JavaScript is required for this website to work.
Europa

Monsieur Hulot en het voorzorgsprincipe

Paul Muys26/1/2018Leestijd 4 minuten
Frans minister van Leefmilieu Nicolas Hulot

Frans minister van Leefmilieu Nicolas Hulot

foto © Reporters / Abaca

Frans minister van Leefmilieu Nicolas Hulot toont zich een schrander politicus en een koele minnaar van de feiten. Het succes wenkt.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Een conflict van 40 jaar

Onder het toeziend oog van president Macron besliste de regering van Édouard Philippe om af te zien van de bouw van de omstreden luchthaven in Notre-Dame-des-Landes, kortweg NDDL. Die bevindt zich op een dertigtal kilometer van Nantes. Voor één lid van de regering is dit een broodnodig succes. We hebben  het over Nicolas Hulot [1], minister van Leefmilieu, of in die onnavolgbare taal van de Franse elite: ‘Ministre de la Transition écologique et solidaire’.

Hiermee komt een einde aan een conflict dat meer dan veertig jaar heeft aangesleept. In de plaats van dit grootse project zal de bestaande luchthaven bij Nantes worden uitgebreid. Bij de omwonenden heeft dit al meteen protest uitgelokt. De projectontwikkelaar heeft nu recht op een schadeloosstelling van om en nabij de 350 miljoen euro, per definitie op te hoesten door de belastingbetaler. De regering zet echter alles op alles om daar tenminste gedeeltelijk onderuit te geraken.

Monsieur Hulot

Hulot is een partijloze, en bij zijn aantreden met stip de meest populaire minister in de huidige regering. Om te beginnen is hij voor vele Fransen een huisvriend. Vele jaren, al van in de jaren ’80, is hij de producer en presentator van het in brede kring sterk gewaardeerde natuurprogramma Ushuaïa van TF1. Die roeping heeft hem geen windeieren gelegd, want Hulot is zowat het ecologisch geweten van de Franse natie. Zowel president Chirac als diens opvolgers Sarkozy en Hollande boden hem de portefeuille van leefmilieu aan. Daarvoor heeft hij telkens bedankt. Dat hij zich niet politiek laat gebruiken maakt hem alleen maar populairder.

In 2011 zet hij dan toch de stap naar de politiek. Hij dient zonder succes zijn kandidatuur in voor de voorverkiezingen van de ecologisten voor de presidentsverkiezingen van dat jaar. Maar in 2016, het jaar van Emmanuel Macron, is het nu of nooit. Hulot is dan 61. Hij aanvaardt (schijnbaar) schoorvoetend een ministeriële portefeuille en zoals zo vaak in de politiek zijn de verwachtingen van zijn aanhangers onrealistisch hoog.

Hulot geeft zich bij zijn aantreden één jaar de tijd om te zien of hij kan wegen op het beleid. Hij houdt dus een slag om de arm. Wat wil je ook in een regering met een man als Édouard Philippe die vóór zijn politieke loopbaan nog als kernenergie-lobbyist op de loonlijst stond van energiebedrijf Areva? Voor de lieve centen hoeft Hulot het niet eens te doen, hij is het op één na rijkste regeringslid.

Dat hij de regering er toe weet te brengen NDDL op te doeken, naar zijn mening een typisch 20e-eeuws, achterhaald project, is een eerste succes.

Milieudebat in Frankrijk

In 2015, nog onder Hollande is al een wet goedgekeurd die het gebruik van kernenergie drastisch beperkt. Frankrijk, altijd al nucleair kampioen, moet de productie van elektriciteit uit kernenergie tegen 2025 terugdringen van 75 naar 50%. Maar dat is moeilijk haalbaar, oordeelt Hulot. Een te snelle afbouw van de kerncentrales zou Frankrijk verplichten zijn vier bestaande steenkoolcentrales open te houden en nog 20 gascentrales bij te bouwen. Dat mag dan waar zijn, maar het is natuurlijk niet echt wat Hulots aanhangers willen horen.

