JavaScript is required for this website to work.
Religie

Anne Vandenhoeck: ‘De Kerk zal inclusief zijn of zij zal niet zijn’

David Geens11/5/2021

foto © pixabay.com

Doorbraak Radio sprak met Anne Vandenhoeck, docent pastorale zorg en diaconie aan de KU Leuven, over de rol van de vrouw in de Kerk

Voor deze aflevering van Doorbraak Radio sprak David Geens met Anne Vandenhoeck, docent pastorale zorg en diaconie aan de KU Leuven, over de rol van de vrouw in de Kerk. Sinds het aantreden van paus Franciscus, die gezien wordt als een hervormer, zijn de verwachtingen voor een meer inclusieve kerk hoog gespannen.

‘Als ik naar de rol van de vrouw in de Kerk kijk, is er een duidelijk onderscheid tussen het niveau van de dagdagelijkse gelovige in de kerkgemeenschappen, en het niveau van de paus en de bisschoppen die het leiderschap uitoefenen’, legt Vandenhoeck uit. ‘Op het beleidsvlak in de Kerk zijn er eigenlijk geen fundamentele veranderingen geweest. Nochtans zien we paus Franciscus wel als hervormer.’

Inspanningen op beleidsniveau

Twee zaken die tijdens de laatste jaren gebeurden, brengen de inspanningen van de huidige paus onder de aandacht. Enerzijds gaf hij de opdracht om een team op te richten dat de positie van vrouwen in de Kerk moest bestuderen, met het oog op een mogelijke wijding tot diaken. Dit dossier bestaat al veel langer, want het kent een precedent. Er zijn immers historische bewijzen dat er in de eerste eeuwen van het christendom vrouwen gewijd zijn tot diaken. De studiegroep heeft zijn advies afgerond, maar de paus bleek niet tevreden en heeft een nieuwe groep in het leven geroepen, die nu bezig is aan zijn studie. ‘Hier is een duidelijk verschil te zien met de twee vorige pausen,’ aldus Vandenhoeck. ‘Zeker Johannes Paulus II zag geen enkele mogelijkheid voor vrouwen voor het priesterschap. Maar nu staat dus het diaconaat ter discussie.’

Anderzijds brengt de Amazone-synode, die vorig jaar plaatshad, vanuit de praktijk in Zuid-Amerika naar voren dat vrouwen echt nodig zijn in de plaatselijke kerken. Daarnaast moet het priesterschap opengesteld worden voor gehuwde mannen. ‘Jammer genoeg werden deze zaken niet weerhouden als besluit,’ betreurt Vandenhoeck. Dit heeft te maken met het feit dat Franciscus als Jezuïet veranderingen wil teweegbrengen op een bedachtzame manier. Hij moet hierbij echter rekening houden met de wereldkerk en de verschillende visies op de vrouw en haar plaats in de samenleving en de Kerk. ‘Franciscus is iemand die zeer voorzichtig en degelijk te werk wil gaan, tot teleurstelling van de vele vrouwen die al zo lang hierop wachten. Maar het is nog altijd beter dan dat er niets gebeurt.’

Veranderingen in de praktijk

In de praktijk van de kerkgemeenschappen van de gewone gelovigen is er veel meer veranderd dan op het niveau van het leiderschap. ‘In de laatste dertig jaar vond er in Vlaanderen een ware aardverschuiving plaats op het vlak van de plaats van de vrouw in de Kerk,’ juicht Vandenhoeck toe. ‘De officiële cijfers van de katholieke Kerk voor Vlaanderen tonen dat de helft van de betaalde functies in de Kerk ingenomen worden door vrouwen. De Kerk staat op dat vlak verder dan de samenleving!’

Tegelijk loopt de Kerk achter op de samenleving, omdat de hoogste posities nog altijd exclusief voorbehouden zijn voor mannen. De structuur en hiërarchie blijven dus heel mannelijk, en dat sijpelt onvermijdelijk door op de andere niveaus. Er zijn dus meer en meer vrouwen die beleidsfuncties opnemen, maar dan nog blijven ze onder het toeziend oog staan van gewijde mannen.

Westerse bril

De rol van de vrouw in de Kerk wordt vaak door een westerse bril bekeken. De andere continenten bekijken het debat echter met een andere culturele bril. ‘Meningen kunnen verschillen, maar is de ene mening meer waard dan de andere?’ vraagt Vandenhoeck zich af. ‘Leidt het doordrukken van de westerse visie niet tot een herkolonisering van de Kerk?’ Het Vaticanum II-concilie in de jaren 60 wilde de problemen en de uitdagingen van een wereldkerk aanpakken door grotere verantwoordelijkheden en beslissingsmacht te voorzien voor de lokale kerken. Dit idee van decentralisatie is echter dode letter gebleven. ‘Voor mij ligt de toekomst van Kerk in het geven van grotere verantwoordelijkheden aan de lokale culturen,’ mijmert Vandenhoeck. ‘Zo kan elk continent zelf beslissen voor wie het priesterschap open staat.’

Daarnaast is de westerse visie sterk geïndividualiseerd, met weinig oog voor wat de gemeenschap beter maakt. ‘De Afrikaanse Kerk kent bijvoorbeeld het ubuntu-principe, dat ingaat tegen de westerse individualiteit. Het betekent: ‘Mijn bestaan is onlosmakelijk verbonden met dat van de anderen’. Dat principe is in een sterk geïndividualiseerde maatschappij zoals de West-Europese, uit het oog verloren.’ Het synodale proces om gemeenschappelijk te beslissen wat belangrijk is, blijft dus fundamenteel. Andere stemmen dan de westerse gaan ook steeds zwaarder doorklinken in het beleid, gezien de groei van die gemeenschappen. De westerse Kerk is vermoeid, ouder en minder dynamisch geworden, en verliest zo haar voortrekkersrol.

Het glazen plafond

‘Toen ik in de jaren 80 begon als eerste vrouwelijke pastor in een ziekenhuis, waren mensen echt verrast. Het beeld van pastorale zorg was immers vooral mannelijk, via aalmoezeniers en priesters,’ vertelt Vandenhoeck. ‘Ik heb vaak mijn motivatie moeten verklaren en mijn taken moeten uitleggen. Intussen zijn er veel meer vrouwen en raakten de mensen eraan gewoon. Er heeft een stille aardverschuiving plaatsgevonden op een dagdagelijkse manier, zonder veel ruchtbaarheid of protesten.’

‘Uiteraard is de situatie ontmoedigend en zijn er heel wat vrouwen die de Kerk verlaten hebben omdat ze niet gewaardeerd werden en hun plek niet vonden in een wereld waar alleen mannen de beslissingen nemen,’ betreurt Vandenhoeck. ‘Degenen die gebleven zijn, hebben allemaal een eigen lijdensweg gehad door steeds geconfronteerd te worden met het feit dat je vrouw bent in een mannenwereld. Zelf ben ik er ook mee geconfronteerd, en dat is pijnlijk en ontmoedigend. Maar anderzijds heb ik, ondanks het glazen plafond, veel kansen gekregen door mijn aanstelling als pastor.’

Alternatieve rituelen als oplossing

Er bestaat een scherpe lijn tussen wat leken en gewijden mogen doen. Het toedienen van sacramenten is nog altijd voor gewijde priesters en voor bepaalde sacramenten het diaconaat. ‘Er is in de laatste jaren wel meer ruimte voor leken gekomen,’ legt Vandenhoeck uit. ‘Zo mag een leek voorgaan in een begrafenis zonder eucharistie en mag iedereen dopen volgens het kerkelijk recht, zolang het om bijzondere omstandigheden gaat. In een ziekenhuis mag een zorgpastor dus dopen, wanneer bijvoorbeeld een nog ongedoopt kindje een zware operatie moet ondergaan of kort na de geboorte dreigt te overlijden.’

Een eucharistieviering kan nooit door pastors, vrouwen of ongewijde mannen geleid worden. Omwille van het priestertekort, zijn leken alternatieve rituelen gaan initiëren om hieraan tegemoet te komen, bijvoorbeeld in woonzorgcentra. ‘Het gaat om een ander soort zegening parallel aan het echte sacrament, zoals de ziektezalving,’ duidt Vandenhoeck. ‘Er bestaat een breed spectrum van meningen tussen de openstelling van het priesterambt voor iedereen, los van gender en burgerlijke staat, en die van een uitgebreide lekenzending met speciale bevoegdheden zoals de ziekenzalving. De Kerk staat alleszins nog voor grote uitdaging: de Kerk zal inclusief zijn of de Kerk zal niet zijn.’

Auteur artikel: Lies Verlinden

David Geens is IT-engineer en bestuurder en investeerder in verschillende vennootschappen. Bij Doorbraak focust hij zich op de audiovisuele activiteiten zoals de podcast en video interviews.

Commentaren en reacties