Werken: met de ‘basisbaan’ uit 1848 zullen we het niet redden
Björn Anseeuw
foto ©
De ‘basisbanen’ die Conner Rousseau voorstelt, gaan de arbeidsmarkt niet verbeteren, vindt Björn Anseeuw (N-VA). Hij stelt 3 remedies voor.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementDit artikel is een vrije tribune door Björn Anseeuw (N-VA)
‘Iedereen die kan werken, moet zijn deel doen om de welvaartsstaat te versterken, de sociale zekerheid betaalbaar te houden, en de begroting op orde te krijgen.’ Ik zou het niet beter kunnen zeggen, beste Conner Rousseau. En het moet gezegd: voor je eerste keer was het er ineens boenk op. Tot zover de hulde. Uw recept is namelijk, ik wik mijn woorden, niet zo vernieuwend.
Op 27 februari 1848, enkele dagen na de vlucht van koning Louis-Philippe, besloot de voorlopige regering van de Tweede Republiek nationale werkplaatsen te openen om werklozen in Parijs en daarbuiten werk te verschaffen. Het was, hoe raadt u het, een socialistische minister die ermee kwam aandraven. Die nationale werkplaatsen waren evenwel een kort leven beschoren. Nog geen 4 maand later viel het doek alweer over die Ateliers Nationaux. Ze bleken al snel niet zo heilzaam te zijn.
Sovjetisering
Of zoals Victor Hugo het toen in het parlement treffend formuleerde: ‘U hebt een deel van het volk de smaak van de arbeid ontnomen, een heilzame smaak die waardigheid, trots, zelfrespect en de gezondheid van het geweten bevat.’ Waarom u die historische fout nog eens wil herhalen is me dan ook een raadsel.
En ook al schoten uw Waalse bloedbroeders van de PS uw voorstel, in een opbod met de PTB richting 1 mei, vakkundig af, het neemt niet weg dat het recht uit, jawel, de PS-kast komt. Zij noemen het ‘Territoires zéro chômeur de longue durée’, en schreven het onder die naam zelfs in in het Vivaldi-regeerakkoord. Hoe het ook draait of keert: een flinks verpakte Sovjetisering van onze arbeidsmarkt, blijft gewoon een Sovjetisering.
Met de ‘basisbaan’ uit 1848 zullen we het dus niet redden.
Waarmee dan wel? Ik geef u graag 3 recepten die wél het verschil zullen maken. Gratis en voor niets.
Beperkt in de tijd
Beperk de werkloosheidsuitkeringen echt in de tijd. In zowat alle landen is dat al lang de regel. Enkel in België niet. De gevolgen zijn er ook naar. In mijn eigen provincie West-Vlaanderen bijvoorbeeld, werken er 14.000 mensen uit Noord-Frankrijk en slechts 6.000 mensen uit Henegouwen. Hoe dat komt? In Wallonië zijn werkloosheidsuitkeringen niet beperkt zijn in de tijd, in Frankrijk zijn ze dat wel.
Het aantal langdurig zieken in dit land stijgt angstaanjagend snel. En wie daarvan in de invaliditeit belandt, vindt maar moeilijk en zelden de weg terug naar de arbeidsmarkt. Laat dokters daarom ook niet langer ziektebriefjes schrijven, maar briefjes waarop staat wat mensen wel nog kunnen. Zo kunnen heel wat mensen, met aangepast werk, nog aan de slag blijven in plaats van te verdwijnen in de arbeidsongeschiktheid en invaliditeit.
Arbeidsmarktbeleid
En voer nu eindelijk eens dat ene punt van het Vivaldi-regeerakkoord uit: het asymmetrisch arbeidsmarktbeleid. Alleen zo kan er in elke regio van dit land een beleid op maat worden gevoerd. Vlaanderen moet vooral afrekenen met werkloosheid bij oudere werknemers, en het invullen van knelpuntberoepen, Brussel kampt vooral met jongerenwerkloosheid, en Wallonië moet dan weer het hoofd bieden aan een hoge werkloosheid bij laaggeschoolden. Dan is het toch logisch dat elke regio zelf een beleid moet kunnen voeren op maat van de eigen uitdagingen?
Werken is geen straf, het is een zegen. Het is niet alleen de belangrijkste bron van inkomen, het zorgt er ook voor dat mensen zich verbonden voelen. Het geeft mensen de kans om actief deel te nemen aan onze samenleving en zich te ontplooien. Het moet gezegd: arbeid is echt een feest waard. Zorg er dan ook voor dat zoveel mogelijk mensen de kans krijgen om mee te feesten.
Categorieën |
---|
Tags |
---|
Personen |
---|
De auteur is kamerlid voor de N-VA en schepen in Oostende.
Tony Van de Calseyde (B Plus): ‘Het was voor de begeleider een kwestie van hoffelijkheid om de passagiers in de twee talen te begroeten. Dat lijkt mij een perfect normale, menselijke reflex.’
Net voor Kerstmis verwent de redactie van Doorbraak u met een nieuw Doorbraak Magazine, dat ligt vanaf vandaag in de (betere) krantenwinkel.