Ni zievere, koerse!
De Paterberg
foto © Reporters / KETELS
De koers: ooit een vertoning van rauwe macht, vandaag stratego met telegeleide fietsers. Tot de remonte van Mathieu van der Poel…
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementIedereen was gewaarschuwd: zondag zou ik naar de Ronde van Vlaanderen kijken.
Noodgedwongen helemaal alleen, omdat niemand in mijn familiale omgeving ook maar een begin van interesse vertoont voor welke vorm van wielerbeleving ook. Om U maar te zeggen dat ik de enige ben in wiens leven de fiets een onvervangbare plaats inneemt. Ik rij er iedere dag even graag zelf mee rond dan dat ik met passionele interesse kijk naar een groep jonge mannen die hetzelfde doen. Die rijden dan wel een heel pak sneller dan ik, maar dat geheel ter zijde.
Het compromis dat ik noodgedwongen had afgesloten met mijn familieleden was dat ik me pas zou isoleren voor de laatste honderd kilometer van Vlaanderens Mooiste. Daarmee zou ik de geplande uitstap naar het favoriete restaurant van mijn 92-jarige moeder niet in gevaar brengen.
Samenvatting van wat er niet gebeurd was
Dat vond ik eerlijk gezegd geen grote opoffering, want hoeveel ik ook van de koers hou, aan mij is binge-watching niet besteed van wielerwedstrijden van start tot aankomst waar urenlang niets gebeurt en Michel Wuyts niets meer te zeggen heeft omdat hij de erelijsten van alle deelnemers heeft voorgelezen.
Ik ben een kind van de jaren zestig, toen de zwart-witte koers maar ‘in de ether’ kwam op zo een veertig kilometer van de meet en de onnavolgbare Fred De Bruyne een korte samenvatting gaf van wat er niet gebeurd was ervoor. Dat moment was de eigenlijke start van de wedstrijd, want de renners wisten ook wanneer de uitzending begon. De snelheid van het peloton schoot meteen de hoogte in toen de camera’s opdoken.
Uitgesteld verlangen
Het noodlot wou dat toen ik met mijn familie aankwam bij het Aalsterse restaurant, de hele Grote Markt in carnavalstemming was om de doortocht van de Ronde mee te maken. Ik kon onmogelijk aan de verleiding weerstaan om me tegen de nadarafsluiting te drukken. Minder dan dertig seconden waren de renners te zien, maar dat kon de pret niet drukken voor de luidruchtig aanmoedigingen schreeuwende massa. Heel even hadden we het gevoel deel te zijn van het mythische geheel. Wie goed keek, kon zichzelf even zien op het enorm videoscherm.
Dit korte directe contact met de koers gaf me nog meer zin om straks honderd kilometer lang de ontknoping te volgen. De lange familiale maaltijd maakte dat uitgesteld verlangen enkel groter. Het was dus met grote voldoening en verwachting dat ik na het lange wachten eindelijk in de sofa kon wegzakken om te genieten van de Ronde.
Rauwe macht
Ik was tien jaar oud toen ik als grote fan van Eddy Merckx elk krantenverslag van zijn overwinningen in een schriftje plakte. Ik heb die lang bewaard en vaak heb ik herlezen hoe de Kannibaal zijn tegenstand de vernieling in reed. Zoals in de Ronde van Vlaanderen van zijn wonderjaar 1969. Toen was die Ronde nog geen marketingproduct geworden dat door de media in de eerste plaats gebruikt wordt om zichzelf aan te prijzen. Geen 16.000 Vlaamse wielertoeristen aapten de echte coureurs na.
De Ronde was nog gewoon een koers waar de renners zo hard koersten dat ze wisten waarom ze Flandrien genoemd werden: strategie of slim overleg speelde nauwelijks een rol, enkel de rauwe macht telde. Eddy Merckx die op de Muur explodeerde en meer dan 70 km alleen naar zijn triomf reed. Een modieus rennersbrilletje droeg hij niet toen hij naar de aankomst stormde en langs de weg stonden geen VIP-tenten, maar nooit zal ik die ongebreidelde aanvalsdrift van Merckx vergeten. Lomme Driessens, zijn onvergetelijke sportdirecteur, dacht dat Merckx gek geworden was en het nooit zou halen. Maar hij kon hem niet intomen en gelukkig bestonden er geen oortjes in die tijd. Merckx had die ongetwijfeld nooit willen dragen. Uiteindelijk haalde hij het met vijf minuten voorsprong op de Italiaanse kampioen Felice Gimondi.
Een lesje koersen
Nu zag ik een compact peloton met alle favorieten naar de aankomst rijden. De VRT had in een paar volgwagens van sportdirecteurs cameraatjes geplaatst, zodat wij getuigen konden zijn van de manier waarop de koers nu al een paar jaar ontmand wordt: renners worden in toom gehouden, omdat mannen in auto’s strategische plannen hebben. Stratego met telegeleide fietsers. Niet dat er niet ontzettend hard gereden en afgezien werd. Maar de echte heroïek kregen we maar een keer te zien: de remonte van Mathieu van der Poel. Die stond na een idiote val recht en maakte met Merckxiaanse energie zijn achterstond goed.
En terwijl zijn tegenstanders elkaar bekeken en braaf luisterden naar wat er in hun oortjes gefluisterd werd, kwam Mathieu weer helemaal vooraan. Een cyclocrosser die een lesje koersen gaf aan de zogenaamde meesters van het wegwielrennen. Hij en de uiteindelijke winnaar, de Italiaanse outsider Bettiol die naar niemand keek en waar niemand naar keek, zijn voor mij de helden van de Ronde. De koersdirecteurs van de ‘favorieten’ moeten zich toch wel eens gaan bezinnen over hun visie op de koers. Misschien kunnen ze het advies van Merckx inwinnen. Hoewel ik denk te weten wat die zou zeggen, met een variant op de beruchte uitspraak van Raymond Goethals : ‘Ni zievere, koerse!’
Luckas Vander Taelen (1958) werkte als tv-regisseur, en was voor Groen schepen, Vlaams en Europees Parlementslid en senator.
Joanthan Littell vertrok naar Oekraïne om een boek te schrijven over een massamoord op Joden in 1941, maar het heden haalde hem in.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.