Beste ‘boomer’, zal er voor ons nog een pensioen blijven?
Paarsgroene schaduw over het pensioenstelsel
Alexandra D’Archambeau: ‘Het vertrouwen in de staat, of alvast de welvaartsstaat, ligt in mijn generatie onder nul.’
foto ©
Indien men het pensioenstelsel betaalbaar wil houden, zal iedereen langer moeten werken. Maar de populistische voorstellen van Paul Magnette ondermijnen de pensioenen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHet is een feit: De effectieve pensioenleeftijd in België ligt momenteel gemiddeld op 61,8 jaar, zo blijkt uit een recent rapport van de OESO. Wij maken hierbij deel uit van de slechtste leerlingen van de klas van de OESO-landen. Wij werken dus nog steeds niet lang genoeg. Het is mij dan ook een raadsel waarom de pensioenleeftijd opnieuw op tafel ligt bij de federale regeringsvorming.
Magnette morrelt in de marge
De toekomstige regering zou beter vooreerst werk maken van mensen langer aan het werk te houden, eerder dan te morrelen in de marge. Het willen verlagen van de loopbaanjaren om op 65 jaar op pensioen te gaan van 45 jaar naar 42 jaar en tegelijkertijd zeggen dat het minimumpensioen kan worden verhoogd, is puur populisme. Uit verontwaardiging tweette ik het volgende: ‘Gelekte nota: pensioenleeftijd terug naar beneden en minimumpensioen naar 1500. Het is duidelijk dat onze generatie echt geen pensioen meer zal kunnen genieten. #OkBoomer #Magnette’ met 227 likes als resultaat. Het is weliswaar een ietwat simplistische voorstelling van de realiteit aangezien de pensioenkwestie een pak technischer in elkaar zit en, zoals net aangehaald, ook afhangt van je loopbaanjaren, maar het geeft wel weer wat het buikgevoel is van mijn generatie.
Volgens een bevraging van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) blijkt dat de helft van de jongeren niet meer rekent op een wettelijk pensioen. Acht op de tien jongeren denkt dat de pensioenleeftijd tegen dan ook hoger zal liggen dan 67 jaar. Ik maak deel uit van die jongeren. Al van toen ik student was, en dat is ondertussen al 5 à 10 jaar geleden, werd er onder jongeren gezegd dat we niet meer zouden kunnen rekenen op een pensioen. Het vertrouwen in de staat, of alvast de welvaartsstaat, ligt in mijn generatie onder nul. Een langetermijnvisie en politiek lijkt namelijk moeilijk te verzoenen. Nochtans kunnen wij dat hypothetisch pensioenbedrag nu al raadplegen op MyPension.be. Ik geloof niet dat ik ooit dat bedrag maandelijks zal uitbetaald krijgen vanaf 1 januari 2059; na een loopbaan van in totaal bijna 45 jaar. Voor iemand onder de dertig lijkt dit de zoveelste loze belofte. Het enige waar wij zeker over zijn is dat de belastingen nog meer gaan stijgen en dat wij nog langer dan 67 jaar zullen moeten werken.
Boze ‘boomers’
De reacties van de zogenaamde ‘boomers’ op twitter bleven alvast niet uit. Tweets zoals: ‘Maar jullie zijn toch de generatie die er vanuit gaat dat je eeuwig fit genoeg zult blijven om te werken. Wat is het probleem dan?’ en ‘Ja dit lees jij echt! Jij wil zelfs (sic.) genieten van je pensioen. Verwaand nest dat je bent. Denk je echt dat je op je 67 gaat genieten van het pensioentje dat ze nu voorzien? Hoe oud ben je? Jij gaat tegen mensen van 65 zeggen “kom, nog 2 jaartjes” Hoe durf je?!‘ waren schering en inslag. Best pijnlijk te beseffen dat mensen eigenlijk nog steeds niet weten dat het mijn generatie is die hun pensioen betalen zal en niet andersom. De omgekeerde bevolkingspiramide legt alleen nog meer druk op onze schouders. Dat terwijl de overheid al jaren weet dat dit een probleem zou worden.
De verschuiving naar een kapitaalstelsel in plaats van een retributiestelsel, naar het voorbeeld van Nederland — dat trouwens het op vijf na grootste pensioenkapitaal ter wereld heeft — had al jaren geleden moeten gebeuren. Dit stelsel zorgt ervoor dat het pensioenstelsel in Nederland eerlijker is over de generaties heen. Je werkt vandaag voor je welverdiende rust later. Dit is te vergelijken met onze tweede en derde pijler, het aanvullend pensioen en pensioensparen. In België wordt nog te veel ingezet op het wettelijk pensioen, namelijk de eerste pijler. Ik wil hiermee niet hebben gezegd dat er geen enkele inspanning werd gedaan. Onder meer Alexander De Croo deed als minister van Pensioenen voor het eerst de tanker keren in de richting van de tweede en derde pijler. Recent deed hij het voorstel om de groepsverzekering te verplichten (tweede pijler) en te verhogen. De vraag is of dit voorstel ook op de federale onderhandelingstafel zal belanden… In de context van een paarsgroene regering zie ik het alvast erg somber in.
Het huidige systeem vraagt veel vertrouwen in de overheid en solidariteit tussen generaties. Twee zaken die zwaar onder druk staan. Ja, ik pleeg ook wel eens een tweetje met ‘#OkBoomer’, maar zijn de babyboomers zich ervan bewust dat overheidsschulden een effect hebben op toekomstige generaties? Dat pensioenbeloftes niet door hen, maar door hun kinderen en kleinkinderen betaald moeten worden? Zijn onze politici er zich eigenlijk van bewust dat ze dit potentieel generatieconflict aanwakkeren? Ik wil best solidair zijn (binnen een zekere marge). Maar dan moet ik erop kunnen vertrouwen dat onze politici niet enkel op korte termijn denken en slechts naar de electoraal interessante doelgroep van de boomers kijken.
Alexandra D’Archambeau (1991) is juriste en vurig lid van Open Vld. Ze zetelt sinds 2012 in de Wilrijkse districtsraad. Kritische liberale stem in het maatschappelijk debat.
Ook al zijn er steeds meer, de single is nog altijd de paria in onze maatschappij. Op Valentijn mag dit wel eens in de kijker worden gezet.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.