Het dagelijkse op doek
Het aanzetten tot denken
Vroni Agemans in galerij huishuis.
foto © Vroni Agemans in galerij huishuis.
Het ware leven is op straat te vinden. Dat staat vast. Schilder Vroni Agemans bevestigt het. Haar werk drukt de cultuur van de stad en de staat van de natuur uit.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementBinnenskamers is het duf. De mens takelt er af, geestelijk en lichamelijk. Hij rot weg. Sommige kunstenaars proberen er wat aan te doen. Ze tonen het ware leven volgens eigen inzicht, maar zo dat de kunstliefhebber er zijn eigen verhaal bij kan verzinnen.
Tussen abstract en figuratief
Een schilder [v] die daar zeer bedreven in is, is Vroni Agemans. Begrijp me goed, de perfectie bereikt zij niet, omdat die enerzijds niet bestaat. Anderzijds streeft zij er evenwel naar, maar met in het achterhoofd de gedachte dat ‘haar’ perfectie niet is wat eraan toegevoegd maar wat ervan afgehaald kan worden. Het resultaat is expressie op canvas die nu eens naar abstract dan naar figuratief neigt. Soms krijg je een twijfelgeval. Het roept vragen op. Dat is de bijkomende wens van Vroni Agemans: het aanzetten van de mens tot nadenken. Vanuit het minimalistische. Het maximalisme namelijk laat geen verbeelding toe, enkel wetenschappelijke benadering.
Aan wetenschap heeft Vroni Agemans geen boodschap. Althans niet voor haar schilderwerk. Wat er wel aanwezig is zijn emoties, confrontaties, ervaringen. In overvloed, doch niet op zulke wijze dat ze overboord stromen. Haar impressies vragen om introspectie. Zij gaf de hare tijdens het creatieproces, het is nu aan de kijker om de zijne bij de confrontatie te tonen. De dialoog is voor Agemans belangrijk. Een diepgaande dialoog, niet zozeer door te praten, maar door te kijken. Wat niet eens zo verwonderlijk is. Dialogeren namelijk kan met alle zintuigen, dus ook het oog.
Olieverf als inkt
Enigszins enigmatisch – wat eigen is aan een vrouw met geest – bevestigt zij het voorgaande als volgt: ‘Ik schrijf niet met pen en penseel maar met olieverf. Als er iets moois ontstaat op mijn schilderdoek (vb. landschap, mens), begin ik met destructie. Met grove borstel en paletmes doorbreek ik elke herkenbare vorm, meng ik vlakken en kleuren. Het mooie prentje of compositie vormt de onderlaag, weggeveegd, geschraapt en toch nog voelbaar en op mijn manier vorm gegeven.’
Tijdens een verkenningsbezoek, kort voor de vernissage, en staande voor een schilderij, zei Vroni Agemans dat er twee andere, meer geslaagde werken zitten onder wat ik te zien kreeg (zitten). Waarom ze die overschilderd heeft wilde ik niet vragen. Al mag een kunstwerk geslaagd zijn, daarom ben je nog niet tevreden. Ooit, jaren geleden, las ik in een interview dat Pablo Picasso een bepaald doek van eigen hand niet mooi vond, maar dat het wel moest blijven bestaan. Zoals hij de twee toneelstukken die hij schreef geen meesterwerken vond, maar wel dat ze een uitgave in boekvorm en zelfs een opvoering verdienden. De pijn van het bestaan moet evenzeer ter sprake kunnen komen als het geluk. Het werk van Vroni Agemans bevestigt dit ten volle.
Destructief wordt constructief
Vroni Agemans is een Kempenkind dat in een stad is gestrand. In Gent nog wel, de stad van mensen met een scherpe, bijtende geestigheid, zoals Gaston Durnez ze in zijn nieuwe boek Een mens is maar een wandelaar bij de portrettering van Théo Lefèvre, noemt. Het scherpe, bijtende is onderhuids te vinden in al haar schilderijen. Niet enkel in de werken waarin de stad centraal staat, maar ook de natuur. Voor Vroni Agemans is de natuur, het landelijke leven, gekwetst, beschadigd, probeert die zich zichzelf telkens weer te herstellen, maar gaandeweg, als een drenkeling die naar adem schept, beseft dat de verdrinking onvermijdelijk is.
Sommige natuurschilderijen zijn, grofweg gezegd, doodsprenten. Andere dan weer tonen de schoonheid van het verval, een derde soort getuigt van de macht van de natuur die sterker is dan kracht van de mensen. De kracht van iets goeds of kwaads te realiseren. Het opstandige van de natuur weet Vroni Agemans treffend te vatten. Wat destructief is om te zetten naar constructief.
De braam en de korst
Een slotwoord over de techniek van Vroni Agemans. In haar nieuwste werken, momenteel te zien bij de Gentse galerij HUISHUIS, blijft de olieverf, terwijl het penseel niet geheel verdwijnt, maar het moet afleggen tegen het palet. Waardoor een ruwer, woester, weelderiger textuur bekomen wordt, in de vorm van een letterlijke verhevenheid. Haar verhevenheden zijn wel beschouwd geen golven, zoals in het werk van Karel Appel, maar rimpels. Ze zijn de braam, de korst van de wonde.
Vroni Agemans is de schilder van de ziekte, de kwetsuren, de ondergang van de stad en de natuur maar evenzeer de opkomst ervan, want in elk verval huist een wederopstanding. Dat is nu eenmaal de wet van de schepping. Die wet te tonen in al zijn gedaanten, daar is Vroni Agemans met haar nieuwe werken ten zeerste in geslaagd. Titels hoeven er niet bij, de werken spreken voor zich. Je staat er stil bij en houdt de adem in.
VRONI AGEMANS – nieuwe schilderijen
Galerij HUISHUIS – Burgstraat 12 – 9000 Gent
van 21 september 2018 t/m 23 december 2018
www.galerijhuishuis.be
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
Professor Dirk Rochtus leidt zoals elk jaar een reis naar Duitsland. Deze kaar naar het onbekende Silezië.