In een ander dossier laat Hulot zich wél kennen als groene jongen. Het dossier namelijk van glyfosaat, hoofdbestanddeel van de onkruidverdelger Roundup. Hadden de Fransen (en de Belgen) het in de EU alleen voor het zeggen gehad, dan was deze nochtans uiterst doeltreffende herbicide nu al verboden. Uiteindelijk haalt Europa een verlenging van de vergunning binnen voor 5 jaar, waar het eigenlijk een verlenging met 10 jaar wilde.

De tegenstanders verwijzen naar het IARC,  het agentschap voor kankeronderzoek van de Wereldgezondheidsorganisatie. Dat had de stof bestempeld als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend voor de mens’. Bij nader toezien blijkt dat dat niet veel te betekenen had: ook rood vlees en koffie gelden als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’. Zeer veel hangt af de dosering: overdrijven is nooit goed.

Bovendien blijkt volgens Reuters dat datzelfde IARC geknoeid had in de rapportage en andere onderzoeksbevindingen willens en wetens had genegeerd. Van hun kant kunnen de Europese organisatie voor voedselveiligheid (EFSA) en het Europees Agentschap voor chemische stoffen (ECHA) geen enkel verband vinden tussen glyfosaat en kanker. En zou Hulot weet hebben gehad van de meest recente studie waarvoor 45 000 ijverige Amerikaanse glyfosaat-gebruikers 25 jaar lang werden gevolgd? In die groep kwam niet meer kanker voor dan elders. En kent de minister het verschil tussen risico en gevaar?[2]

Het voorzorgsprincipe

Zelf geeft hij ten overstaan van protesterende landbouwers toe dat er niet echt iets in te brengen is tegen glyfosaat. Maar je kan niet voorzichtig genoeg zijn: ‘Ik ben niet bereid risico’s te nemen in gezondheidskwesties. Ik ben geen wetenschapper en kan dus niet zo maar van alles gaan beweren, maar wat ik niet wil is dat we het over enkele jaren voor de rechter moeten gaan uitleggen als er iets misloopt, omdat we het hadden kunnen weten en we onze verantwoordelijkheid niet hebben genomen.’ Dat is het voorzorgsprincipe. Je kan het uiteindelijk toepassen op eender welk product en dan is het einde zoek.

In de huidige stand van het onderzoek is het zo succesvolle glyfosaat voor de landbouw gewoon onmisbaar. Stel: men vindt een andere, even efficiënte molecule. Dan duurt het nog op zijn minst tien en wellicht meer jaren vooraleer die een product oplevert dat in de EU op de markt mag komen. De regelgeving is immers, en terecht,  draconisch streng, dat mocht ook Monsanto met zijn Roundup ondervinden. Maar tien, twaalf jaar dat is erg lang in de politiek. Tegen die tijd is Nicolas Hulot al lang toe aan zijn memoires.

[1] Wikipedia over Hulot: ‘Zijn grootvader van vaderskant was architect en woonde in hetzelfde appartementencomplex als Jacques Tati, die zijn personage Monsieur Hulot uit Les Vacances de monsieur Hulot (1953) op hem zou hebben gebaseerd’.

[2] Een gevaarlijk product waaraan men niet of slechts in minieme dosissen wordt blootgesteld vormt geen echt risico. Zolang een gevaarlijke leeuw in een kooi zit opgesloten vormt hij ook geen risico, tenzij voor wie die kooi betreedt.

Paul Muys is Antwerpenaar, Germanist, oud-leraar, oud TV-journalist, oud communicatieman: heel oud kortom. Schrijft op Doorbraak over Frankrijk en af en toe over China en Japan. Besnuffelt en beoordeelt af en toe een boek.

Meer van Paul Muys
postPaul Muys31/8/2020

Shinzo Abe had grote plannen voor Japan, maar ook grote problemen: vergrijzing, nucleaire energie, immigratie, dreigende Chinese dominantie.

Commentaren en reacties