JavaScript is required for this website to work.
post

Over zwerven, de fysieke prestatie en de spirituele zoektocht (2)

De oorlog van losgeslagen woorden

Luc Pauwels25/12/2022Leestijd 4 minuten

foto © Boekscout

Deel 2 van Luc Pauwels’ gesprek met Thorvald Ross: De zwerftocht als metafoor voor het leven en als thema voor een boeiend en origineel boek.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Gisteren gingen we in gesprek met Thorvald Ross over zijn nieuwste boek De Zwerver, tegelijk een roman en een spirituele zoektocht. Luc Pauwels zet het gesprek met de auteur verder.

Politiek

Wat bedoel je met ‘de oorlog van losgeslagen woorden’?
Thorvald Ross: ‘Die uitdrukking verwijst naar politiek. De grondslag van de politiek is de staatshuishouding, de politeia, de zorg voor de polis. Een gezond overlegmodel is gebaseerd op overtuigingskracht van woord en wederwoord met argumenten. Tegenwoordig zien we meer en meer een oorlog van losgeslagen woorden, wat de Grieken sofisterij noemden. In dat verworden systeem gaat het erom punten te scoren met welbespraaktheid, de tegenpartij zoveel mogelijk uit haar lood te slaan zodat ze gaat wankelen, en haar uiteindelijk schaakmat te zetten.’

‘De traditionele politeia was zeker een verderzetting van de oorlog met woorden. Maar de basis bleef het bestuur van de polis. Tegenwoordig lijkt het doel eerder de particratie te versterken en de primerende ideologie te implementeren. De bevolking en het bestuur van het land worden zo bijkomstig en ondergeschikt aan een achterliggende agenda.’

Pythagoras

Je werd naar een kleine, uitmuntende school gestuurd, de Scuola Sapientia in Calabrië. Vertel er eens iets meer over.
‘Het hoofdstuk waarnaar je verwijst, richt zich op de ideeën uit de school van Croton, in mijn roman gesticht door de filosoof Peter Gower. Die gefantaseerde naam is de fonetische Engelse transcribering van de naam Pythagor(as). We vinden hem aldus terug in een tekst uit de 16de eeuw.’

‘De gedachten die ik in dat hoofdstuk uiteenzet, zijn een persoonlijke interpretatie van de ideeën van Hiërokles, een pythagoreeër. Het vertrekpunt is de spreuk, te lezen boven de poort van de tempel van Delphi: gnōthi seauton of “Ken u-zelve”. Deze vormt de basis voor de contemplatie. Van daar gaat het verder naar de toepassing in de concrete wereld met het vervolg “Wees getrouw aan u-zelve”. Dat vormt de grondslag voor het ethisch handelen. Voorts wordt er inzicht gegeven in de gelaagdheid van ons bestaan en hoe we daarmee kunnen omgaan. Dat wordt weerspiegeld in de Indo-Europese driefunctieleer die we tot aan het Ancien Régime terugvinden met “priester, soldaat en boer (derde stand)”: de mens die zich richt naar het spirituele (contemplatie), een tweede naar de tussenwereld (de politeia) en een derde naar de aarde (het doorwoelen van de aarde).’

Ik pik je vraag over internet op: ‘Heeft die ongelimiteerde veelheid aan informatie niet eerder voor verwarring gezorgd?’
‘Ongetwijfeld is internet een schitterende uitvinding voor wie er verstandig gebruik van weet te maken. Maar net zoals een ongefilterde veelheid aan informatie leidt tot chaos, zo ook geldt dat ongefilterde meningen in een democratie leiden tot besluitloosheid, of voor de ongeremde kwantiteit aan producten die de mens tot materiële verslaving voeren en hem degraderen tot louter consu-mens. Hoe kan in de veelheid aan informatie de stilte nog enige plaats opeisen? Gedachten binden de mens, alleen in de stilte ervaar je de ongeconditioneerdheid van dat Andere. Dat schept vrijheid.’

‘Als het hart volgepropt wordt, kan er niets meer binnenkomen en ben je enkel vol van jezelf. Vandaar dat de pythagoreeërs hun adepten verplichtten tot vijf jaar stilzwijgen en de stilte alvorens hen hun leer te onderrichten.’

