JavaScript is required for this website to work.
Zonder categorie

Koen Geens kan het niet aan

En laat de digitalisering over aan de beroepsgroepen

Pieter Bauwens19/10/2018Leestijd 4 minuten
Vivaldi of geen Vivaldi? Weet Geens meer?

Vivaldi of geen Vivaldi? Weet Geens meer?

foto © Reporters

De digitalisering van Justitie verloopt via de beroepsgroepen. Het gaat vooruit, maar is dat wel politiek zoals het hoort?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

De Belgische justitie neemt een versnelling in de digitalisering. Ze neemt daartoe wel een binnenweg, zonder openbare aanbesteding. De minister geeft de regie van de digitalisering aan de beroepsgroepen, notarissen, deurwaarders en advocaten. Over die laatste willen we het hier hebben.

Op 16 oktober liet minister van Justitie Koen Geens een KB publiceren dat onmiddellijk op 17 oktober van kracht is. Onderwerp van dat KB: advocaten mogen niet langer e-Deposit gebruiken om hun stukken digitaal neer te leggen bij de rechtbank. Vanaf nu moet dat via de diensten van Diplad. Vele advocaten zijn boos, E-Deposit was gratis, Diplad is betalend. Een conclusie neerleggen kost een advocaat nu 9 euro, voor nieuwsgierigen is er een tarieflijst voor andere handelingen.

Protocol

Op de invoering van Diplad was op voorhand al veel kritiek vanuit de advocatuur en vanuit de magistraten. Bruno Luyten, de eerste voorzitter van het Antwerpse hof van beroep, stelde al verschillende keren luidop vragen bij het nut van Diplad.

Niet enkel de magistratuur en de advocaten hadden bedenkingen, ook de gegevensbeschermingsautoriteit (privacycommissie – GBA) fronste de wenkbrauwen. De autoriteit stelt zich vragen bij het toevertrouwen van al die gegevens in Diplad aan de beroepsverenigingen. Maar meer nog, ‘[d]e autoriteit oordeelt daarentegen dat de redenen om het gebruik van de informaticasystemen van de beroepsorganisaties verplicht te stellen niet overtuigend zijn’.

Centraal in het invoeren van Diplad staat het protocolakkoord dat de minister sloot op 22 juni 2016 met de beroepsgroepen van advocaten, deurwaarders en notarissen. De bedoeling was om hen te betrekken bij het versnellen van de digitalisering van justitie. Dat wil dus zeggen dat de minister geen vertrouwen had in de eigen FOD Justitie ofwel dat er simpelweg geen geld was in de FOD om de rechterlijke macht te voorzien van een goed draaiend digitaal platform. Of beide.

Diplad?

Diplad is een cvba, opgericht in 2014 (twee jaar voor het protocol) door de Orde van Vlaamse Balies (OVB) en de afdelingen van de Orde van Advocaten (waar alle advocaten verplicht lid van zijn). Die hebben daarvoor geld op tafel gelegd, maar ook hun Digitaal Platform Advocatuur (DPA) ingebracht. Enkel advocaten hebben toegang tot die DPA, met een speciale advocatenkaart. Op dit platform worden allerlei online diensten voor advocaten gebundeld: opvragingen bij het Rijksregister, het CBB (Centraal Bestand Beslagberichten) en bij Graydon, de Salduz-webapplicatie voor het snel inschakelen van een advocaat bij politieverhoor. Het systeem communiceert met de digitale diensten die de FOD justitie ontwikkelde en waarop ook e-Deposit werkt én met andere digitale systemen van rechtbanken die niet onder de FOD justitie vallen.

Diplad zit niet stil. In 2018 lanceerde het Regsol, het digitaal neerleggen van een faillissementsdossier in een centraal Register voor Solvabiliteit. Ook Regsol is verplicht te gebruiken door advocaten en ook dat is niet gratis. Goed nieuws wel voor Diplad dat na een verlies van 1,45 miljoen in 2016 een jaar later een bedrijfswinst boekte van 560.000 euro.

