JavaScript is required for this website to work.
post

Makkelijker bij het VNZ buitenlander aan te sluiten dan overtuigd separatist

Vlaams & Neutraal Ziekenfonds viert 100e verjaardag

Karl Drabbe16/4/2016Leestijd 5 minuten

Doorbraak sprak met Jürgen Constandt, algemeen directeur van het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

’s Lands oudste ziekenkas, het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds (VNZ), blaast dit jaar 100 kaarsjes uit. Dat wordt gevierd met een jubileumboek. Naar aanleiding van het honderdjarig bestaan interviewde Doorbraak VNZ-topman Jürgen Constandt. Hij heeft met 25 VNZ-jaren op de teller ook een jubileum te vieren. Constandt: ‘Bij ons staan de leidinggevenden nog altijd op het terrein. Zelf werf ik jaarlijks nog een zestigtal nieuwe leden.’

Even werkte Constandt op het kabinet van Hugo Schiltz. In 1991 ging hij vervolgens aan de slag bij het toenmalige Verbond van Vlaamse Ziekenfondsen. Het VNZ-verhaal dateert echter al van in de oorlogsjaren. Op 10 april 1916 werd in Lier de kiem gelegd met de stichting van de ‘Gewestelijke Tak Lier van het Algemeen Verbond der Vlaamsche Mutualistische Verenigingen van België’. Die kwam voort uit het samengaan van ‘Sint-Franciscus-Bijstand’ en de ‘ziekebus’ van De Voerlieden. Het VNZ zelf ontstond in 2006 uit de fusie van het Neutraal Ziekenfonds (met hoofdzetel in Lier) en het Vlaams Neutraal Ziekenfonds (met hoofdzetel in Mechelen) en is als kleine speler een buitenbeentje in de ziekenfondswereld.

Al jaren ijvert het VNZ voor een eigen adequate sociale zekerheid. In Mechelen biedt het VNZ al 20 jaar onderdak aan het Aktiekomitee Vlaamse Sociale Zekerheid (AK-VSZ). Constandt stoort zich aan de redenering dat het efficiënter is als meer mensen bijdragen aan de sociale zekerheid. ‘Dit is een volstrekt absurde redenering die er bij de bevolking blijkbaar gemakkelijk ingaat. Dat zou ook betekenen dat kleinere ziekenfondsen of banken minder goed zouden zijn dan grote. Ook dat is niet het geval. Wij hebben als één van de kleinere spelers als eerste een derdebetalersregeling opgezet met de ziekenhuizen voor onze hospitalisatieverzekering. We waren ook het eerste ziekenfonds op het internet en pionier inzake terugbetalingen voor brillen, tandimplantaten en vaccinaties. Je hoeft niet groot te zijn om grootse zaken te verwezenlijken. Twaalf lidstaten in de Europese unie zijn trouwens kleiner dan Vlaanderen. En ook zij kunnen hun eigen sociale zekerheid organiseren.’

Doorbraak: Binnen de Belgische constructie is dat in ieder geval niet evident.

Jürgen Constandt: ‘Ze maakt alles nodeloos ingewikkeld. Ik denk hierbij aan het mottige Vlinderakkoord. Als er een politieke wil is, kan het nochtans eenvoudig: een systeem voor de mensen die in Vlaanderen wonen en een Waals systeem, waarbij Brusselaars zullen moeten kiezen, net zoals ze dat nu al voor hun onderwijs moeten doen.’

Hoe denkt u dat te bereiken?

‘Als alle Vlaamsgezinden in dit land, ik schat dat aantal toch op minstens een miljoen, even vijf minuten persoonlijke moed zouden hebben en de stap naar ons VNZ zetten, zijn wij meteen het grootste ziekenfonds van het land. Wanneer de massa beweegt, heeft dat zware financiële gevolgen en zullen andere ziekenfondsen hun visie en missie wel snel bijsturen. Ik ben er van overtuigd dat zij dan eindelijk eieren voor hun geld zullen kiezen en hun bevriende politici zullen oproepen om toch maar voor de splitsing te gaan.’

Zelf zijn jullie Vlaams én neutraal. Is dat niet tegenstrijdig?

‘Dat lijkt misschien wel zo, maar een ziekenfonds moet in de eerste plaats de belangen van zijn leden verdedigen. Daarom zijn we “Vlaams”: we willen dat de gezondheidszorg betaalbaar en toegankelijk blijft voor de komende generaties en dat is alleen mogelijk als we de ziekte- en invaliditeitsverzekering splitsen. Met neutraal bedoelen we niet dat we geen mening zouden hebben, maar dat we totaal los staan van politieke partijen, vakbonden en zorgverstrekkers. We zijn ook een onderdeel van de Landsbond van de Neutrale Ziekenfondsen, vandaar onze benaming. Zelf hoor ik liever “ongebonden”.’

Hoe verklaart u dat maar liefst 138 verschillende nationaliteiten zijn aangesloten bij het VNZ? Is dat niet tegen alle clichés in?