Meer dan mens

‘Waarom zou je de visie van een koele kikker verkiezen, eens je als adelaar de warme gloed van de Zon hebt ervaren’, lees ik. Maar we zijn niet allemaal ‘adelaars’, zou ik zeggen…
‘Inderdaad, dat beweer ik ook niet. Wat er staat is dat — eens je die opening naar het metafysische, naar die ongeconditioneerdheid hebt ervaren, waardoor de mens zich weer één gaat voelen — je nooit meer terug kunt keren naar een toestand van trivialiteit, van oppervlakkigheid, van cijfers en tabelletjes, waar alles in een kadertje past en alles verklaard moet worden. Er is veel meer onder de zon dan wij ooit onder woorden kunnen brengen. De hooghartigheid van sommige rationalisten, van personen die menen dat we alsmaar meer zullen weten en uiteindelijk alles zullen kunnen verklaren wat er te verklaren valt, is de grootste val waar de mens kan in trappen.’

‘Hun “meten is weten” klopt enkel voor tastbare zaken. Uiteindelijk willen zij alles in het vakje van de tastbaarheid dwingen en de wereld, alsook de mens, herleiden tot een puur natuurlijk fenomeen. Ergo: alles is gedetermineerd door de natuurwetten, een spel van krachten buiten onze wil. Er is dus geen vrije wil. De implicaties van zo’n gedachte zijn enorm. Omdat wij geconditioneerd zijn, zou er geen enkele verantwoordelijkheid meer rusten op onze schouders. Dat zou een vrijgeleide zijn om te doen wat we maar willen. De enige uitweg hieruit is dat de mens aanvaardt dat hij niet louter mens is, niet louter natuur, maar ook bovennatuur. In de mens ligt “meer dan mens”.’

Leven en dood

Je spreekt over ‘mijn doodswieg’. Is dat een metafoor voor het leven?
‘Doodswieg of levensgraf, wie zal het zeggen? Dat ligt vervat in de Middelnederlandse term “arke”, wat zowel graf als verzamelplaats voor de kiemen des levens kon betekenen. Daarnaast ook nog regenboog (de band tussen onze wereld en deze van de Goden). Voor mij is er geen onderscheid tussen leven en dood. In het leven zijn er zoveel mensen die niet eens weten dat ze reeds dood zijn. In de dood zijn er die leven omdat de herinnering aan hen blijft voortbestaan en zij hier op aarde nog steeds een ongekende invloed blijven uitoefenen.’

‘”Doodswieg” slaat voorts op de realiteit dat met de eerste adem die een baby de wereld inblaast, het kind reeds — hoe miniem dat ook weze — een beetje aan het sterven is. Toch hou ik zielsveel van het leven. Ook heb ik de aarde meer dan lief. Maar het leven zou geen betekenis hebben, mocht de dood er geen limieten aan stellen waardoor ik gedwongen word te excelleren, iets te betekenen, iets na te laten, en mij over de dood heen te tillen.’

‘Je kunt niet terugkeren naar wie je was. De tijd is vervlogen en wie je was, zul je nooit meer worden’, schrijf je. Dus maar blijven zwerven?…
‘Voor velen zal het daarop neerkomen, en daar is zeker niets mis mee. Maar waar gesteld wordt dat je niet kunt terugkeren naar wie je was, wordt daarmee bedoeld dat je niet kunt terugkeren naar vroeger en doen alsof alles hetzelfde is gebleven. Alles wat jou op je tocht gevormd heeft, kun je niet zomaar loochenen of uitwissen. Wel kun je worden wie je echt of wezenlijk bent. Je kunt er mee samensmelten en dan in plaats van horizontaal te blijven zwerven, verticaal gaan klimmen, klimmen in de spil van het Zijn. Zo haal je alles uit je leven wat er in sluimert. Ligt daar niet de grond van het ganse zwerversbestaan in deze — door ons geprojecteerde — manifestatie?’

Luc Pauwels (1940) is historicus, gewezen bedrijfsleider en stichtte het tijdschrift 'TeKoS'.

Commentaren en reacties