Vuurwerk verzekerd: David Van Reybroucks revolutie
David Van Reybrouck tijdens de voorstelling van het G1000-rapport in 2012.
foto © BELGA
10 jaar na zijn magnum opus over ‘Congo’ neemt David Van Reybrouck in ‘Revolusi’ de vroegere Nederlandse kolonie Indonesië en diens onafhankelijkheidsstrijd onder de loep.
David Van Reyboucks langverwachte Revolusi over de Indonesische dekolonisering verschijnt op 26 november. Of het een bestseller zal worden zoals zijn monumentale Congo dat was – een half miljoen exemplaren verkocht wereldwijd – valt af te wachten. Precies 75 jaar nadat Indonesië zich losscheurde van moederland Nederland, komt David Van Reybrouck straks met een historische reconstructie à la Congo over Nederlands-Indië op de proppen.
De prospectus van De Bezige Bij belooft een even dik boek als destijds: meer dan 600 pagina’s. En een gelijkaardige aanpak: Van Reybrouck ging praten met bijna 200 getuigen, overlevers en experten tot in Japan toe. En wie Congo las, weet dat Van Reybrouck als archeoloog ook veel oog heeft voor materiële bronnen, zoals de fameuze sabel die koning Boudewijn tijdens de Congolese onafhankelijkheidsproclamatie zou zijn ontfutseld.
Borrel achteraf
Juryleden mogen niet uit de biecht klappen over de jurering zelf, maar wel over de borrel – zoals dat bij onze noorderburen heet — achteraf. Toen ik als AKO-jurylid in november 2010 mee David Van Reybroucks Congo bekroonde – dat nipt won van Sprakeloos van Tom Lanoye trouwens – polste ik Van Reybrouck of hij iets gelijkaardigs van plan was met Indonesië. Het verhaal over de geschiedenis en de dekolonisering van Nederlands voormalige kolonie was immers nog altijd niet in globo verteld. Nederlandse schrijvers, zoals Jeroen Brouwers en Rudy Kousbroek, concentreerden zich in hun werk op de al dan niet onmenselijke behandeling van hun ouders – en van henzelf als kind – in de Jappenkampen tijdens de Tweede Wereldoorlog. Een historische reconstructie die all the way ging, zoals Van Reybrouck deed in Congo, was – en is – in Nederland niet voorhanden.
Van Reybrouck liet zich mijn vraag welgevallen maar dacht toch in eerste instantie dat Nederlandse auteurs misschien beter geplaatst waren om over hun ex-kolonie een breed uithalend verhaal te maken, zoals hij dat met Congo naar aanleiding van 50 jaar Congolese onafhankelijkheid had gedaan. Hij had het toen trouwens wel even gehad met al dat uitputtende bronnenonderzoek. Om over de slopende eindmontage van zijn opzoekingswerk maar te zwijgen.
Sisyphustaak van vijf jaar
Maar zie: wat toen nog niet was, kan later komen. Vijf jaar geleden begon Van Reybrouck tussen kleinere schrijfklussen door aan een nieuwe sisyphustaak. Hij spendeerde ondertussen heel wat maanden in Berlijn, Djakarta en Indonesië. Hij trok ook naar Japan en natuurlijk Nederland, waar expats en andere getuigen van de Indonesische revolutie uit de vroegere kolonie verblijven en hem hun verhaal deden.
Als Revolusi straks verschijnt, zullen de poppen in Nederland allicht aan het dansen gaan. Er is immers nog altijd geen duidelijk, gedetailleerd beeld over hoe het KNIL – het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger, zeg maar de Nederlandse bezettingsmacht – destijds de vaak bloederige onafhankelijkheidsstrijd heeft gemanaged. Er zal zeker met argusogen worden gekeken naar de manier waarop Van Reybrouck vanuit een expliciet internationaal perspectief in zijn relaas de klemtonen zal leggen.
