JavaScript is required for this website to work.
Binnenland

Nieuwe peiling VRT en De Standaard: Vooruit stevig op derde plaats, communisten groter dan liberalen en Cd&v

Herman Matthijs13/5/2023Leestijd 3 minuten

foto © Belga

Wat betekent de nieuwe peiling van VRT en De Standaard concreet als we die omrekenen naar zetels? En welke coalities zijn niet meer mogelijk?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Aan de vooravond van het partijcongressen-weekend gaat, zoals verwacht, heel veel aandacht naar de peiling van de VRT en De Standaard. Er is gepeild tussen 12 en 23 maart, maar – meer dan opvallend –  de resultaten zijn pas nu bekendgemaakt. 

Men mag er trouwens heel zeker van zijn: op de congressen van Groen, N-VA en Open VLD zal het óók daarover gaan. Want er valt wel iets over te zeggen.

Over de zetelverdelingen in het Europees Parlement (EP) en het Vlaams Parlement bijvoorbeeld. Beiden worden herkozen in juni 2024.

Resultaat

Ter herinnering, de peiling zelf, met tussen haakjes de uitslag van 2019 voor het Vlaams Parlement:

  • Vlaams Belang = 24,6% (18,5%) (plus 6,1%)
  • N-VA = 21% ( 24,8%) (min 3,8%)
  • Vooruit = 16,9% ( 10,1%) (plus 6,8%)
  • PvdA = 9,5% ( 5,3% ) (plus 4,3%)
  • Open Vld = 9,3% ( 13,1%) (min 3,8%)
  • CD&V = 9,2% ( 15,4%) (min 6,2%)
  • Groen = 7,9% ( 10,1%) (min 2,2%)

 

In vergelijking met de uitslag van 2019 gaan het VB en de socialisten er fors op vooruit. Ook de communistische PvdA kan niet klagen.  Bij de N-VA gaat er ongeveer een zesde af, bij Groen is dat een vijfde, bij de liberalen loopt dat verlies op tot 30% en bij de christendemocraten is dat zelfs 40% verlies.

De bovengrens van Vooruit

Het probleem van de peilingen is dat ze niet per provinciaal kiesgebied verlopen, waardoor het niet exact mogelijk is om de zetels te berekenen. Een andere opmerking blijft de onder- en over peiling van sommige partijen. Meestal zijn het Vlaams Belang en de communisten te laag gepeild. Het tegenovergestelde gebeurt meestal bij Groen en de socialisten. En vergeet ook niet dat de race naar ‘Super Sunday’ in juni 2024 in politieke termen nog een intergalactische tijdperk ver af is.

Het kieslandschap geeft dus twee partijen boven de 20% en die zitten in elkaars statistische afwijking: de bovengrens van de N-VA kruist de ondergrens van het Vlaams Belang. Maar – dat is nieuw – in deze peiling kruist de ondergrens van de N-VA ook de bovengrens van de socialisten.

Vooruit staat dus zeer stevig op die derde plaats en heeft de vier volgende partijen onder de tien procent losgereden. Al is het meeste opvallende dat de communisten op vier staan, vóór liberalen en christendemocraten. Dit is een echte historische primeur. En maar liefst vier partijen onder de 10% is ook zelden gezien. Al moet worden opgemerkt dat het verschil tussen Groen en de PvdA amper 1,6% is.

Europees Parlement

Voor de EP-verkiezingen is Vlaanderen één groot kiesgebied met 12 te verdelen zetels. Die worden als volgt verdeeld (tussen haakjes de zetelverdeling van mei 2019):

– VB 3 (3)
–  N-VA 3 (3)
– Vooruit 2 (1)
– CD&V 1 (2)
– Open Vld 1 (2)
– Groen 1 (1)
– PVDA/PTB: 1 (0).

Twee zetels verschuiven, met winst voor socialisten en communisten. Het verlies wordt verdeeld over christendemocraten en liberalen. Het zou de allereerste keer zijn , sinds de rechtstreekse EP-verkiezing in 1979, dat liberalen en christendemocraten elk maar één zetel halen. En dus gaat de Europese lijstvorming bij die kleinere partijen een helse opgave worden. Met dé vraag: wie mag de CD&V- of Open VLD-lijst trekken? Wie krijgt een vijfjarig verblijf in het best betaalde parlement ?

Vlaams Parlement

Als men deze peilingsresultaten omzet naar zetels in het Vlaams Parlement dan geeft dat voor de 118 zetels van het Vlaams Gewest (tussen haakjes het zetelaantal van mei 2019):

  • Vlaams Belang : 31 (23 )
  • N-VA: 27 (33)
  • Vooruit: 22 (12)
  • PVDA: 12 (4)
  • Open Vld: 10 (15)
  • CD&V : 10 (19)
  • Groen : 6 (12)

 

VB en Vooruit winnen fors, de communisten ook maar minder. Zij zijn de winnaars; de vier overige partijen verliezen. Voor gewestmateries is een meerderheid nodig van minstens 60 op 118 zetels.

Met de zes Vlaamse verkozenen uit Brussel erbij komt men op in totaal op 124 zetels; die beslissen over de gemeenschapsmateries. Omdat het vanwege hun klein aantal uiterst moeilijk is de Vlaamse Brusselaars te peilen, worden de behaalde zetels van 2019 overgenomen. Toen kozen de Brusselse Vlamingen voor  2 N-VA zetels, 2 Groen, 1  Vooruit en 1 Open VLD.

De optelsom van de gewestzetels en de zes Brusselse zetels geeft volgende resultaat (tussen haakjes het aantal zetels in 2019):

  • Vlaams Belang: 31 (23) (plus acht)
  • N-VA: 29 (35) (min zes)
  • Vooruit 23 (13) (plus acht)
  • PVDA : 12 (4) (plus acht)
  • Open Vld 11 (16) (min vijf)
  • CD&V : 10 (19) (min negen)
  • Groen: 8 (14) (min zes)

 

Meerderheden?

Volgende combinaties hebben een meerderheid:

  • Bourgondisch : N-VA met de socialisten en de liberalen halen een nipte 63/124
  • N-VA met de drie traditionele partijen: 73/124
  • Een minderheidskabinet van N-VA en CD&V, met steun van het VB: 70/124

 

Er is dus géén meerderheid voor al de volgende combinaties:

  • N-VA met Vooruit en het CD&V : 62 op 124 of juist geen meerderheid!
  • N-VA met Vooruit en CD&V : 62 op 124 of juist geen meerderheid !
  • Links ( Vooruit, PVDA/PTB en Groen ): 43 op 124
  • Links met CD&V: 53 op 124
  • Traditionele driepartijen coalitie: 44 op 124
  • Zweedse coalitie (huidige regering Jambon ): 50 op 124
  • De vier Vivaldipartijen: 52 op 124
  • N-VA met VB geeft 60 zetels.

 

Deze peiling bewijst nog maar eens dat de Zweedse coalitie niet meer zal terugkeren. Ten slotte moet er ook op gewezen worden dat de uitslag voor het Vlaams Parlement gevolgen heeft voor de verdeling van de zitjes in een groot aantal raden van bestuur (de VRT, de cultuurpactcommissie, enz.) En niet te vergeten: 29 Vlaamse verkozenen bepalen mee de samenstelling van de Senaat.

Categorieën

Herman Matthijs doceert publieke en openbare financiën aan de UGent en de VUB. Hij volgt o.m. overheidsadministratie en -begrotingen op, maar evenzeer de politiek van de VS.

Commentaren en reacties