De amnesie van een Vlaams filosoof
Neen, het communisme was er niet voor brave zielen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementOver de doden niets dan goeds, zo wil het de traditie, en die respecteer ik. Maar toch heeft Ludo Abichts My dinner with Louis (Van Geyt) op Doorbraak mij geërgerd. Van Geyt was, zoals de wat oudere lezer zich ongetwijfeld herinnert, de laatste voorzitter van de unitaire Kommunistische Partij van België en was indertijd vaak te gast bij de openbare omroep. Louis trad toe tot de KPB toen Stalin nog aan de macht was en bleef de partij trouw tot het bittere einde. Hij was overtuigd belgicist en zijn flirt met het zogenaamde eurocommunisme betekende niet meer dan een tactische zet.
Vanwaar mijn ergernis? Abichts nostalgische hulde aan de op 15 april overleden Van Geyt is een niet eens zo subtiele poging om het communistische verleden in ere te herstellen. Die trend is sinds de Val van de Muur merkbaar bij linkse intellectuelen. Ten opzichte van de gruwelen van het nazisme geldt – zeer terecht overigens – de herinneringsplicht, ten opzichte van de gruwelen van het communisme geldt de amnesie. George Orwell merkte al op dat linkse intellectuelen fascisme en nazisme krachtdadig veroordelen, maar dat ze tegenover het linkse totalitarisme een welwillende houding aannemen.
De twintigste eeuw was de eeuw van het communistisch experiment. Van Berlijn tot Vladivostok – en nog elders in de wereld – heeft men geprobeerd de utopie in werkelijkheid om te zetten. Overal is dat uitgedraaid op een debacle, op totalitaire regimes die miljoenen slachtoffers hebben gemaakt. Lees er Le livre noir du communisme (Robert Laffont, 1997) – met een opmerkelijke inleiding van voormalig maoïst Stéphane Courtois – maar op na. Daarin is sprake van vele tientallen miljoenen doden wereldwijd: door massale executies, deportaties, georganiseerde hongersnood (zoals door Stalin in Oekraïne) en de herinvoering van de slavenarbeid in een gigantisch web van concentratiekampen (de Goelag-archipel). Maar wie had verwacht dat na de implosie van de Sovjet-Unie de intelligentsia – die zo lang en met zoveel overtuiging die regimes heeft verdedigd – een gewetensonderzoek zou doen, zat ernaast. Van excuses, zoals dat vandaag gebruikelijk is, was al evenmin sprake. Integendeel, bevrijd van de negatieve bewijslast van het reële socialisme zijn linkse intellectuelen begonnen aan een stille rehabilitatie van dat verleden en van de rol die zij daarin hebben gespeeld.
Ludo Abichts hulde aan Louis Van Geyt is daar een typische uiting van. Als men de filosoof volgt, dan verwerft het communistisch experiment de status van een in een romantisch waas gehulde mythe, van een mooie, ten onrechte mislukte droom. In plaats van de nachtmerrie die het is geweest. Ludo Abicht en vele linkse intellectuelen hebben niets bijgeleerd en leven blijkbaar in de verwachting hun gediscrediteerde utopische agenda weer op de kalender te kunnen plaatsen. Op hen zijn de woorden van de Spaans-Amerikaanse filosoof George Santayana van toepassing: Those who cannot remember the past are condemned to repeat it.
(c) Reporters: ‘Man met hamer en sikkel’ door Grisha Bruskin
Miel Swillens is een Vlaamse columnist en oud-medewerker van het weekblad Tertio. Hij studeerde Germaanse filologie aan de RUG en is een oud-leraar van het Sint-Jozef-Klein-Seminarie in Sint-Niklaas en ook van de Vrije Handelsschool Sint Joris in Gent. Hij schreef in het verleden teksten voor Miek en Roel, zoals Het Verdronken Land Van Saeftinge (1970) en Het Land Van Nod (1970). Miel overleed in augustus 2017.
De auteur van dit essay Jan-Werner Müller is hoogleraar politiek aan Princeton University, maar werkt momenteel als onderzoeker rond het thema populisme aan de universiteit van Wenen. Wat is populisme? is gebaseerd op lezingen die Müller gaf aan het Weense Institut für die Wissenschaften vom Menschen en draagt daar ook de sporen van. Een vlot leesbare tekst kan je het niet echt noemen. Daarvoor is de toon en de aanpak te academisch. Of wat dacht je van volgende zin?
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.