Alexander aan het einde van de wereld: over de vergeten laatste jaren
Titel | Alexander aan het einde van de wereld |
---|---|
Subtitel | De vergeten laatste jaren van Alexander de Grote |
Auteur | Rachel Kousser |
Uitgever | Singel Uitgeverijen |
ISBN | 9789025309534 |
Onze beoordeling | |
Aantal bladzijden | 384 |
Prijs | € 31,99 |
Koop dit boek |
Rachel Kousser maakt van Alexander de Grotes Aziatische campagne een spannend verhaal vol pittige details, mét de nodige nuance.
Alexander de Grote werd maar 32 jaar, maar zijn naam en faam worden over de hele wereld tot vandaag bezongen. De Amerikaanse archeologe Rachel Kousser zoomt in op de laatste zeven jaar van de Macedonische wereldheerser toen hij van Afghanistan en Pakistan tot India campagne voerde om eindelijk de oceaan te zien ‘aan het einde van de wereld’.
Haar Alexander aan het einde van de wereld is een meeslepend vertelde reconstructie van dat streven en geeft ook nieuwe inzichten in diens pragmatisme en onderhandelingsvermogen.
Aristoteles, de leermeester van Alexander, was stellig tegenover zijn pupil: een leider moest alleen Grieken als vrienden en medeburgers behandelen, de anderen als dieren en planten. Nadat Philippus, Alexanders vader, in 338 voor Christus Griekenland bij het Macedonische imperium had ingelijfd waren ook de Macedoniërs echte Hellenen.
Toen Alexander als jonge twintiger in 334 voor Christus zijn veroveringstocht in Troje begon, wou hij het werk van zijn ondertussen vermoorde vader afmaken. En nieuwsgierig als hij was, wilde hij ook het einde van de wereld zien zoals Aristoteles dat hem had ingelepeld. De ‘Okeanos’ omcirkelde volgens de filosoof de wereld. Voor Grieken die alleen met de Middellandse Zee vertrouwd waren, was de uitdaging dus zonneklaar.
Geploeter in Afghanistan
Eerst wou Alexander natuurlijk de vergeldingsactie van zijn vader op de Perzen tot een goed einde brengen. In heel wat biografieën ligt het accent dan ook op de fel bevochten zege van het Grieks-Macedonische leger op het gigantische Perzische rijk onder leiding van Darius III. Maar Kousser begint pas in 330 voor Christus wanneer die wraaktocht met de liquidatie van Darius eindigt.
Zij concentreert zich op de moeizame en bijzonderlijk avontuurlijke tocht die begon met het geploeter in Oezbekistan en Afghanistan over de Hindoekoesj tot het eindpunt in het westen van India met de overwinning op het olifantenleger van de plaatselijke heerser.
Het was de bedoeling van Alexander om daarna nog door te stoten naar de monding van de Ganges en zo eindelijk zijn echte terminus te aanschouwen. Hoe zou die oceaan – die we nu de Indische noemen – er aan het einde van de wereld uitzien? Maar zijn manschappen zetten de hakken in het zand en wilden terug naar huis.
Alexander was zo diplomatisch om oren te hebben naar zijn voetvolk en besloot terug te keren via een uitputtende tocht naar het Arabische schiereiland.
Euthanasie op brandstapel
Op die pragmatische manier, aldus Kousser, slaagde hij er toch nog in om voor het bereiken van de Perzische Golf een glimp van de Indische oceaan op te vangen. Het was trouwens zijn bedoeling om op termijn ook Arabië met zijn rijkdom aan specerijen en grondstoffen in te lijven, maar een tussenstop in Babylon besliste daar anders over. Na zeven jaar rondtrekken in woestijnen en berglandschappen legde de 32-jarige Alexander er het bijltje bij neer.
Kousser maakt van Alexanders Aziatische campagne een spannend verhaal vol pittige details, maar ook met de nodige nuance. Zij heeft een bijzondere voorkeur voor de aparte anekdotiek, zoals die keer dat de Indische asceet-filosoof Kalanos euthanasie pleegt door op de brandstapel te stappen. Grieken vonden zelfdoding maar niets, maar Alexander respecteerde de wens van Kalanos.
Gouden kroon
Na diens zelfverbranding organiseerde hij een feest waarbij de meest getalenteerde drinkebroer een gouden kroon kreeg. Hij maakte zomaar eventjes 13,5 liter wijn soldaat. Vier dagen later stierf de gelukkige aan alcoholvergiftiging. Volgens antieke bronnen crepeerden er in diens zog ook nog 41 anderen aan de gevolgen van intoxicatie.
En ja, de Grieken dronken hun wijn nooit puur maar verdund met water, zo vertelt Kousser. Alleen centauren en barbaren namen volgens de antieken immers wijn op onze manier – dus onverdund – tot zich.
Flexibiliteit en pragmatisme
Het hoeft daarom niet te verbazen dat een belangrijke hypothese over de dood van Alexander in de richting van een uit de hand gelopen bacchanaal wijst. Alhoewel Kousser eerder de piste van malariakoorts lijkt te geloven.
Kousser legt vooral de nadruk op het onderhandelingstalent van Alexander dat zijn aanvankelijke jeugdige strijdlust meer en meer temperde: ‘Hij toonde flexibiliteit en pragmatisme en uit alles blijkt dat hij de grenzen van zijn koninklijk mandaat erkende.’
Ze gelooft niet dat het Oosten Alexander zou hebben gecorrumpeerd, zoals vaak wordt beweerd: ‘Alles wat hij later zou worden, school al vanaf het begin in hemzelf.’ Dat hij daarbij als getormenteerde persoonlijkheid nogal onvoorspelbaar tussen wreedheid en clementie schommelde en navenant reageerde, moet je er bijnemen.
Frank Hellemans doceerde journalistiek aan de Thomas More hogeschool in Mechelen. Hij is literatuurcriticus en auteur van onder andere ‘Mediatisering en literatuur’ en ‘Echte mediaprimeurs. Een communicatiegeschiedenis’. Levenslang supporter van Malinwa én Paul van Ostaijen.
Stefan Hertmans surft in zijn nieuwe roman ‘Dius’ handig mee op de huidige tijdsgeest waarin elk machismo wordt verketterd en het kwetsbare en feminiene het nieuwe normaal zijn.