Volmachten voor Wilmès
Het ultieme failliet van de Belgische democratie
Premier Sophie Wilmes (MR) en de gezondheidsministers op een persconferentie over het coronavirus.
foto © Reporters / QUINET
Als een minderheidsregering niet werkt, wat doe je dan? Een meerderheidsregering maken. Bouchez-Magnette schaften de democratie af.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOp zondag 15 maart 2020, de dag van de lange messen van Magnette en Bouchez, werd de Belgische democratie ook formeel ten grave gedragen. Politiek gezien werkt de Belgische democratie al lang niet meer. Regeringsvormingen slepen eindeloos aan. Als er uiteindelijk door uitputting van de onderhandelende partijen of door een externe schok toch een regering in elkaar gebokst wordt, is dit een onsamenhangende ploeg met dikwijls geen meerderheid in een van de grote landsdelen. Maar desalniettemin, de regels van de Grondwet werden min of meer gerespecteerd. Zolang bijvoorbeeld de regeringsonderhandelingen aansleepten, werd volgens het boekje met voorlopige twaalfden geregeerd en werden de maatregelen binnen de perken van lopende zaken gehouden.
Superminderheidsregering
Op zondag 15 maart zat zowel Magnette als Bouchez met een probleem. Zij wilden per se een Vlaamse meerderheid buiten de regering houden, maar anderzijds wisten zij dat de beheersing van de coronacrisis door een minderheidsregering die de normale parlementaire weg volgt niet houdbaar was. Voor elke maatregel moet er dan een meerderheid bij elkaar geshopt worden. De superminderheidsregering Wilmès heeft immers slechts 36 op 150 zetels en zou dus telkens 40 parlementairen buiten de minderheid moeten vinden om die maatregelen goed te keuren. Urgente contra-coronamaatregelen konden zo weken op zich laten wachten, wat kon leiden tot Italiaanse toestanden in het kwadraat.
Als de minderheidsregering via de democratie niet werkt, wat doe je dan? Een democraat zou antwoorden: maak dan een meerderheidsregering. Bouchez-Magnette gaven een ander antwoord: schaf dan de democratie af.
Regeren met volmachten is flagrant in strijd met onze Grondwet en met de parlementaire democratie. In onze Grondwet is er geen regeling getroffen omtrent volmachtenwetgeving. Dat zou beter wel het geval geweest zijn. Dan was er immers een grondwettelijke basis, maar blijkbaar is men dit in de talloze grondwetshervormende nachtelijke kasteelvergaderingen vergeten. Het staat er dus niet in. Wat staat er wel in?
In strijd met de Belgische Grondwet.
Vooreerst zegt onze Grondwet (art. 33) dat de wetgevende macht moet uitgeoefend zoals door de Grondwet wordt bepaald. De wetgever mag dus niet vrij beschikken over zijn wetgevende macht en die niet zomaar uit handen geven aan de regering. Hij moet die zelf uitoefenen en geen andere instelling. Stel dat de Belgische regering bij Koninklijk Besluit zou beslissen haar bevoegdheden te laten uitoefenen door Goldman Sachs of door het advocatenkantoor Eubelius. Het argument dat die volmacht vrijwillig gegeven wordt door de voltallige regering zou weinig grondwetsspecialisten overtuigen.
Zeer expliciet bepaalt onze Grondwet (art. 108) ook dat de Koning (de regering) de verordeningen en besluiten neemt zonder ooit de wetten zelf te mogen schorsen of vrijstelling van hun uitvoering te mogen verlenen. Dat is nu precies wat mogelijk gemaakt wordt door volmachtwetten.
Op basis van die volmachtenwet kan de regering met Koninklijke Besluiten bestaande wetten veranderen. De Koninklijke Besluiten die op grond van de volmachtenwet zijn genomen hebben bovendien kracht van wet en kunnen later alleen maar door wetten, en niet door een gewoon Koninklijk Besluit, veranderd worden. Volkomen in strijd dus met de Belgische Grondwet.
De techniek van kaderwetten
Men zal hier aanvoeren dat coronanood de wet breekt en dat men in uitzonderlijke omstandigheden van de grondwet mag afstappen. Dit is juist. De Romeinen wisten het al: ‘salus patriae, suprema lex est’ en daarvoor mocht het ‘dura lex, sed lex’ even op de schop. In 1920 werden volkomen ongrondwettelijke verkiezingen met algemeen stemrecht georganiseerd. Achteraf beschouwd was dit een goede zet, want die verkiezingen hebben ons revolutionaire toestanden zoals in Duitsland bespaard. Dus als het moet, moet het.
Het punt is echter dat de volmachtenoplossing helemaal niet noodzakelijk was voor een doortastend contra-coronabeleid. Een regering met een stevige parlementaire meerderheid kan dit even doortastend doen, bijvoorbeeld met de techniek van kaderwetten, die de regering een grote beleidsruimte geven, maar de parlementaire controle niet opzijzetten. De ware reden was uiteraard dat PS en MR er N-VA niet bij wilden. De PS omwille van het communistisch gestook in haar rug. De MR omdat zij haar overvloedige ministerposten in de regering wilden behouden.
Adolf Hitler
De volmachtentechniek heeft een notoir precedent. Op 23 maart 1933 kreeg rijkskanselier Adolf Hitler op basis van artikel 48 van de Grondwet van een tweederdemeerderheid in de Reichstag volmachten met Das Gesetz zur Behebung der Not von Volk und Reich. Die wet is de legale basis gebleven van de nazidictatuur tot 8 mei 1945. De rechts-nationalistische partijen, die Hitler aan een meerderheid hielpen, beseften te laat welke blunder zij hadden begaan. In juli 1944 hebben zij getracht, samen met conservatieve generaals, het monster te doden, maar zij gingen er zelf aan ten onder.
Uiteraard zal het bij ons zo een vaart niet lopen, maar het blijft hoe dan ook een akelig precedent. In feite zal men de volmachtbesluiten van de regering-Wilmès kunnen aanvechten bij het Grondwettelijk Hof en als dit zijn werk doet- met Khatabbi erbij zeker- moet het die besluiten vernietigen. Weinigen zullen het, gelet op de urgentie die uitgaat van de coronacrisis, aandurven deze besluiten aan te vechten. Bovendien zullen deze besluiten — alhoewel democratisch illegitiem — inhoudelijk behoorlijk zijn, want zij komen gelukkig niet uit de koker van onze federale politici, maar zijn gebaseerd op de expertise van onze uitstekende medici.
Hopelijk zal de langemessenzondag van Magnette-Bouchez, eens de coronacrisis voorbij, in het geheugen van de Vlaamse kiezers blijven hangen en zullen zij alle Vlaamse politici, die als Quislings deze staatsgreep hebben gesteund, onverbiddelijk onder de kiesdrempel duwen. De Quislings hopen dat de paar jaar voor de volgende verkiezingen een eeuwigheid zijn. Dat dacht men na de Wir schaffen das-open grenzen in 2015 en de aanslagen in 2016 ook. Het viel anders uit bij de verkiezingen van 2019.
Tags |
---|
Boudewijn Bouckaert (1947) is emeritus hoogleraar rechten en 'law and economics' aan de Ugent. Hij was Vlaams Parlementslid voor LDD en voorzitter van de klassiek-liberale club Nova Civitas en van het Overlegcentrum voor Vlaamse Verenigingen. Vandaag is hij voorzitter van de klassiek-liberale denktank Libera!
Een groots opgezette studie in de Verenigde Staten toont aan dat de ‘hillbilly-tragedie’ van J.D. Vance reëel is: de Amerikaanse blanken boeren achteruit.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.