JavaScript is required for this website to work.
Politiek

Nog één jaar te gaan: de peiling van 9 juni 

Wat zou die betekenen in zetelverdeling?

Herman Matthijs10/6/2023Leestijd 4 minuten
Het federaal parlement. Wie zit straks waar?

Het federaal parlement. Wie zit straks waar?

Binnen exact 1 jaar volgt de moeder aller verkiezingen. Als we uitgaan van de DPG peiling van gisteren, 9 juni, welke resultaten zouden we dan zien?

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Op zondag 9 juni 2024  en dus exact over één jaar vindt de moeder aller verkiezingen plaats. Daarom is het meer dan interessant om de gepubliceerde DPG-peiling van vrijdag 9 juni 2023 eens nader te bekijken en de daaruit volgende zetels te berekenen voor het Vlaamse en het Europese Parlement.

De resultaten

Deze’one year to go poll’ peilde als volgt in Vlaanderen, met tussen haakjes de uitslag van 2019 voor het Vlaams Parlement:

    • Vlaams Belang = 22,7% (18,5%) (plus 4,2%)
    • N-VA = 21,8% (24,8%) (min 3%)
    • Vooruit = 16,8% (10,1%) (plus 6,7%)
    • CD&V = 10,8% (15,4%)  (min 4,6%)
    • PVDA = 10,3% ( 5,3% ) (plus 5%)
    • Open Vld = 8,3% (13,1%) (min 4,8%)
    • Groen = 7,6% ( 10,1%) (min 2,5%)

 

In vergelijking met de uitslag van 2019 staan VB, de communisten  en de socialisten  op winst.  Bij N-VA gaat er ongeveer een achtste  af, bij Groen is dat quasi 30% en dat geldt ook voor CD&V. Bij de liberalen loopt dat verlies op tot bijna 40% in vergelijking met de uitslag van 2019!

Het probleem van de peilingen is dat ze niet per provinciaal kiesgebied verlopen, waardoor het niet exact mogelijk is om de zetels te berekenen. Een andere opmerking blijft de onder- en overpeiling van sommige partijen. Meestal zijn het Vlaams Belang en de communisten te laag gepeild. Het tegenovergestelde gebeurt meestal bij Groen en de socialisten. En vergeet ook niet dat de race naar ‘Super Sunday’ op 9 juni 2024, in politieke termen gesproken, nog een intergalactisch tijdperk ver af is.

Onder en bovengrens

Het kieslandschap geeft al geruime tijd twee partijen boven de 20% en die zitten in elkaars statistische afwijking: de bovengrens van de N-VA kruist de ondergrens van het Vlaams Belang. Bovendien is het statistisch verschil tussen deze beide politiek partijen zelden zo klein geweest als in deze peiling. Nieuw deze keer is dat de ondergrens van de N-VA en het VB ook de bovengrens van de socialisten kruist!

Vooruit staat dus zeer stevig op die derde plaats en heeft de vier volgende partijen los gereden. Al is het meeste opvallende dat de communisten op vijf staan en dat vlak na de christendemocraten. Dit is een echte historische primeur. Voor CD&V zal het opgelucht ademhalen zijn omdat ze terug boven de 10% raken. Maar in vergelijking met de uitslag van 2019 is het verlies nog enorm. Het verschil tussen liberalen en communisten is al 2%. De zeer lage score van Open Vld  laat de partij via haar ondergrens in de afwijking zowaar de kiesdrempel van 5% kruisen! Met een dergelijke peiling, als het een echte electorale uitslag was, zouden de liberalen in een aantal provincies moeite hebben om de kiesdrempel te behalen! Hetzelfde geldt voor de groenen. In de statistische afwijking liggen de vier kleinere partijen nog zeer dicht bij mekaar en is de huidige volgorde niet robuust.

Europees Parlement

Voor de Europese verkiezingen is Vlaanderen één groot kiesgebied met 12 te verdelen zetels. Die worden als volgt verdeeld (tussen haakjes de zetelverdeling van mei 2019):

– VB 3 (3) ,

–  N-VA 3 (3),

– Vooruit 2 (1),

– CD&V 1 (2),

– Open Vld 1 (2),

– Groen 1 (1) ,

– PVDA/PTB:   1 (0).

