De avonturen van onze reporter in Niger
Aanloop en eerste ervaringen
Macbeth en de heksen, door Thomas Barker of Bath (1830)
foto © Wikimedia Commons/Folger Shakespeare Library Digital Image Collection
Onze reporter ontvlucht de Feestweek en brengt vanuit Niger verslag uit van zijn belevenissen. Over Macbeth, lycea en hagedissen.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementHagedissen! Het is het wat mij vooral opvalt als ik eerste ochtend mijn slaapkamer verlaat en de omgeving van mijn gastenverblijf verken. Tientallen grote en kleine hagedissen. Wordt de zon een vuurbal, scheren ze over de muren. Ze schieten weg tussen de aanplantingen zodra een mens passeert, om van daaruit te loeren wanneer ze de hete muren weer kunnen opzoeken.
Aanpassing
Ik ben drie dagen in de hoofdstad van Niger, Niamey, als ik eindelijk aan het schrijven kan slaan. Dat mijn laptop mee moest naar Afrika stond hem niet aan. Hij kopte in extreme mate. Het vergde heel wat aanpassingen maar mijn gastheer – hij runt een fabriek in ijsblokken – was koppig en gul. Hij zorgde voor aangepaste toestellen zodat het verzet van mijn laptop onthoofd wordt.
Wat mezelf betreft is er ook een gewenning nodig, zij het dat die organisch zal moeten gaan. In de kamers en de kantoren is er airco. Eenmaal in de gangen en open lucht overvalt een drukkende warmte hoofd en lichaam. Zeker bij de net gearriveerde blanken uit noordelijke landen. Louis-Ferdinand Céline beschrijft dit gevoel beter dan ik kan doen in het tweede deel van zijn vierdelige roman, Voyage au bout de la nuit, wanneer hij een klus te pakken heeft, diep in de brousse van Centraal Afrika.
Aanloop tot de reis
In de mij toewezen ruimte, een slaapkamer en een bureau, is het heerlijk fris. Van koud naar warm in een vijftig gram seconden. Het zorgt voor traanogen en een loopneus. Druk maak ik me niet, ik wist wat mij te wachten stond, toen ik besloot tot de reis. Ze is al maanden geleden gepland en eenmaal alle papierwerk geregeld, was er geen weg terug.
De laatste dagen voor mijn vertrek zongen de zenuwen door mijn lijf. Niet enkel door de reis die mij wachtte, maar tevens door de oprukkende kerstdrukte om me heen. Ik heb een hekel aan kerstmarkten en de kitsch en de kwats er omheen. Er aan ontsnappen, dat was de boorput die leidde tot de reis. Naar een oord waar kerst een vrije dag is. Niet meer, niet anders. Kwestie was hoe de zaak financieel geregeld kon worden. Mijn gastheer serveerde de oplossing.
Titel
Kort na het uiten van mijn wens om aan de Grote Feestweek te ontsnappen, nam hij contact op met de directeur van een lyceum. Hij is goed ingeburgerd, weet wanneer de president-directeur-generaal naar het toilet gaat en waar in het binnenland handgemaakte plaids te koop zijn en niet afkomstig uit een of andere West-Vlaamse tapijtweverij.
Mijn vriend, laten we hem Frits noemen, had hem verteld dat een Vlaamse regisseur overwoog om naar Niger te komen. Tu as un boulot pour lui? Hij kan niet elke dag liggend op een tapijt in de schaduw doorbrengen, smelten en mij voor de voeten lopen. Schitterend, had de directeur gezegd. We overwegen net om naar jaarlijkse gewoonte een spektakel te fabriceren. ‘Un metteur en scène de l’Europe; c’est bien pour la diversité. J’arrange tout avec de ministre de l’éducation. Si vous le logez, pas de problème.’ En zo komt het dat ik lang voor het gehuil van Maria de mens een alles behalve stille nacht bezorg en tot ruim nadat de brandlucht van de laatste fusee uiteengewaaid is nog in een van de armste landen van de wereld zit.
Voorstel en werkplan
De productie moest kort na Nieuw doorgaan, wilde ik de première meemaken. Andere verplichtingen in het moederland eisten mijn aanwezigheid. Gelukkig had Frits me het e-mailadres van de directeur bezorgd. Ik stuur de man een voorstel en een werkplan. Voorstel: Macbeth van camarade William Shakespeare opzetten in een verkorte versie voor een man of tien met op z’n minst één vrouw; je kan de partner van MB niet door een man laten spelen. Het gegeven is van alle tijden en culturen. Mits te focussen op het bloed en minder op de heksen valt het stuk door iedereen te vatten en overal te spelen.
Werkplan: Ik stuur mijn bewerking op, de directeur kan alvast acteurs werven en ze het hele stuk laten blokken. Eenmaal ter plekke zal ik kiezen wie wat speelt, hun personage rudimentair toelichten, de invulling accentueren en de enscenering opzetten. Nog dezelfde dag dat ik voorstel en werkplan heb verzonden, krijg ik een enthousiast antwoord. In bijlage wat formulieren die ik moet invullen en waarmee ik naar de ambassade moet voor een verblijfsvergunning en een visum.
Titel
Half december, kort voor middernacht, arriveer ik in Niamey. Frits staat me op te wachten, samen met de schooldirecteur. Achter hen een vijftigtal jongens en drie meisjes. De directeur, Moussa, heeft het goed begrepen. Ze zijn de heksen – in Macbeth – en om beurt willen ze de Lady spelen. Geen van hen wil voor de ander onderdoen en er zijn een tiental voorstellingen gepland. Na de kennismakingsronde en de belofte kort na de middag in de school te zijn voor de eerste repetitie, neemt Frits me mee.
Schipperen en puzzelen
Eenmaal uitgepakt en omgekleed drinken we een kan fruitsap en begeven we ons naar onze respectievelijke slaapkamer. Het was een vermoeiende dag geweest. Een reis van zestien uur over Istanbul, waar ik de wachttijd op mijn connecterende vlucht versleet met lezen en te slenteren door de krochten van de gigantische nieuwe luchthaven. Hij bracht het paleis van koning Knossos in herinnering, althans wat er van overbleef en al blootgelegd was.
Aan verbeelding geen gebrek. Die zou nog van pas komen want vijftig acteurs voor tien rollen, het zou schipperen en puzzelen worden om ze allemaal in het voetlicht te brengen. Er stond mij een helse klus te wachten. Te meer daar de directeur met een half woord had laten verstaan dat hij de rol van koning Duncan wel zag zitten. In welk wespennest heb ik me nu weer gewaagd, vroeg ik me af, maar voor het antwoord opdaagt lig ik in slaap.
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
Amerikakenners Roan Asselman en David Neyskens bespreken de actualiteit aan de overkant van de oceaan.