen als er een ‘foute’ mening aan bod komt, en die misschien ook minder dan 7% uitmaken van de Vlaming. Opgelet: dit is geen pleidooi om linkse activisten van de mainstream media weg te houden, wel om te streven naar meer diversiteit aan de andere kant van het politieke spectrum.
Ik wil overigens Tine Hens en Maarten Boudry ter herinnering brengen dat ‘rechts’ in Vlaanderen groter is dan ‘links’, en dus dat sociologisch gezien de groep klimaatsceptici best wel de overhand zou kunnen innemen – gesteld dat er een openlijk debat komt tussen de specialisten van beide kanten. Dat klopt ook met mijn ervaring. Ik ken veel klimaatsceptici en andere klimaattwijfelaars, hun politieke achtergrond gaat (vooral) van liberaal naar conservatief, van overtuigend atheïstisch naar diepgelovig. Ongeveer het hele spectrum van wat men losjes ‘rechts’ zou kunnen noemen zie ik vertegenwoordigd. Maar ook onafhankelijk ‘links’, redelijk links, laat zich niet onbetuigd. Daaronder zitten overigens veel ingenieurs, wetenschappers en filosofen. En over het algemeen kunnen deze mensen, ondanks hun diversiteit, uitstekend met elkaar overweg.
Een echt klimaatdebat aub
Het klimaatpraatje zonder tegenstanders leidde dus onvermijdelijk tot gekeuvel, gekrakeel en de opgestoken wijsvinger. Wie met enige kritische zin naar deze Afspraak kijkt, wordt bijna spontaan klimaatscepticus. Niet voor niets groeit de afkeer van dergelijke moralistische programma’s.
Los van de vraag van hoe groot de groep van wetenschappelijke klimaatsceptici in Vlaanderen of de wereld ook is, los van de vraag ook of die klimaatsceptici wel gelijk hebben. Non-debatten over klimaat zijn waardeloos. Niet enkel omdat dan de tegenspraak volkomen afwezig is, vooral ook omdat klimaatactivisten zonder enige tegenspraak volkomen ongegronde standpunten verkondigen.
Ondanks het hoge woord van de vele klimaatactivisten in de mainstream media hoor je er maar zeer weinig echte klimatologen. Dat is een merkwaardige cognitieve dissonantie. Ik weet dat een Luc Debontridder van het KMI wel durft in te gaan tegen overduidelijke fake news van de klimaatactivisten – maar wanneer is hij nog aan bod gekomen? Ik heb ook een andere consensus-klimatoloog ontmoet die zonder aanwezige pers gelijkaardige kritiek durfde te geven: in de media komen veel klimaatalarmistische berichten die niet stroken met de klimaatconsensus zoals bijvoorbeeld opgetekend in de dikke rapporten van het IPCC.
Stel dus dat de verdedigers van de klimaatconsensus toch gelijk hebben en dringend actie ondernomen moet worden tegen klimaatwijzigingen. Hoe willen ze nu tot een goed klimaatbeleid komen als ze zo overtuigd zijn van het eigen gelijk dat ze de ene na de andere onwaarheid uitkramen? Is het nut van tegenspraak niet ook dat men zo tot diepere inzichten komt? Maar ja, activisten zijn niet geïnteresseerd in diepere inzichten, wel in het absolute eigen gelijk en de vernedering van de tegenstander.
Tags |
---|
Rob Lemeire (1973) is getrouwd en heeft twee dochters. Hij is de auteur van het boek ’12 regels voor opvoeden met autoriteit’. Hij is ingenieur en schrijft over opvoeding, cultuur, klimaat, voeding en het sociale weefsel.
Supermarkten schreeuwen het uit hoe goedkoop en lekker hun producten zijn. Tegelijk verdwijnen aanspreekbare slagers, bakkers en boeren razendsnel. En stijgen de gezondheidskosten.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.