De politiek van onze politici
Socrates et cetera 56
foto © Reporters / GYS
Het huidige politieke gedoe verschilt niet van dat van 500 jaar geleden. Een benadering gebaseerd op een oude Schotse brief.
Aangeboden door de abonnees van Doorbraak
Dit gratis artikel wordt u aangeboden door onze betalende abonnees. Als abonnee kan u ook alle plus-artikelen lezen. Doorbreek de bubbel vanaf €4.99/maand.
Ik neem ook een abonnementUit de Schotse hooglanden bereikte ons een brief van een raspoliticus. Hij is een half millennium geleden geschreven. Mits een paar aanpassingen past hij onze politici. Luister.
Zodra jonge politici enige macht in hun partij hebben veroverd, zijn ze geneigd hun voorzitter het leven zuur te maken, gebruik makend van de interne conflicten die ze voor de buitenwereld geheim houden. Was het daar echter bij gebleven! Nee, ze zoeken ontevreden of ambitieuze collega’s om samen te intrigeren tegen gearriveerde collega’s. In zulke mate dat ze desgevallend hun medewerkers geld toestoppen om kleine misstappen van partijgenoten op te blazen tot schandalen. Ze lekken bovendien rapporten om plannen waar ze zelf aan meegewerkt hebben te boycotten.
Kasteelheren
Geen enkele politicus is zeker van een lang leven in de Wetstraat. Om zeker te zijn dat ze de volgende dag niet in hun kot moeten blijven, pappen ze aan met politici uit andere partijen. Jonge collega’s die net als zij zo snel mogelijk de baas willen zijn van hun kabinet.
Eenmaal veroverd beschouwen ze het als hun kasteel, en gaan ze zich dan ook als baronnen gedragen. Eenmaal zover beschouwen ze de collega’s die hen aan een hoge positie hebben geholpen als rivalen. Met als resultaat dat er in rampzalige tijden geen adequate beslissingen genomen worden, zoals nu met dat smerige virus. Als er dan toch een besluit valt, moet het worden herzien alvorens nog maar gedacht kan worden het uit te voeren. Wordt er alsnog wat beslist, zijn er politici uit verre domeinen met schone verdiepen te vinden, die staande voor hun domein verkondigen dat ze het besluit niet zullen uitvoeren.
Kruk en leunstoel
Er is in de Wetstraat en haar omliggende landerijen geen politicus, oud of jong, die niet verleid wordt met beloften op een riante carrière. Die eindigt met een kruk in het Europees parlement en gewatteerde leunstoelen in bestuursorganen van aan de Wetstraat gelieerde instellingen. Waarom is de politiek verloederd? Omdat het geen rekening houdt met de gevoelens van zijn burgers. Hun noden en verlangens worden aangehoord, maar ze tellen niet mee in het politieke gedrag.
Misbruik van de koning
Niet alleen de collega’s van de politieke barak maken politici het leven zuur. Ook de koning gebruiken ze om hun doel te bereiken. Naar het volk toe doen ze of een audiëntie bij de vorst een teken is dat ze voor wijs worden gehouden, terwijl ze dat dagelijks aantoonbaar niet zijn.
Ze spellen de arme man – al niet begiftigd met een scherp analytisch verstand – allerlei zaken op de mouw, zodat hij slechts in vage bewoordingen een mening kan vormen en lukraak wat mensen naar voor schuift om een regering te vormen. De koning worstelt door zijn uitgeholde positie en zijn zwakke ontwikkeling in beslissende uren – om het grof te zeggen – met zijn eigen dood.
Nog actieve vulkaan
Na maanden soebatten hebben we weliswaar een landsbestuur, maar het zijn regeringen die nog voor ze op het bordes verschijnen met de koning, als noodregeringen worden bestempeld. Naar buiten toe verkondigen ze dat ze er zijn om de boel draaiend te houden.
In werkelijkheid zijn ze gevormd om niet eens vertraging of een stilstand van bestuur te verwekken. Nee, ze zijn er om het voortbestaan van het land te ondermijnen. Een land dat al van bij zijn oprichting een nog actieve vulkaan is, die elk uur van de dag of nacht op uitbarsten staat.
De enige zangeressen
De Wetstraat kent geen ontmijningsdienst. Het is eerst ik, mijn kinderen en de rest kan stikken. Geld en voordeel zijn de enige zangeressen waar ze naar luisteren. Was hun graaicultuur bescheiden, de laatste twintig jaar zit hun gedoe vol met roofzucht.
Het is zo dramatisch geworden dat van de ene op de andere dag vijanden vrienden worden om de derde dag als verraders te worden bestempeld. De salons van de Wetstraat zijn kamerbreed belegd met afgunst, verbittering en vijandschap. Wie zich vandaag liberaal noemt, is morgen socialist en overmorgen wat zich maar aandient.
Een bouwval
Door dit alles ondermijnt het land zijn politieke plaats op het wereldforum. Waar ons land vroeger een belangrijke plaats innam op het diplomatieke vlak, is nu algemeen geweten dat het een tragisch gebied geworden is, verscheurd door paleisrevoluties. Ooit welvarend heeft het zijn eigen rijkdom geplunderd.
Niemand anders dan de politici zijn daar verantwoordelijk voor. Wie zegt dat dit land een bouwval is geworden, kan niet worden tegengesproken. Wat rijmde is ongerijmd geworden. Wat logisch was, onlogisch. Twist het meest geliefde spel aan de salontafels. Nog even en er valt in dit leeggeroofde land niets meer te oogsten
Politieke en satirische toneelstukken
Er vallen toneeldrama’s te schrijven die deze van William Shakespeare en Molière overklassen. Helaas hebben we geen toneelauteurs die de Belgische partij-oorlogen ontleden. Ook geen kritiek leveren op de blinde aanbidding van zichzelf, de bevoorrechte posities die politici enkel ten bate van het eigen gewin nastreven en hun minachting voor de bevolking.
Een eeuw geleden werden auteurs gevraagd om actueel politieke stukken te schrijven – het toneelstuk Het gezin van Paemel van Cyriel Buysse is daar het beste voorbeeld van. In vijftig jaar is het realistische toneel vermoord. Bewust, omdat het politieke en satirische toneel invloed heeft op het stemgedrag van de burger. Wat het geval was in de oudste democratie ter wereld, de Atheense.
Blijkbaar moet dat absoluut worden vermeden. De Belgische politiek, zowel de federale als de gewestelijke, heeft geen hart en ziel meer die laait en gloeit. Er rest enkel een schimmige gestalte. Blijkbaar is dat wat de huidige politici willen om hun gedrag te behouden.
Guido Lauwaert (1945) is organisator, regisseur, acteur, auteur, columnist, recensent voor o.a. Het Laatste Nieuws, NRC Handelsblad, Het Parool, VPRO-radio, Knack en Doorbraak. Hij richtte de Poëziewinkel op (later Poëziecentrum) en heeft een grote liefde voor Willem Elsschot en Paul van Ostaijen.
Milo Rau vertrekt bij het NT Gent. Hij zag zijn benoeming enkel zag als een tussenstap op de weg naar zonniger bestemmingen.
‘Afgrond’ verhaalt de waargebeurde verhouding tussen Venetia Stanley en de veel oudere Britse premier Henry Asquith, die leidde tot een kabinetscrisis.