Marginaal, radicaal, doctrinair en kansloos
De rode roos van het socialisme heeft het moeilijk
foto © Max Pixel CC0
Links moet haar werknemersbasis terugwinnen. Maar wie daar naar handelt, wordt omgeven door een cordon sanitaire van woorden.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDat links haar werknemersbasis zou moeten proberen terug te winnen is geen nieuwe vaststelling. Maar wie ernaar tracht te handelen wordt al snel omgeven door een cordon sanitaire van woorden.
U hebt niet veel tijd beste lezer. Ik ook niet. Dus laten we meteen terzake komen. De burgerbeweging Hart boven Hard, samen met het Franstalige platform TamTam en het marketingbureau iVox organiseerden een aantal bevragingen die allemaal in dezelfde richting wijzen. De Belgen willen een meer sociale, verbindende politiek: meer openbaar vervoer, meer bos en groen, hogere minimumlonen, uitkeringen en pensioenen.
Volgens een andere peiling wil vijfenzeventig procent van de Vlamingen en tachtig procent van de Walen een verlaging van de pensioenleeftijd tot 65 jaar. Met andere woorden, sociaal-economisch wijzen de neuzen van de Belgen naar links, en de Vlamingen maken daar geen uitzondering op. Maar toch kan de Vlaming er zich niet meer toe bewegen om op linkse partijen te stemmen. De electorale rekeningen kloppen niet meer. Er ontstaat zelfs een gapend gat in de politieke markt ter grootte van zesendertig procent: dat zijn de kiezers die ondertussen al zover heen zijn dat ze overwegen om op 26 mei lekker uit te slapen. Hoe komt dat toch?
De komst van de kosmopolieten
Ik voel erg veel voor de analyse die de Nederlandse hoogleraar en columnist in De Groene Amsterdammer, Ewald Engelen, maakt in zijn boekje Het is klasse suffie, niet identiteit!. Engelen betoogt dat de sociaal-democratische partijen van Europa elk op hun eigenste ogenblik een wissel van de wacht hebben ondergaan waarbij zij van massapartijen met een arbeidersbasis vervelden tot kaderpartijen bevolkt met hoog opgeleide kosmopolieten die recht vanuit de universiteit het partijapparaat zijn binnengestapt en daar vooral zichzelf bedienden.
Met hen kwamen meteen een rist thema’s en standpunten aangewaaid die door de traditionele achterban worden uitgespuwd. Engelen somt ze een beetje karikaturaal maar toch zeer herkenbaar op: hoofddoekjes, boerkini’s, dubbele nationaliteit, genderneutrale rompertjes, Zwarte Piet en carnaval… Niet wat ons bindt staat in deze thema’s centraal, maar wel zowat alles waarin we verschillen. Tegelijk werd op sociaal-economisch gebied de grote bocht naar rechts gemaakt die uiteindelijk doodliep in de ‘derde weg’, het zogenaamde ‘neoliberalisme met een menselijk gezicht’.
De exit van de racisten
Maar ondertussen, en juist omdat de sociaal-democratie het op dat vlak liet afweten, boerde die traditionele achterban wel fel achteruit. In alle landen van Europa is de arbeidsinkomenquote, of dat deel van de toegevoegde waarde dat als salaris wordt uitgedeeld, aan het dalen, sinds het einde van de jaren zeventig met niet minder dan 20 procent. Ook dat is een feit, Bart Van Craeynest, maar dan wel een dat in uw boekje Terug naar de feiten niet terug te vinden is. En toen de bankencrisis kwam, was het diezelfde werkende middenklasse die de openstaande rekeningen mocht betalen. De sociaal-democraten stonden te gapen voor een open doel en keken ernaar. Niet te verwonderen dat er nu in brede electorale kringen twijfel heerst of het deze ploeg is die ons zekerheid zal bieden.
Ook ik heb de arbeidersbasis van de sp.a zien vertrekken. Ik was in de jaren tachtig ‘bode’ voor de partij in Antwerpen Noord, waar ik zelf ook woonde. Maandelijks deed ik mijn ronde langs de leden om het lidgeld te ontvangen en zegeltjes in het lidboekje te plakken. De vuist met de rode roos voor de basisbijdrage, een vuist met, bizar genoeg, een groene roos voor de vrijwillige, extra bijdrage van diegenen die het zich konden veroorloven. Van die groene rozen verkocht ik er in de Stuivenbergwijk niet al te veel, van de rode des te meer, maar jaar na jaar in dalende lijn. Want de leden herkenden niet enkel hun wijk niet meer, ze herkenden ook hun partij niet meer. Daar werd van hen verwacht dat ze zonder morren het multiculturalisme omarmden, op straffe van te worden weggezet als racist.
Een cordon sanitaire van woorden
Ondertussen toont studie na studie aan dat er wel degelijk een gat in de politieke markt zit voor een partij die een uitgesproken links sociaal-economisch programma koppelt aan standpunten over multiculturaliteit en migratie die wat beter aansluiten bij wat de modale, niet-racistische Vlaming daarover denkt. Ook Bart Eeckhout rakelde die vaststelling onlangs weer eens op in De Morgen: ‘’Dat hoeft heus niet zo doctrinair of radicaal te zijn als sommigen in de partijmarge wensen. Niet het kansloze Rood van Erik De Bruyn is dan het model, wel de links-conservatieve lijn-Elchardus, zeg maar.’
Mijn naam, omgeven door een cordon sanitaire van woorden, opgetrokken door de ‘babbelende kaste’ zoals Ewald Engelen hen omschrijft. Want zo gaat dat nu eenmaal ter kosmopolitische linkerzijde: als twee linksen het daar eens dreigen te geraken over iets, dan gaan we meteen op zoek naar de kleinste verschillen: auteur dezes is een marginale, kansloze, linkse doctrinair, die bovendien een abonnement heeft op de slechtst verkopende krant van Vlaanderen. De revolutie is nog niet voor morgen.
Categorieën |
---|
Erik De Bruyn (1959) is actief in de Antwerpse sp.a.
De ontvoogding van Vlaanderen inzake ruimtelijke ordening heeft de voortschrijdende verkruimeling van onze open ruimte helaas niet kunnen stoppen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.