Twee zetels verschuiven, met winst voor socialisten en communisten. Het verlies wordt verdeeld over christendemocraten en liberalen. Het zou de allereerste keer zijn, sinds de rechtstreekse EP-verkiezing in 1979, dat liberalen en christendemocraten elk maar één zetel halen. En dus gaat de Europese lijstvorming bij die kleinere partijen een helse opgave worden. Met dé vraag: wie mag de CD&V- of Open Vld-lijst trekken? Wie krijgt een vijfjarig verblijf in het best betaalde parlement ?  Let wel: theoretisch moet men 8,3% van de stemmen behalen om aan een zetel te geraken. In de praktijk ligt dat cijfer iets onder de 7%. Desalniettemin biedt deze peiling voor Groen en Open Vld geen zekerheid voor één zetel.

Vlaams Parlement

Als men de resultaten van deze peiling omzet naar zetels in het Vlaams Parlement dan geeft dat voor de 118 zetels van het Vlaams Gewest en de zes Brusselaars het volgende resultaat:  (tussen haakjes het zetelaantal van mei 2019):

      • Vlaams Belang : 30 (23)
      • N-VA: 29 (35)
      • Vooruit: 23 (13)
      • CD&V : 13 (19)
      • PVDA/PTB: 12 (4)
      • Open Vld: 10 (16)
      • Groen : 7 (14)

 

De zetelberekening op basis van deze peiling heeft maar betrekking op de 118 zetels in de vijf Vlaamse provinciale kieskringen. Ten aanzien van de zes Brusselse zetels, wordt in dit artikel gebruik gemaakt van de bestaande verdeling (N-VA: 2, Groen: 2, Open Vld: 1 en Vooruit: 1 ), deze zes zetels zijn meegeteld in de totale per partij zoals hierboven weergegeven.

Tegenover  2019 winnen het VB, Vooruit en  de communisten ook, maar minder. Zij zijn de winnaars. De vier overige partijen verliezen. Door de opmars van PVDA/PTB valt Open Vld uit de top vijf.

Meerderheden?

Volgende combinaties hebben een meerderheid:

    • N-VA met de drie traditionele partijen: 75 / 124
    • N-VA met Vooruit en CD&V is goed voor 65 zetels
    • N-VA met CD&V als minderheidskabinet met steun van het VB = 71 zetels
    • De Bourgondische coalitie (N-VA met de socialisten en de liberalen strandt op 62 zetels)

De volgende  combinaties zijn niet werkbaar omdat ze niet aan 63 zetels geraken:

  • Links ( Vooruit, PVDA en Groen ): 42 op 124
  • Links met CD&V: 55 op 124
  • Traditionele driepartijen coalitie: 46 op 124
  • Zweedse coalitie (huidige regering Jambon ): 52 op 124
  • De vier Vivaldi-partijen: 53 op 124
  • N-VA met VB geeft 59 zetels.

 

Er zijn dus weinig mogelijkheden voor coalities op basis van deze peiling. Al een paar peilingen lang blijkt dat een oudere combinatie terug mogelijk is: de N-VA met de socialisten en de christendemocraten. Maar nu wel met de N-VA in de leidinggevende stoel en het CD&V als de kleine partner. Deze peiling bewijst nog maar eens dat de Zweedse coalitie niet meer zal terugkeren. Maar let op: dat  alles zeggen we met een afwijking van drie procent. Kortom: niets is zeker voor zondag 9 juni 2024 !

VRT en senaat

Ten slotte heeft de uitslag voor het Vlaams Parlement ook gevolgen voor de verdeling van de zitjes in een groot aantal raden van bestuur (VRT, cultuurpactcommissie…)

Ten aanzien van de raad van bestuur van de VRT (12 leden ) zou de verdeling als volgt zijn: N-VA en Vlaams belang elk drie leden, 2 Vooruit en telkens één lid voor de liberalen, Groen, de christendemocraten en de communisten.

Bovendien vaardigt het Vlaams Parlement ook 29 Vlaamse verkozenen af naar de Senaat.

Deze peiling zou resulteren in een volgende samenstelling van het bureau van het Vlaams parlement (8 leden): 2 voor N-VA, 2 voor Vooruit  en 2 voor VB, 1 voor PVDA/PTB en 1 voor de christendemocraten. Groen en de liberalen geraken enkel nog in het uitgebreid bureau met hun fractieleider.  Want op basis van deze peiling zijn alle zeven partijen nu een fractie (minimaal vijf verkozenen) in het Vlaams Parlement , want tot nog toe niet het geval is voor de communisten.

De campagne is al geruime tijd begonnen, maar duurt nog 12 maanden. Met andere woorden: het wordt een slopende politieke periode met een besluiteloze politiek en een bepaald niet goed gezinde bevolking.

Herman Matthijs doceert publieke en openbare financiën aan de UGent en de VUB. Hij volgt o.m. overheidsadministratie en -begrotingen op, maar evenzeer de politiek van de VS.

Commentaren en reacties