Waarom geen Boon Literatuurprijs voor Poëzie?
Pleidooi op Poëziedag voor een fikse literatuurprijs voor dichters
Verdient bijvoorbeeld De Boodt’s jongste (links) geen ‘Boontje’ (rechts)?
Wat niet is, kan nog komen: een Boon Literatuurprijs voor Poëzie want echte dichters hebben het niet onder de markt.
Donderdag 25 januari is het traditioneel Gedichtendag. Een mooi initiatief dat sinds 2013 werd opgerekt tot een heuse Poëzieweek. Maar belangrijke literaire onderscheidingen voor poëzie zijn ondertussen op één hand te tellen, ook in Nederland. Tijd om daar misschien eindelijk eens verandering in te brengen. Want geschreven kwaliteitspoëzie in deze era van slam poetry en literair activisme is vaak ver te zoeken.
Van weesgedichten op ramen tot klassieke poëzieavonden en schoolgedichtjes: laat duizend poëtische bloemen bloeien op deze jaarlijkse Gedichtendag en – week. Maar wie publiceert én leest er nog degelijke poëzie die niet direct voor een podium of een krantenbijdrage is bestemd? Ja, Jozef Deleu doet hier met zijn halfjaarlijks verschijnend Het Liegend Konijn pionierswerk. Maar de schrijvers die er al meer dan twee decennia in opduiken, krijgen nauwelijks of niet aandacht als ze er dan toch in slagen om een bundel gepubliceerd te krijgen.
In Nederland was de VSB Poëzieprijs, goed voor vijfentwintig duizend euro, jaar en dag de jaarlijkse hoogmis voor de Nederlandstalige dichtkunst. Maar sponsorproblemen deden de motor sputteren en de prijs kapseizen. Er wordt straks op 25 mei met de Grote Johan Polak Poëzie Prijs opnieuw een laureaat-dichter bekroond en het prijzengeld is zelfs opgetrokken tot vijftigduizend euro. Het is trouwens al lang geleden dat er nog eens een Vlaamse dichter bij onze Nederlandse buren aan het feest was.
Literaire lauweren
Die krijgen ook vaker niet dan wel lauweren bij de Herman de Coninckprijs] die op Wereldpoëziedag bij het begin van de lente wordt uitgereikt en goed is voor 7.500 euro. Er is met de Ultimas ook nog een Vlaamse Cultuurprijs voor de letteren, opvolger van de vroegere Staatsprijzen, die door de Vlaamse overheid met 12.500 euro wordt gespijsd. Spijtig genoeg gebeurt het niet zo vaak dat een dichter de literaire Ultima wegkaapt.
De Vlaamse regering is met Jan Jambon als minister van Cultuur wel bijzonder gul geweest voor het letterenbeleid de laatste jaren. Het budget voor Literatuur Vlaanderen, het fonds dat heel wat schrijvers met zijn subsidies een boterham laat verdienen, is sinds 2020 met zo’n twintig procent de hoogte ingegaan.
Boon Literatuurprijzen
En er zijn natuurlijk ook sinds 2022 de beide Boon Literatuurprijzen die Nederlandstalig volwassen proza én ook jeugdliteratuur met telkens vijftigduizend euro betoelaagt. Daardoor heeft Vlaanderen na het verdwijnen van de commerciële door Standaard Boekhandel gefinancierde Gouden Uil eindelijk weer een prestigieuze literaire onderscheiding voor Nederlandstalig literair werk.
Bizar eigenlijk dat die overheid bij de tewaterlating van beide Boonprijzen de poëzie in de kou heeft laten staan. Het essay, ook traditioneel een lelijk eendje wat subsidies en publieksaandacht betreft, kreeg bij de Boon Literatuurprijs voor fictie en non-fictie trouwens ook alle mogelijke kansen. Wat verleden jaar resulteerde in winst voor het essayistische Wat we toen al wisten van literatuurprof Geert Buelens die nu naar verluidt op een nieuwe literatuurgeschiedenis van de Vlaamse letteren broedt.
Ook boontje voor poëzie?
Buelens, een niet onverdienstelijk dichter, is in die hoedanigheid nauwelijks gekend, laat staan gelezen. Spijtig dus dat de Vlaamse regering ook niet aan haar dichters heeft gedacht toen ze de Boon Literatuurprijs lanceerde. Of is vijftigduizend euro voor een zwoegende woordsmid te veel gevraagd?
Wat niet is, kan nog komen natuurlijk: een Boon Literatuurprijs voor Poëzie die op Gedichtendag wordt uitgereikt. Misschien dat de haiku’s van onze ministers van staat dan ook nog een kansje maken. Voorlopig moeten we het doen met de optredens van performers van allerlei pluimage die het podium graag ombouwen tot lanceerbasis van activistische propaganda.
Waan van de dag
Echte dichters waarvan je de gedichten op de bladspiegel – met een boekje in een hoekje – degusteert, moeten het daarbij ontgelden. Goed dat Jozef Deleu zich nog over hen ontfermt, of de redactie van de onvolprezen Poëziekrant. Ikzelf heb me alvast voorgenomen om de bundel Mal dood lam van Kurt De Boodt binnen te halen. De Boodt, die sinds kort op de taalgrens zijn poëzie cultiveert, is één van die lyrische stemmen die al jaren voor een belangrijke poëzieprijs in aanmerking zou moeten komen. Zijn uitgepuurde pastorale poëzie doet je gegarandeerd heel anders tegen de waan van de dag én de Poëzieweek aankijken.
Frank Hellemans doceerde journalistiek aan de Thomas More hogeschool in Mechelen. Hij is literatuurcriticus en auteur van onder andere ‘Mediatisering en literatuur’ en ‘Echte mediaprimeurs. Een communicatiegeschiedenis’. Levenslang supporter van Malinwa én Paul van Ostaijen.
Stefan Hertmans surft in zijn nieuwe roman ‘Dius’ handig mee op de huidige tijdsgeest waarin elk machismo wordt verketterd en het kwetsbare en feminiene het nieuwe normaal zijn.