JavaScript is required for this website to work.
Doorbraak

Benno Barnard: ‘de toonaangevende media vinden allemaal nagenoeg precies hetzelfde’

Karl Drabbe1/12/2018Leestijd 3 minuten
Benno Barnard en André Gantman op de N-VA-herdenking van de 50ste verjaardag van
Mei ’68.

Benno Barnard en André Gantman op de N-VA-herdenking van de 50ste verjaardag van Mei ’68.

foto © Pieter Paul Moens

Na drie jaar afwezigheid neemt Benno Barnard weer deel aan het vaderlandse debat met een tweewekelijkse column op Doorbraak. Een gesprek met een Engelse landjonker.

Aangeboden door de abonnees van Doorbraak

Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.

Ik neem ook een abonnement

Drie jaar geleden sloeg hij de deur van Vlaanderen achter zich dicht. De voormalige Nederbelg woont vandaag in Sussex, net over het Kanaal. Ver genoeg ván om zich niet dagelijks te moeten ergeren aan Vlaamse kleinheid. Dicht genoeg bij om zijn liefde voor de Lage Landen te blijven bezingen. Voortaan heeft Benno Barnard een tweewekelijkse column op Doorbraak.

Fris ons geheugen nog eens op, waarom ben je naar het Verenigd Koninkrijk getrokken?

Benno Barnard: ‘Toen de burgemeester van Huldenberg in beschonken toestand mij op de dorpskermis aanbeval “terug te keren naar Holland”, begreep ik dat mijn integratie mislukt was. Engeland, het land waar ik als kind enkele gelukkige jaren had doorgebracht, wenkte – de vriendelijkheid van de eilandbewoners, hun humor, de schoonheid van hun onverwoeste landschap, de smaak van hun bier. Ze hebben trouwens ook best aardige boeken geschreven. Overigens zijn mijn blondine en onze zoon Engelstalig.’

Lage Landen

Hoe kijk je naar dat vertrek?
‘Nu, drie jaar later, behoren wij tot een dorpsgemeenschap die de Nobelprijs Menselijkheid verdient voor haar sublieme evenwicht tussen overstelpende hartelijkheid en instinct voor privacy. Rondom ons zeventiende-eeuwse huis staan de andere cottages, bewoond door vriendelijke mensen die meestal Sue en John heten, en voorts de kerk en de pub. En daar weer omheen strekt zich het groene labyrint van het graafschap Sussex uit, smaakvol gepointilleerd door duizenden schapen. U moet het zich maar zo voorstellen, dat ik in Midsomer woon, maar dan zonder de moorden. Niemand die hier ooit zeikt over mijn geboorteland – en als dat al ter sprake komt, interpreteert men het als een zelfstandig overzees gebiedsdeel. Ik heb hier het hoogtepunt van burgerlijkheid bereikt: kalm geluk.’

Heeft de afstand je kijk op Nederland en Vlaanderen veranderd?
‘Naar Nederland kijk ik nauwelijks. Ik ben er al veertig jaar weg. Door terug te keren naar Engeland, heb ik de vergissing van een voorouder goedgemaakt, de bastaardzoon van Lord Barnard uit Durham, die in de zeventiende eeuw de graaf van Leicester schijnt te zijn gevolgd naar de oorlogvoerende Republiek. Vlaanderen was ooit een stap richting de romantiek: ik bleef binnen mijn taalgebied, maar alles was tegelijkertijd exotisch. Dat gevoel is afgesleten. In het huidige Vlaanderen voel ik me even vreemd als in Nederland. Nee, ik ben een atavistische Engelsman, met een behoorlijke kennis van de Nederlandse taal en een diepe sympathie voor de Habsburgse dubbelmonarchie (Oostenrijk-Hongarije — red.). Kortom, een soort fabeldier, iets uit Harry Potter, een griffioen of zo.

Brexit

Je leeft in een land dat straks geen deel meer zal uitmaken van de Europese Unie. Hoe beleef je de brexit?
‘Laat ik mezelf citeren: een kleine meerderheid in mij is voor de brexit, maar dat zegt weinig, want een wrevelige minderheid is ook voor het herstel van het Britse Imperium. Gisteren las in de krant The Times dat een brexit zonder akkoord de economie zou doen krimpen met een procent of acht, wat dan maar betaald moet worden met de bonussen van de ach en wee roepende heren in krijtstreeppak in de Londense City. Iedereen zeurt maar over de economie – zullen we het eens over het behouden van de Britse cultuur hebben? Die EU heeft toch gemaakt dat grote delen van Europa onnoemelijk saai zijn geworden, plakken van een onvreetbare eenheidsworst? Overdrijf ik, zegt u? Dat is een van mijn schaarse charmes.’

Media

In tegenstelling tot onze vaderlandse media, omarmt de pers in het Verenigd Koninkrijk zulke dissidenten stemmen.
‘Westminster excelleert in gespeelde opwinding: niet toevallig is de afstand tussen de banken van de regering en die van de oppositie twee keer de lengte van een zwaard. Dat is ongeveer dezelfde afstand als die tussen de volkse pers en de kranten voor intellectuelen, waarbij ik wel aanteken dat er binnen die twee vormen van berichtgeving ook grote verschillen bestaan. In Vlaanderen vinden de toonaangevende media allemaal nagenoeg precies hetzelfde – je bent al opgelucht als je eens iemand voorzichtig hoort tegenpruttelen. In Engeland heb je degelijke linkse en rechtse kranten. Bovendien zijn het lusthoven van de Engelse taal. Terwijl ik met knarsende tanden het gestuntel in de Vlaamse kranten verstouw, lees ik in de Daily Telegraph bijvoorbeeld een berichtje over de angst voor een invasie van de Aziatische horzel, een soort die veel giftiger is dan de gewone horzel: “Het insect eet honingbijen, and, generally, behaves in a most un-English way.” Vergeeft u mij dat ik een land liefheb waar je zulk proza in de krant aantreft.’

U zult zich bij Doorbraak allicht in uw nopjes voelen…
‘Laat ik mijn nieuwe werkgever prijzen voor zijn veelkantigheid. Wat ik hierboven zei over de Vlaamse media, geldt niet voor Doorbraak. Indertijd, toen ik voor Knack schreef, was Rik Van Cauwelaert daar nog hoofdredacteur. Een seigneur, die de meest uiteenlopende meningen publiceerde. Deze website begint daarop te lijken, al zouden wat meer genuanceerde linkse meningen welkom zijn.

Waarover ga je schrijven op Doorbraak?
‘Als u mijn Dagboek van een landjonker kent, weet u ongeveer wat u verwachten kunt: links-conservatief gezeur, dat hopelijk aardig is geformuleerd.’

 

Kort voor zijn vertrek interviewde Marc Vanfraechem Benno Barnard over zijn bibliotheek. Herlees hier dat boekengesprek.

Karl Drabbe is uitgever van ERTSBERG. Hij is historicus en wereldreiziger en werkt al sinds 1993 mee aan Doorbraak.

Commentaren en reacties