Leopold II geen génocidaire
Bij het verschijnen van Congo vonden sommigen in België bijvoorbeeld dat hij de ware toedracht over de moord op Patrice Lumumba niet had verteld. Van Reybrouck ging ook niet mee in de genocideverwijten aan het adres van Leopold II. Ja, hij ging voor 85 procent akkoord met wat Adam Hochschild in De geest van koning Leopold II en de plundering van de Congo beweerde. Maar hij wou toch wel belangrijke kanttekeningen plaatsen bij het al te voortvarende zwart-witdenken van Hochschild. Er is geen bewijs – zo Van Reybrouck – dat Leopold II miljoenen Congolese slachtoffers zou hebben gemaakt. Feitelijke demografische gegevens ontbraken en het was niet omdat Congolese dorpen ontvolkten dat alle verdwenen inwoners daarom effectief zouden zijn omgebracht door Leopolds trawanten. Nee, aldus Van Reybrouck, Leopold II was geen génocidaire.
Het gebeurde immers maar al te vaak dat plaatselijke stammen – omwille van hongersnood, ziektes of klimatologische omstandigheden – hun woningen massaal verlieten om elders onderdak te zoeken, zo Van Reybrouck toen in een Knack-interview met mij in het kerstnummer 2010. ‘Daarbij moet je vooral oog hebben voor wat er op dat moment op het spel stond. Je probeert de diverse belangen in kaart te brengen. Ik veeg de wreedheden van Leopold II niet onder de mat. Ik dis in mijn boek de gruwelijke verhalen van mensen met afgehakte handen op, maar je zult het mij geen genocide horen noemen omdat het dat gewoon niet wás. Leopold II had de handen nodig om rubber te gaan oogsten. Het laatste wat hij zou doen, was een genocide organiseren.’
Het hele Leopold II-verhaal
Ondertussen heeft veelschrijver Johan Op de Beeck al een dikke pil van 800 bladzijden geschreven over ‘het hele verhaal’ over de omstreden vorst en diens Congopolitiek waarin hij niet alleen inzoomt op de Congo-episode maar uiteraard op Leopolds amoureuze avonturen én op zijn contacten met China waar hij als grootondernemer eveneens winstgevende operaties wou starten. Quod non.
Ook Op de Beeck hanteert in Leopold II: Het hele verhaal blijkbaar een helikopterzicht om de diverse facetten in het leven van de omstreden vorst caleidoscopisch in elkaar te schuiven: dat van de meedogenloze grootentrepreneur die België in het concert van de grootmogendheden gewiekst zijn plaats wist te verzekeren maar ook dat van de flamboyante levensgenieter.
160 jaar na Multatuli
Van Reybrouck zal je moeilijk haastwerk kunnen verwijten. Hij is als antropoloog-archeoloog een meticuleuze onderzoeksspecialist die als verhalenverteller wel een filmische, op smaak gebrachte montage wil lukken zonder de grijstinten uit de weg te gaan en alles op te offeren voor de smeuïge plot. Benieuwd dus hoe straks in de Nederlandse talkshows op de visie van een Belgische buitenstaander op hun koloniale erfenis zal worden gereageerd. Vuurwerk verzekerd, 160 jaar na Multatuli’s aanklacht in Max Havelaar van de deplorabele behandeling door de Nederlandse overheid van de plaatselijke Javaan.
Revolusi verschijnt volgens de uitgever pas op 26 november. U kan uw exemplaar hier nu al vooruitbestellen, of opnemen in uw wenslijstje.
Frank Hellemans doceerde journalistiek aan de Thomas More hogeschool in Mechelen. Hij is literatuurcriticus en auteur van onder andere ‘Mediatisering en literatuur’ en ‘Echte mediaprimeurs. Een communicatiegeschiedenis’. Levenslang supporter van Malinwa én Paul van Ostaijen.
Stefan Hertmans surft in zijn nieuwe roman ‘Dius’ handig mee op de huidige tijdsgeest waarin elk machismo wordt verketterd en het kwetsbare en feminiene het nieuwe normaal zijn.