‘Iedereen is bij ons welkom, zonder onderscheid van ras, overtuiging of geaardheid. Bovendien is onze toekomst verzekerd: 25 % van onze leden is jonger dan 20 jaar. Mensen kiezen tegenwoordig bewuster hun ziekenfonds en wij zijn als snelgroeiende organisatie zeer sterk op het vlak van persoonlijke dienstverlening en aanvullende voordelen en diensten. Het is – o ironie – soms gemakkelijker om een buitenlander aan te sluiten dan een overtuigde separatist.’

In hoeverre beïnvloedde de politieke toestand het ledenaantal (momenteel 107.765)?

‘In feite weinig. We tellen wel parlementsleden van vier verschillende partijen onder onze leden, 87 om precies te zijn. Dat is één derde van alle Nederlandstalige verkozenen. Dit is straf in vergelijking met ons marktaandeel van nog geen 2 %. We mogen elke dag zo’n 20 tot 25 nieuwe leden verwelkomen. De meesten daarvan zijn zelfs niet echt flamingant, als ik dat zo mag uitdrukken. Het laatste decennium zijn we met meer dan 50 % gegroeid, een unicum in onze sector. Ik merk wel dat het de laatste tijd wat moeilijker wordt om te groeien. De onzekere tijden, op economisch, financieel en veiligheidsvlak, doen de Vlaming meer aarzelen. Niettemin blijven we mooi vooruitgaan en hebben onze nieuwe leden er alleen maar bij te winnen.’

Wat vindt u van de stelling dat wie lid is van een traditioneel ziekenfonds de traditionele partijen versterkt en dus eigenlijk België in stand houdt?

‘Dat is juist. De klassieke zuilen gebruiken de macht van het getal en de ziekenfondsen ontvangen ook werkingsmiddelen in functie van het aantal aangeslotenen. Dat is afgerond 100 euro per titularis. De duizenden Vlaams-nationalisten die dus nog bij een unitair ziekenfonds aangesloten zijn, ondersteunen hen bijgevolg financieel, maar indirect ook hun unitaire gedachte. Jammer genoeg gaat geen enkel ander ziekenfonds mee in onze visie dat een volledig gesplitste ziekte- en invaliditeitsverzekering beter zou zijn voor de Vlamingen, maar op termijn ook voor onze Waalse buren.’

Wat zijn jullie voornaamste redenen om de sociale zekerheid te splitsen?

‘Wij willen dat de gezondheidszorg betaalbaar en toegankelijk blijft. Maar ook dat er maatwerk komt en onvervulde noden, zoals bijvoorbeeld de wachtlijsten in de zorg, de psychiatrie en tandzorg, kunnen worden ingevuld. Vlaanderen en Wallonië verschillen op tal van vlakken van mening. Vlaanderen vindt remgeld noodzakelijk, voor Wallonië hoeft dat niet. In Vlaanderen staat de huisarts centraal. Franstaligen kiezen voor specialistische geneeskunde, voor klassieke ziekenhuisopnames, minder voor kijkoperaties of dagklinieken. Wallonië zet minder in op het her-integreren van langdurig zieken. Vlaanderen wil arbeidsongeschikten activeren, herscholen, omvormen zodat zij terug aan het actieve leven kunnen deelnemen. Vlaanderen en Wallonië hebben dus verschillende visies en leggen ook andere accenten. Op zich is daar niets mis mee, maar in Belgisch verband betaalt Vlaanderen wel de factuur. Het is ook een kwestie van doeltreffendheid en efficiëntie: de gemeenschappen staan in voor preventie, maar kunnen niet interveniëren in de nomenclatuur. Persoonsgebonden aangelegenheden komen daarenboven grondwettelijk de gemeenschappen toe. Wat is er meer persoonlijk dan sociale zekerheid?’

Dat is inderdaad conform de vijf Vlaamse Resoluties van 1999. Waarom komt daar dan geen verandering in?

‘Omdat de Vlaamse politici in het verleden hun meerderheidspositie in België hebben opgegeven door tal van grendels, dubbele meerderheden en alarmbelprocedures. De minderheid heeft het in dit land voor het zeggen en bepaalt de agenda. Dit is een zwaar democratisch deficit. Ondanks het sterke signaal van de kiezer worden communautaire verzuchtingen meteen naar het vriesvak verwezen. Als het om de eigen belangen gaat, trekken Vlamingen in tegenstelling tot de Franstalige politici ook niet aan één en hetzelfde zeel.’

Buiten het VNZ is er tegenwoordig zo goed als geen bedrijf meer dat uit de Vlaamse Beweging komt of zich daar nog mee identificeert. Hoe komt dat?

‘Omdat veel Vlamingen in feite angsthazen zijn en de beslissingsmacht ook almaar meer uit handen wordt gegeven: naar Brussel of internationale hoofdkwartieren. Wij zullen ons, in tegenstelling tot anderen, wel blijven identificeren met de Vlaamse Beweging. We ondersteunen graag niet-partijpolitieke Vlaamse organisaties. Onze regel is: één euro terug per lid voor de beweging. Daarom heeft de Vlaamse Beweging en de Doorbraak-lezer er ook alle belang bij dat wij verder groeien.’

 

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties