Indrukwekkend zonder spektakel
Als advocaat, docent, maar vooral publicist zorgde Victor voor het bestaan van een infrastructuur voor het Nederlandstalige rechtsleven in België. Hij kreeg nu eindelijk een verdiende biografie.
Dat de Vlaamse Beweging oorzaak is geweest van uitbundige rechtsvorming, hoeft geen nadere toelichting. Elke taalwet, elke stap in de staatshervorming is een haast onuitputtelijke bron van wetgeving, parlementaire voorbereiding, min of meer creatieve rechtspraak en dito rechtsgeleerde commentaren. Toch valt het op dat recht als dusdanig amper een thema is geweest in diezelfde Vlaamse Beweging. Het uitdagende boek van Stephen Jacobson Catalonia’s Advocates: Lawyers, Society and Politics in Barcelona 1759-1900(intussen ook al van 2009) toonde aan dat er twee evenwaardige tendensen te onderscheiden vielen in het ontstaan van het Catalaanse regionalisme: een streven naar het behoud van het eigen recht, en een streven naar eerherstel voor de eigen taal. Dat laatste klinkt in Vlaamse oren vertrouwd, het eerste haast onbegrijpelijk. Alle recht dat zijn oorsprong vindt in de Vlaamse Beweging, is Belgisch recht. De zoektocht naar een gemeenschappelijke stam voor het recht van Nederlandstalig België zou trouwens geen sinecure zijn geweest in het licht van de rechtsverscheidenheid die, zeg maar, het pre-revolutionaire graafschap Vlaanderen en het hertogdom Brabant kenmerkten.
Indrukwekkend
Ook daarom is de omschrijving ‘biografie van een Vlaamse strijder van ongemeen belang’ voor het magnum opus van Jan Verstraete over René Victor (1897-1984) geen commerciële overdrijving, maar een terechte kwalificatie. Een titanenwerkis het boek zeker niet alleen door zijn omvang (822 bladzijden in de handelsuitgave, die een verkorte versie is van het proefschrift van de auteur). Daarnaast is Victor op relatief korte termijn in de vergetelheid geraakt, en op het eerste gezicht zijn daar ook goede redenen voor. Verstraete gaat die redenen overigens niet uit de weg, en geeft zeker geen blijk van misplaatst begrip voor zijn geportretteerde. Van Victors inhoudelijk juridisch werk, zeker op het vlak van de rechtsfilosofie, blijft geen spaander heel, en ook het morele verslag van Victors leven wordt meedogenloos opgemaakt.
Overigens is dat morele verslag in al zijn hardheid niet eens spectaculair. Het is het zeer menselijke verhaal van een man die vooruit wil in het leven, en bij die zoektocht weleens keuzes maakt die nadien fout blijken te zijn. Als het waar is dat dappere mensen de gevolgen van die keuzes dan dragen, en verstandige mensen eraan proberen te ontkomen, was Victor een verstandig man. Verstraete beschrijft in die context met alle nodige nuances Victors houding tijdens de Tweede Wereldoorlog, die hij terecht samenvat als ‘zo dicht mogelijk bij de collaboratie, maar niet erin’.
Vernederlandsing rechtsleven
Waarom heeft dan in ’s hemelsnaam een weinig spectaculair leven als dat van Victor een volwaardige biografie verdiend? Het antwoord op die vraag luidt ‘klokvaste vastberadenheid’. Als advocaat, docent, maar vooral publicist zorgde Victor voor het bestaan van een infrastructuur voor het Nederlandstalige rechtsleven in België. Zijn grootste verwezenlijking: het nog steeds bestaande Rechtskundig Weekblad, zorgde ervoor dat week na week de hoeveelheid Nederlandstalige juridische literatuur toenam en bleef toenemen. Eendagsvliegen waren in beginsel niet besteed aan Victor. Daarnaast liet het blad hem toe medestrijders voor de vernederlandsing van het rechtsleven aan te moedigen en van goede referenties te voorzien. Uit eigen ervaring wist hij dat een goede reputatie soms een meer trefzekere weg naar succes was dan grondig en origineel werk. Kortom, Victor zorgde ervoor dat er een ‘Vlaams rechtsleven’ ontstond, ook al wendde hij voor dat dat al een eeuw oud was. Ook het construeren van een verleden behoorde en behoort tot de noodzakelijke paden naar maatschappelijk succes.
De wat gemakkelijke, maar onvermijdelijke vraag is dan of zo’n spektakelvrij leven niet in een meer beknopte vorm kan worden beschreven. Het antwoord is genuanceerd. Zeker bevat het boek passages die evengoed in een afzonderlijke publicatie hadden kunnen worden opgenomen, zoals de beschrijving van Victors rol in een 25-tal repressieprocessen. Anderzijds komt net een leven van aanhoudend kloppen op dezelfde nagels, totdat de structuren zich richten naar het geduldige lobbywerk, het best tot zijn recht in een boek dat even langzaam maar gestadig evolueert als zijn thema. Om een wat makkelijke vergelijking te maken met een bijna-tijdgenoot van Victor: het leven van Claus von Stauffenberg kende een onmiskenbaar hoogte- en dieptepunt met de mislukte aanslag van 20 juli 1944. Hoewel in het leven van Victor natuurlijk ook hoogte- en dieptepunten te ontwaren vallen, is bij hem net de continuïteit, de lange termijn essentieel.
Wroeter
In de geschiedschrijving van de Vlaamse Beweging zijn de wroeters van Victors slag vaak onderbelicht gebleven, zeker als ze veeleer aansluiting vonden bij de gematigde dan bij de radicale vleugel van de beweging. Misschien is het dan ook geen toeval dat Victor een biograaf kreeg die geen historicus, maar jurist van opleiding is – maar zich inmiddels met brio als geschiedschrijver heeft laten kennen.
Doorbraak publiceert graag en regelmatig artikels die door externe auteurs worden aangebracht. Deze auteurs schrijven uiteraard in eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid.
Jonah Penninck (CD&V): ‘De waarden van Kerstmis kunnen nooit helemaal verdwijnen.’