Want die software maken of kopen, dat kost geld. Veel geld. Dat zie je in de balansen van Diplad. In 2017 had die cvba een gecumuleerd verlies van 2 miljoen euro en bijna 8,5 miljoen euro schulden, tegenover 3 miljoen het jaar voordien. Een stevig bedrijfsrisico toch.

Ondertussen werd ook in de FOD Justitie hard gewerkt aan de digitalisering en met de connectie tussen Diplad en het digitale systeem van de FOD. Maar er was een protocolakkoord. En dus heeft de minister na overleg met de OVB, de beroepsfederatie en toevallig ook de eigenaar van het bedrijf Diplad, op 16 oktober het KB gepubliceerd. De toegang tot e-Deposit werd op 17 oktober 2018 meteen afgesloten voor advocaten en hun medewerkers. Bij de FOD justitie hamert men erop dat er al ruim van op voorhand gecommuniceerd is over die overgang van e-Deposit naar Diplad. De prijsvoering is ook een beslissing van het bedrijf, daar heeft noch de FOD justitie, noch de minister iets mee te maken. De handen worden in onschuld gewassen bij de opkomende klachten van de advocatuur.

Er is trouwens nog een gratis uitweg voor de advocaten. Ze kunnen altijd kiezen voor een ‘neerlegging op papier binnen de openingsuren van de griffie’. Zoals in de 19de eeuw. Die gratis mogelijkheid heeft minister Geens aan de advocaten gelaten. Daardoor komt hij tegemoet aan de opmerkingen van de GBA: de beroepsgroep/Diplad heeft geen monopolie.

Goede dienstverlening, slechte politiek

Johan Van Driessche, CEO van Diplad, ziet geen graten in wat er gebeurt. ‘Een privébedrijf kan vaak performanter en sneller doen wat in een overheidsdienst niet goed lukt. Informatisering van justitie is dan ook een ingewikkelde opdracht want niet alle rechtbanken werken met eenzelfde platform, wij zorgen er voor dat advocaten niet elke morgen in verschillende systemen moeten inloggen om hun post te verzamelen.’

Diplad zit wel gebeiteld. Een bedrijf met gegarandeerde inkomsten – een businessplan waar je enkel kan van dromen. Na 1 jaar zijn de schulden van Diplad afbetaald. CEO van Diplad, Johan Van Driessche, ontkent dat. Volgens hem worden de opbrengsten fel overschat en heeft Diplad noch de OVB de bedoeling om er geld aan te verdienen. ‘Het systeem is een hele investering, maar als die ontwikkelingskosten betaald zijn, is het niet uitgesloten dat de kosten per transactie dalen.’

De minister ziet zichzelf enkel als verantwoordelijke voor het wetgevend kader. Dat kwam er na uitvoerig overleg met de Orde van Advocaten. Maar laat dat nu net ook de eigenaar van het bedrijf Diplad zijn. Ergens wringt het hier toch. Dat de Orde software ontwikkeld die ze aanbiedt aan haar (verplichte) leden, dat lijkt logisch. Maar dat zij verantwoordelijk worden voor het aanleveren van officiële stukken door advocaten aan de rechtbank… is dat geen taak van de overheid? En als dat uitbesteed wordt, moet dat niet via een aanbesteding in plaats van via een protocol met een beroepsvereniging? De minister heeft zijn vooruitgang in de digitalisering van justitie, via een binnenweg. Het levert misschien een goed werkend systeem op, maar heiligt het doel de middelen? Goede dienstverlening, maar slechte politiek.

Het protocol van juni 2016 is een schuldbekentenis. De regering geeft de digitalisering van justitie uit handen aan de beroepsgroepen. Ze kunnen het zelf niet, ze zijn blijkbaar zelfs niet in staat dat aan te besteden. Die beroepsgroepen kunnen daar ook veel geld mee verdienen. Daar lijkt niemand wakker van te liggen, daar is zelfs geen regelgeving over. Maar goed, België is geen normaal land zeker?

(En dan hebben we het hier niet over de communautaire verschillen die ook hier opduiken)

Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.

Commentaren en reacties