Tussen Franciscus, Bonny en het KVHV
debat in de Kerk
Je kan van paus Franciscus, bisschop Bonny of het KVHV denken wat je wil, maar ze wakkeren wel de discussie aan. Eindelijk.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementEnkele quotes uit een interview met Bisschop Bonny over (onder andere) homoseksualiteit en het ‘waarderen van verschillende samenlevingsvormen’, dat gevolgd door een felle reactie van het KVHV. Meer was er niet nodig om in een nieuwsluwe periode een immense discussie los te maken in de (sociale) media. De deelnemers werden niet altijd gehinderd door enige kennis, nog van de teksten van de protagonisten, nog van de kern van de zaak. Er loopt een lijn van de hype rond VTM-uitzending waarin aartsbisschop Leonard zijn ontslag zou aankondigen (en waarin hij eigenlijk niets anders zei dan wat hij hoort te zeggen) tot de duiding bij het interview met bisschop Bonny. Die lijn is de afwezigheid van een kader om dat allemaal te plaatsen.
Discussie
De discussie over welk standpunt de kerk moet innemen is goed. Goed dat er eindelijk discussie is. Te lang werd er geleefd alsof de Katholieke Kerk een dogmatisch monolithisch blok is. Dat is zeker in de feiten niet zo. Bisschop Johan Bonny schreef in zijn brief naar aanleiding van de bisschoppensynode dat een bepaalde Katholieke traditie de jongste vijftig jaar door ‘het Vaticaan’ als enige normerende naar voren werd geschoven. In diezelfde periode publiceerde de theoloog Hans Küng in het Duits een boek waarin hij argumenteert waarom euthanasie volgens hem niet noodzakelijk strijdig is met het christelijk geloof. Een rijke traditie van 2000 jaar oud is rijk geschakeerd. Die discussies worden nu gevoerd en als dat echte goede discussies zijn, geen dovemansgesprekken waarin iedereen zijn mantra’s herhaalt, kan dat enkel verrijkend zijn voor de Kerk.
Posities
De meeste gelovigen bevinden zich in een tweedimensionaal veld met een kruisend assenstelsel. Ergens tussen de uiterste posities ‘contrastgemeenschap–inculturatie’ en ‘dogmatisch-pastoraal’.
Er is een groep gelovigen die sterk vasthoudt aan de overtuiging dat de Kerk een ‘contrastgemeenschap’ moet zijn. De kerk moet volgens die strekking tegen de maatschappelijke stroming in durven gaan, zich niet aanpassen aan deze ‘onchristelijke tijd’. De Kerk moet ‘vasthouden aan haar normen en tradities’, elke verandering wordt in die context gezien als een knieval voor de hedendaagse tijd, een stap weg van waar het christendom voor staat. En verandering is taboe, want de Kerk predikt in die visie ‘De Waarheid’. Die is per definitie eeuwig en onveranderlijk.
Daarnaast is er een groep die stelt dat de Kerk zich moet incultureren, haar boodschap brengen in een aangepaste taal. Wat de Kerk volgens hen altijd heeft gedaan. Als de Kerk zich niet aanpast, wordt ze een soort folklore uit een vorige tijd is de redenering. Nog volgens deze stroming werkt de Heilige Geest in de kerk doorheen de gelovigen. Wat die samen doen en denken heeft theologische relevantie. De Heilige Geest werkt niet enkel in synodes, ook in de gewone gelovigen. Kerkelijke leiders moeten dus ook omzien naar praktijk en geloof in hun kudde, niet enkel naar de theorie. De ‘Waarheid’ is in deze denkrichting iets waar door voortschrijdend inzicht moet betracht worden, ze is niet in steen gebeiteld.
Daarnaast is er ook de tegenstelling tussen een ‘dogmatische’ en een ‘pastorale’ benadering . Hoe moet de Kerk mensen benaderen? Moeten de gelovigen gewezen worden op hun plichten, op de regels die ze moeten navolgen en terechtgewezen of als zondaars geholpen worden als ze de kerkelijke voorschriften niet volgen? Of moet de Kerk de mensen nabij zijn? Niet de vraag stellen of mensen alle kerkelijke regels volgen, maar wat de Kerk voor hen kan betekenen, hen nabij kan zijn. Wat brengt dichter bij God? De ‘Leer van de Kerk’ of de barmhartigheid naar anderen. Het antwoord op die vraag beïnvloedt ook je positie in de kwestie of die leer van de Kerk onverbiddelijk onveranderbaar is of dat er geen onoverbrugbare kloof mag ontstaan tussen de leer en het concrete leven.
De posities worden meestal teruggebracht tot de extremen. Heel sterk uitgaan van de Kerk als contrastgemeenschap die vasthoudt aan de dogma’s als de eeuwige onveranderlijke waarheid van de Kerk wordt gemakshalve de ‘conservatieven’, ‘traditionalisten’ of ‘kerkelijk rechts’ genoemd. Wie pleit voor inculturatie van het geloof in deze tijd, een pastorale benadering voorstaat en de waarheid ziet als iets waarnaar we tot het einde naar zullen zoeken, wordt ‘progressieven’, ‘vernieuwingsgezinden’ of ‘kerkelijk links’ genoemd. Hoewel er ook nog heel wat tussenposities (mogelijk) zijn en de ene positie niet altijd de andere uitsluit. Zoals zo vaak is de realiteit een stuk ingewikkelder dan ze wordt voorgesteld (in de pers).
Modus vivendi
De vaststelling dat er verschillende groepen en posities zijn hoeft geen ramp te zijn voor de Kerk. In tegendeel. Ergens moet er wel een modus vivendi gevonden worden. Een compromis is in deze moeilijk, maar misschien moeten we (ik schrijf we omdat ik mezelf, als geëngageerd gelovige, ook reken tot de Kerk) aanvaarden dat we er verschillend kunnen over denken zonder de ander te verketteren. Tegengestelde groepen kunnen elkaar op de inconsistenties in hun denken wijzen. Dat is altijd een voordeel, als je naar elkaar wil luisteren toch.
Paus Franciscus lijkt in dezelfde richting te denken. Voor de bisschoppensynode in oktober 2014 liet hij optekenen dat hij niet verwachtte dat de synodevaders hem naar de mond kwamen spreken. In zijn openingswoord zei paus Franciscus: ‘Spreek je uit en laat je er vooral niet aan gelegen omdat de paus in jullie midden is.’ De paus wou discussie. En die heeft hij gekregen. Hoe reageerde de paus op de discussie op het einde van de synode? Franciscus richtte zich tot de ‘traditionalisten, en wees hen erop dat ze zich te intellectualistisch en scrupuleus laten opsluiten in de letter van de tekst. Daarna richtte hij zich ook tot de progressieven die volgens hem enkel symptomen bestrijden en niet de wortel van het probleem, die ‘wonden verbinden zonder ze eerst te verzorgen’. De boodschap was duidelijk: luister naar elkaar en leer van elkaar.
We kunnen in Vlaanderen en in de Kerk nog veel leren van de paus. Maar als er al zo snel een debatcultuur in de Kerk kan komen is er voor Vlaanderen nog hoop.
Foto © Reporters
Categorieën |
---|
Personen |
---|
Pieter Bauwens is sinds 2010 hoofdredacteur van Doorbraak. Journalistiek heeft hij oog voor communautaire politiek, Vlaamse beweging, vervolgde christenen en religie.
Stel je voor: erkenning vragen voor de wetten op je grondgebied. Taalwetten dan nog, hoe bekrompen! Gelukkig is er de Franstalige flexibiliteit!
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.